De grief van de verzoeker dat afbreuk wordt gedaan aan de waarborg van een « gelijkwaardig kiesrecht » zoals bepaald in artikel 25 van het Internationaal Verdrag inzake burgerrechten en politieke rechten valt samen met de grief over de ongelijke behandeling van kiezers en kandidaten die hij reeds naar aanleiding van het eerste middel heeft uiteengezet.
Le grief du requérant, selon lequel il est porté atteinte à la garantie du « suffrage égal » visé à l'article 25 du Pacte international relatif aux droits civils et politiques, se confond avec le grief relatif au traitement inégal des électeurs et des candidats, qu'il a déjà exposé dans le cadre du premier moyen.