Traduction de «wallonië en brussel gemiddelde sd » (Néerlandais → Français) :

Tabel 8: Gemiddelde gebruikelijke inname (SD, Min, P25, P50, P75, P95, ¨97,5 P99, Max) (ml/dag) van niet-alcoholische dranken in Wallonië en Brussel Gemiddelde SD Min P25 P50 P75 P95 P97,5 P99 Max Obs N
Tableau 8 : Consommation habituelle moyenne (SD, Min, P25, P50, P75, P95, P97.5, P99, Max) (ml/jour) de boissons non alcoolisées en Wallonie et à Bruxelles

Voor fluorconcentraties in leidingwater zijn voor Vlaanderen, Wallonië en Brussel zowel gemiddelde als maximum concentraties beschikbaar.
Pour les concentrations en fluor de l’eau distribuée par le réseau public, on dispose pour la Flandre, la Wallonie et Bruxelles tant des concentrations moyennes que des concentrations maximales.

Gemiddelde uitgave per lid in EUR Brussel 1.682,95 1.770,43 1.672,45 Vlaanderen 1.704,12 1.694,70 1.737,63 Wallonië 1.743,64 1.735,49 1.730,12 België 1.714,89 Verschil ten opzichte van de referentie in EUR Brussel -31,95 -87,49 -42,44 Vlaanderen -10,78 9,41 22,73 Wallonië 28,75 8,15 15,23 België 0,00 Index 100 Brussel 98,1 95,1 97,5
Directe Dépense moyenne par affilié en EURO Bruxelles 1.682,95 1.770,43 1.672,45 Flandre 1.704,12 1.694,70 1.737,63 Wallonie 1.743,64 1.735,49 1.730,12 Belgique 1.714,89 Ecart par rapport à la référence en EURO Bruxelles -31,95 -87,49 -42,44 Flandre -10,78 9,41 22,73 Wallonie 28,75 8,15 15,23 Belgique 0,00 Indice 100 Bruxelles 98,1 95,1 97,5

Na toepassing van de correctie is de gemiddelde uitgave in Vlaanderen het hoogst met 2.143 euro in 2010 (of 1,6 procent boven het nationaal gemiddelde), tegenover 2.113 euro in Wallonië en 2.043 euro in Brussel (3 % onder de nationale gemiddelde uitgave).
Après correction, la Flandre connaît la dépense moyenne la plus élevée avec 2.143 euros en 2010 (soit 1,6 % de plus que la moyenne nationale), pour 2.113 euros en Wallonie et 2.043 euros à Bruxelles (3 % de moins que la dépense moyenne nationale).

Indien voor alle regio’s de gemiddelde uitgave van elke laag identiek zou zijn aan de nationaal gemiddelde uitgave van die laag (indirecte standaardisatie), dan zou de verwachte uitgave per lid 2.113€ bedragen voor Brussel, 2.061€ voor Vlaanderen en 2.102€ voor Wallonië.
Si, pour chaque région, la dépense moyenne de chaque strate était identique à la dépense moyenne nationale de cette strate (standardisation indirecte), la dépense « attendue » par assuré se monterait à 2.113€ pour Bruxelles, 2.061€ pour la Flandre et 2.102€ pour la Wallonie.

Dit jaar ligt Brussel boven het nationale gemiddelde, terwijl dat in 2011 voor Wallonië het geval was.
Cette année, Bruxelles se situe au dessus de la moyenne nationale alors que c’était le cas de la Wallonie en 2011.

De direct gestandaardiseerde gemiddelde uitgave in Brussel ligt 3,8% (79,85€) lager en in Vlaanderen en Wallonië respectievelijk 1,6% (34,15€) en 0,3% (6,15€) hoger dan de nationaal geobserveerde uitgave per lid.
La dépense moyenne standardisée directe est inférieure de 3,8% (79,85€) à Bruxelles et supérieures de 1,6% (34,15€) et 0,3% (6,15€) à la dépense nationale observée par assuré respectivement en Flandre et en Wallonie.

per lid in Brussel (index 94,8 in vergelijking met het nationaal gemiddelde), 2.082€ per lid in Vlaanderen (index 100,2) en 2.104€ per lid in Wallonië (index 101,2).
Bruxelles (index 94,8 par rapport à la moyenne nationale), 2.082 € par assuré en Flandre (index 100,2) et 2.104 € par assuré en Wallonie (index 101,2).

Tussen 2006 en 2009 kan een stijging van de gemiddelde uitgaven vastgesteld worden met 21,3% voor België, 17,2% voor Brussel, 22,3% voor Vlaanderen en 20,8% voor Wallonië.
Entre 2006 et 2009, on peut constater une hausse des dépenses moyennes de 21,3% pour la Belgique, 17,2% pour Bruxelles, 22,3% pour la Flandre et 20,8% pour la Wallonie.