Boost Your Productivity!Translate documents (Ms-Word, Ms-Excel, ...) faster and better thanks to artificial intelligence!
https://pro.wordscope.com
https://blog. wordscope .com

Vertaling van "bis 165 vorgebrachte klagegrund geht " (Duits → Nederlands) :

Aus den Darlegungen des Klagegrunds geht hervor, dass der Gerichtshof auch gebeten wird, über die Vereinbarkeit von Artikel 180 Nr. 1 des EStGB 1992, der durch den angefochtenen Artikel 86 Nr. 1 des Programmgesetzes vom 10. August 2015 wieder aufgenommen wurde, mit den Artikeln 10, 11 und 172 Absatz 1 der Verfassung zu befinden, insofern dadurch ein diskriminierender Behandlungsunterschied eingeführt werde zwischen einerseits den anderen Zusammenarbeitsverbänden im Sinne des Dekrets vom 6. Juli 2001 als denjenigen, die in Artikel 180 Nr. 1 des EStGB 1992 beschrieben seien, und andererseits den juristischen Personen ...[+++]

Uit de uiteenzetting van het middel blijkt dat het Hof ook wordt verzocht uitspraak te doen over de bestaanbaarheid, met de artikelen 10, 11 en 172, eerste lid, van de Grondwet, van artikel 180, 1°, van het WIB 1992, hersteld bij het bestreden artikel 86, 1°, van de programmawet van 10 augustus 2015, in zoverre daarbij een discriminerend verschil in behandeling zou worden ingevoerd tussen, enerzijds, de samenwerkingsverbanden in de zin van het decreet van 6 juli 2001, andere dan die welke zijn beschreven bij artikel 180, 1°, van het WIB 1992 en, anderzijds, de bij artikel 180, 2° en 6° tot 9°, van hetzelfde Wetboek beoogde rechtspersonen ...[+++]


Aus der Darlegung der Klagegründe geht hervor, dass der Gerichtshof zu den folgende Planungsinstrumenten der Erhaltungspolitik befragt wird: - das flämische Natura-2000-Programm und die programmatische Vorgehensweise zur Verringerung eines oder mehrerer Umweltdrucke (die Artikel 40 bis 43 des Dekrets vom 9. Mai 2014); - die Managementpläne Natura 2000 (die Artikel 45 bis 48 und 78 des Dekrets vom 9. Mai 2014); - die Managementpläne für Gebiete außerhalb der besonderen Schutzzonen (die Artikel 78 und 94 des Dekrets vom 9. Mai 2014).

Uit de uiteenzetting van de middelen blijkt dat het Hof wordt ondervraagd over de volgende planningsinstrumenten van het instandhoudingsbeleid : - het Vlaamse Natura 2000-programma en de programmatische aanpak ter vermindering van één of meer milieudrukken (de artikelen 40 tot 43 van het decreet van 9 mei 2014); - de managementplannen Natura 2000 (de artikelen 45 tot 48 en 78 van het decreet van 9 mei 2014); - de managementplannen voor gebieden buiten de speciale beschermingszones (de artikelen 78 en 94 van het decreet van 9 mei 2014).


Aus der Darlegung des ersten Klagegrunds, der von den klagenden Parteien in den Rechtssachen Nrn. 5862 und 5865 vorgebracht wird, geht hervor, dass ihre Beschwerdegründe insbesondere gegen die Artikel II. 10 und III. 20 gerichtet sind.

Uit de uiteenzetting van het eerste middel dat door de verzoekende partijen in de zaken nrs. 5862 en 5865 wordt aangevoerd, blijkt dat hun grieven inzonderheid tegen de artikelen II. 10 en III. 20 zijn gericht.


Aus den Darlegungen in der Klageschrift geht hervor, dass der zweite Klagegrund Artikel 19 des Gesetzes vom 8. Mai 2014 nur insofern betrifft, als diese Bestimmung in Artikel 1 Nrn. 47 bis 49ter des Gasgesetzes neue Definitionen einführt bezüglich der mit der Aufrechterhaltung oder der Änderung der Trasse oder der Lage der Gastransportanlagen verbundenen Kosten.

Uit de uiteenzetting in het verzoekschrift blijkt dat het tweede middel artikel 19 van de wet van 8 mei 2014 enkel viseert in zoverre die bepaling in artikel 1, 47° tot 49°ter, van de Gaswet nieuwe definities invoert inzake de kosten verbonden aan het behoud of de wijziging van het tracé of de ligging van de gasvervoerinstallaties.


Der erste, gegen die Artikel 158, 159 und 161 bis 165 vorgebrachte Klagegrund geht von einer Verletzung von Artikel 24 § 1 der Verfassung aus, indem diese Bestimmungen den Organisationsträger daran hindern würden, den Auftrag der Personalmitglieder frei zu gestalten, während eine solche Zuständigkeit für die pädagogische Freiheit - Bestandteil der Unterrichtsfreiheit - ebenso wesentlich sei wie das Recht, die Personalmitglieder frei zu wählen.

Het eerste middel tegen de artikelen 158, 159 en 161 tot 165 is afgeleid uit de schending van artikel 24, § 1, van de Grondwet, doordat die bepalingen de vrije invulling door de inrichtende macht van de opdracht van de personeelsleden verhinderen, terwijl een dergelijke bevoegdheid voor de pedagogische vrijheid - vervat in de vrijheid van onderwijs - even essentieel is als het recht de personeelsleden vrij te kiezen.


Der erste gegen die Bestimmungen bezüglich der Funktionsbeschreibung des Personals im Grundschulunterricht vorgebrachte Klagegrund geht von einem Verstoss gegen Artikel 24 § 1 der Verfassung aus, und zwar mit der Begründung, dass diese Bestimmungen die freie Gestaltung des Auftrags der Personalmitglieder durch den Organisationsträger verhindern würden, während eine derartige Zuständigkeit für die pädagogische Freiheit - Bestandteil der Unterrichtsfreiheit - ebenso wesentlich sei wie die freie Wahl der Personalmitglieder, deren Bedeutung der Hof in seinem Urteil Nr. 76/96 hervorgehoben habe.

Het eerste middel tegen de bepalingen betreffende de functiebeschrijving van het personeel in het basisonderwijs is afgeleid uit de schending van artikel 24, § 1, van de Grondwet, doordat die bepalingen in de weg staan aan de vrije invulling, door de inrichtende macht, van de opdracht van de personeelsleden, terwijl een dergelijke bevoegdheid, voor de pedagogische vrijheid vervat in de vrijheid van onderwijs, even essentieel is als de vrije keuze van personeelsleden, waarvan het Hof het belang heeft beklemtoond in zijn arrest nr. 76/96.


Die Flämische Regierung bestreitet die Zulässigkeit der Nichtigkeitsklage, soweit gegen die Artikel 168 und 177 des Dekrets vom 25. Februar 1997 keine Klagegründe vorgebracht würden und soweit ein Verstoss gegen Artikel 24 § 1 der Verfassung durch die Artikel 163 bis 165 ohne Anführung von Beschwerdegründen geltend gemacht werde.

De Vlaamse Regering betwist de ontvankelijkheid van het beroep tot vernietiging in zoverre tegen de artikelen 168 en 177 van het decreet van 25 februari 1997 geen middelen zouden worden aangevoerd, en in zoverre een schending, door de artikelen 163 tot 165, van artikel 24, § 1, van de Grondwet wordt aangevoerd, zonder dat grieven worden geformuleerd.


Der zweite Klagegrund geht von einem Verstoss gegen Artikel 128 § 1 Absatz 1 der Verfassung und Artikel 5 § 1 II des Sondergesetzes vom 8. August 1980 aus, indem vorgebracht wird, dass sich die Zuständigkeit des föderalen Gesetzgebers auf die Regelung der Niederlassungsbedingungen für in die Zuständigkeit der Föderalbehörde fallende Amter und Berufe beschränke, während der Beruf eines spezialisierten Erziehers/Betreuers, so wie er in Artikel 1 des angefochtenen Gesetzes definiert worden sei, die Unterstützung von Personen betreffe und ...[+++]

Het tweede middel is afgeleid uit de schending van artikel 128, § 1, eerste lid, van de Grondwet en van artikel 5, § 1, II, van de bijzondere wet van 8 augustus 1980, doordat de bevoegdheid van de federale wetgever beperkt is tot de regeling van de vestigingsvoorwaarden voor ambten en beroepen die vallen binnen de bevoegdheidssfeer van de federale overheid, terwijl het beroep van gespecialiseerd opvoeder-begeleider, zoals gedefinieerd in artikel 1 van de bestreden wet, de bijstand aan personen betreft en derhalve onder te brengen is in de persoonsgebonden aangelegenheden, die overeenkomstig artikel 5, § 1, II, van de voormelde bijzondere ...[+++]


w