Boost Your Productivity!Translate documents (Ms-Word, Ms-Excel, ...) faster and better thanks to artificial intelligence!
https://pro.wordscope.com
https://blog. wordscope .com

Vertaling van "heeft in datzelfde arrest evenwel " (Nederlands → Frans) :

Het Grondwettelijk Hof heeft in zijn arrest nr. 123/2008 van 1 september 2008 artikel 259octies, § 8, eerste lid, 3, van het Gerechtelijk Wetboek vernietigd omdat krachtens die bepaling artikel 357, § 2, van datzelfde Wetboek niet geldt voor de gerechtelijke stagiairs.

Dans son arrêt 123/2008 du 1 septembre 2008, la Cour constitutionnelle a annulé l'article 259octies, § 8, alinéa 1 , 3, du Code judiciaire en ce que cette disposition prive les stagiaires judiciaires du bénéfice de l'article 357, § 2, du Code judiciaire.


Het Grondwettelijk Hof heeft in zijn arrest nr. 123/2008 van 1 september 2008 artikel 259octies, § 8, eerste lid, 3, van het Gerechtelijk Wetboek vernietigd omdat krachtens die bepaling artikel 357, § 2, van datzelfde Wetboek niet geldt voor de gerechtelijke stagiairs.

Dans son arrêt 123/2008 du 1 septembre 2008, la Cour constitutionnelle a annulé l'article 259octies, § 8, alinéa 1, 3, du Code judiciaire en ce que cette disposition prive les stagiaires judiciaires du bénéfice de l'article 357, § 2, du Code judiciaire.


In zijn arrest van 19 december 2001 heeft het Arbitragehof zich evenwel niet uitgesproken over de wettelijkheid van de uitsluiting van de gevolmachtigde agenten van de verzekeringsondernemingen, van de beursvennootschappen en de agenten die werkzaam zijn op een effectenbeurs.

Cependant, la Cour d'arbitrage ne s'est pas prononcée, dans son arrêt du 19 décembre 2001, sur la légalité de l'exclusion des agents délégués des entreprises d'assurances, des agents délégués des sociétés de bourse et des agents opérant sur une bourse des valeurs mobilières.


In zijn arrest van 19 december 2001 heeft het Arbitragehof zich evenwel niet uitgesproken over de wettelijkheid van de uitsluiting van de gevolmachtigde agenten van de verzekeringsondernemingen, van de beursvennootschappen en de agenten die werkzaam zijn op een effectenbeurs.

Cependant, la Cour d'arbitrage ne s'est pas prononcée, dans son arrêt du 19 décembre 2001, sur la légalité de l'exclusion des agents délégués des entreprises d'assurances, des agents délégués des sociétés de bourse et des agents opérant sur une bourse des valeurs mobilières.


Het Arbitragehof heeft in zijn arrest nr. 60/98 van 27 mei 1998 evenwel beschouwd dat voor het deskundigenonderzoek bevolen door de feitenrechter de regels van de tegenspraak moeten gelden zoals ze zijn vervat in het Gerechtelijk Wetboek, ongeacht of het deskundigenonderzoek een strafrechtelijk geding of een civielrechtelijk geding betreft.

Toutefois, dans son arrêt nº 60/98 du 27 mai 1998, la Cour d'arbitrage a considéré que l'expertise ordonnée par le juge du fond devait être soumise aux règles de la contradiction, telles qu'aménagées par le Code judiciaire, sans distinguer selon que l'expertise est liée à l'action publique ou à l'action civile.


Moerman, E. Derycke en F. Daoût, bijgestaan door de griffier F. Meersschaut, onder voorzitterschap van voorzitter J. Spreutels, wijst na beraad het volgende arrest : I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging Bij arrest van 2 maart 2015 in zake Cécile Jenart en Marouan El Arbaoui tegen de ambtenaar van de burgerlijke stand van de gemeente Dour, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 13 maart 2015, heeft het Hof van Beroep te Bergen de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Schendt artikel 1022 van ...[+++]

Moerman, E. Derycke et F. Daoût, assistée du greffier F. Meersschaut, présidée par le président J. Spreutels, après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant : I. Objet de la question préjudicielle et procédure Par arrêt du 2 mars 2015 en cause de Cécile Jenart et Marouan El Arbaoui contre l'officier de l'état civil de la commune de Dour, dont l'expédition est parvenue au greffe de la Cour le 13 mars 2015, la Cour d'appel de Mons a posé la question préjudicielle suivante : « L'article 1022 du Code judiciaire, tel qu'il est rédigé dans l'attente de l'entrée en vigueur de la loi du 21 février 2010 (et lu conformément entre autres aux arrêts ...[+++]


Moerman, E. Derycke, T. Merckx-Van Goey, P. Nihoul, F. Daoût, T. Giet en R. Leysen, bijgestaan door de griffier P.-Y. Dutilleux, onder voorzitterschap van voorzitter E. De Groot, wijst na beraad het volgende arrest : I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging Bij arrest van 11 juni 2015 in zake het Vlaamse Gewest tegen Tony Sneijers, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 22 juni 2015, heeft het Hof van Beroep te Antwerpen de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Maakt artikel 51 van de wet van 16 ...[+++]

Moerman, E. Derycke, T. Merckx-Van Goey, P. Nihoul, F. Daoût, T. Giet et R. Leysen, assistée du greffier P.-Y. Dutilleux, présidée par le président E. De Groot, après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant : I. Objet de la question préjudicielle et procédure Par arrêt du 11 juin 2015 en cause de la Région flamande contre Tony Sneijers, dont l'expédition est parvenue au greffe de la Cour le 22 juin 2015, la Cour d'appel d'Anvers a posé la question préjudicielle suivante : « L'article 51 de la loi du 16 septembre 1807 relative au dess ...[+++]


Moerman, E. Derycke en R. Leysen, bijgestaan door de griffier F. Meersschaut, onder voorzitterschap van voorzitter J. Spreutels, wijst na beraad het volgende arrest : I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging Bij arrest nr. 230.075 van 2 februari 2015 in zake Raoul Thybaut en anderen tegen het Waalse Gewest, tussenkomende partijen : de gemeente Orp-Jauche en de nv « Bodymat », waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 12 februari 2015, heeft de Raad van State de volgende prejudiciële vraag gesteld : « ...[+++]

Moerman, E. Derycke et R. Leysen, assistée du greffier F. Meersschaut, présidée par le président J. Spreutels, après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant : I. Objet de la question préjudicielle et procédure Par arrêt n° 230.075 du 2 février 2015 en cause de Raoul Thybaut et autres contre la Région wallonne, parties intervenantes : la commune d'Orp-Jauche et la SA « Bodymat », dont l'expédition est parvenue au greffe de la Cour le 12 février 2015, le Conseil d'Etat a posé la question préjudicielle suivante : « - L'article 127, § 1, alinéa 1, 8°, du Code wallon de l'aménagement du territoire, de l'urbanisme, du patrimoine et de l'énerg ...[+++]


Moerman, E. Derycke, T. Merckx-Van Goey, P. Nihoul, F. Daoût, T. Giet en R. Leysen, bijgestaan door de griffier F. Meersschaut, onder voorzitterschap van voorzitter E. De Groot, wijst na beraad het volgende arrest : I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging Bij vonnis van 26 maart 2015 in zake de stad Antwerpen tegen de vzw « Cultureel Centrum Mehmet Akif », waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 15 april 2015, heeft de Rechtbank van eerste aanleg Antwerpen, afdeling Antwerpen, de volgende prejudic ...[+++]

Moerman, E. Derycke, T. Merckx-Van Goey, P. Nihoul, F. Daoût, T. Giet et R. Leysen, assistée du greffier F. Meersschaut, présidée par le président E. De Groot, après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant : I. Objet de la question préjudicielle et procédure Par jugement du 26 mars 2015 en cause de la ville d'Anvers contre l'ASBL « Cultureel Centrum Mehmet Akif », dont l'expédition est parvenue au greffe de la Cour le 15 avril 2015, le Tribunal de première instance d'Anvers, division Anvers, a posé la question préjudicielle suivante : « L'article 1 de la loi du 12 janvier 1993 concernant un droit d'action en matière de protection de l'e ...[+++]


Wat betreft de gevolgen van het arrest van 17 september 2015 (nr. 116/2015) van het Grondwettelijk Hof, verwijs ik u naar mijn antwoord op de vraag nr. 508 van mevrouw Catherine Fonck (Vragen en Antwoorden, Kamer, 2015-2016, nr. 62, blz. 114) Ik moet evenwel benadrukken dat het geenszins correct is dat het Grondwettelijk Hof in dit arrest een termijn heeft opgelegd ...[+++]

En ce qui concerne les conséquences de l'arrêt du 17 septembre 2015 (n° 116/2015) de la Cour constitutionnelle, je vous renvoie à ma réponse à la question n° 508 de madame Catherine Fonck (Questions et Réponses, Chambre, 2015-2016, n° 62, p. 114) Je tiens à souligner qu'il est en aucun cas correct que la Cour constitutionnelle a imposé un délai dans lequel une initiative législative devrait être prise.




datacenter (28): www.wordscope.be (v4.0.br)

'heeft in datzelfde arrest evenwel' ->

Date index: 2020-12-29
w