VI 78. § 1. De tijdelijke aanstelling van de ambtenaar wordt ambtshalve beëindigd bij een functioneringsevaluatie die met een onvoldoende wordt besloten, bij een beslissing tot loopbaanvertraging, bij een bevordering of bij een aanwijzing in een mandaat en, in voorkomend geval, bij een wijziging van dienstaanwijzing.
Il est mis fin d'office à la désignation temporaire du fonctionnaire en cas d'une évaluation fonctionnelle conclue par la mention « insuffisant », en cas de décision de ralentissement de carrière, en cas de promotion ou d'une désignation à un mandat et, le cas échéant, lors d'un changement d'affectation de service.