Uit de parlementaire voorbereiding van de wet van 10 juli 1996 volgt dat, wat betreft de in het geding zijnde bepalingen, de doelstelling van de wetgever drievoudig was : meer « duidelijkheid en rechtszekerheid » scheppen in de behandelingsprocedure van asielaanvragen, « manipulatie [door de asielzoekers] van de taalrol » vermijden en « een goed beheer van dossierbehandeling mogelijk [.] maken » (Gedr. St., Kamer, 1995-1996, nr. 364/1, pp.
Il ressort des travaux préparatoires de la loi du 10 juillet 1996 que, s'agissant des dispositions en cause, l'objectif du législateur était triple : apporter plus de « clarté et de sécurité juridique » dans la procédure d'examen des demandes d'asile, éviter « la manipulation [par les demandeurs d'asile] du rôle linguistique » et « permettre une bonne gestion du traitement des dossiers » (Doc. parl., Chambre, 1995-1996, n° 364/1, pp. 32 à 34).