Artikel 13, 3° wijzigt §§ 2 en 3 van artikel 106, KB/WIB 92, en stelt de inkomsten die worden betaald of toegekend in uitvoering van zakelijke zekerheidsovereenkomsten en leningen met betrekking tot Belgische aandelen gelijk met dividenden van Belgische aandelen voor de verzaking aan de roerende voorheffing ten g
unste van spaarders niet-inwoners die geen onderneming
exploiteren of die zich niet bezighouden met verrichtingen van winstgevende aard en die vrijgesteld zijn van alle inkomstenbelastingen in het land waarvan ze inwoner zijn
...[+++]of ten gunste van de door de Minister van Financiën erkende Belgische beleggingsfondsen bedoeld in artikel 106, § 3, KB/WIB 92.
L'article 13, 3° modifie les §§ 2 et 3 de l'article 106, AR/CIR 92, et assimile les revenus qui sont payés ou attribués en exécution de conventions constitutives de sûreté réelle et de prêts portant sur des actions ou parts belges, aux dividendes d'actions ou parts belges pour la renonciation au précompte mobilier en faveur d'épargnants non-résidents qui ne se livrent pas à une exploitation ou à des opérations de caractère lucratif et qui sont exemptés de tout impôt sur les revenus dans le pays dont ils sont résidents ou en faveur de fonds de placement belges agréés par le Ministre des Finances visés à l'article 106, § 3, AR/CIR 92.