Traduction de «staphylococcus aureus staphylococcus saprophyticus streptococcus pyogenes » (Néerlandais → Français) :

Aerobe gram+ micro-organismen: Staphylococcus aureus Staphylococcus saprophyticus Streptococcus pyogenes Aerobe gram- micro-organismen: Enterobacter cloacae Hemophilus influenzae Klebsiella oxytoca Moraxella catarrhalis Salmonella spp.
Micro-organismes à Gram+ aérobies : Staphylococcus aureus Staphylococcus saprophyticus Streptococcus pyogenes Micro-organismes à Gram- aérobies : Enterobacter cloacae Hemophilus influenzae Klebsiella oxytoca Moraxella catarrhalis Salmonella spp.

Frequentie van verworven resistentie in de EU (%) (species waarvan de frequentie gekend is)* GEVOELIGE MICRO-ORGANISMEN Aërobe grampositieve microorganismen: Staphylococcus aureus Staphylococcus epidermidis Streptococcus pyogenes Streptococcus viridans Streptococcus pneumoniae Aërobe gramnegatieve microorganismen: Brucella Ongeveer 10% Haemophilus influenzae Neisseria gonorrhoeae Neisseria meningitidis (niet bereikbaar bij lokalisatie in het hersenvlies) Pasteurella Vibrio cholerae Anaërobe micro-organismen: Propionibacterium acnes Andere: Borrelia burgdorferi Chlamydiae Coxiella burnetti Leptospira Mycoplasma (pneumoniae) Rickettsiae Treponema pallidum Ureaplasma (urealyticum) MATIG GEVOELIGE MICRO-ORGANISMEN
Fréquence de la résistance acquise dans l'UE (%) (espèce dont la fréquence est connue)* MICRO-ORGANISMES SENSIBLES Micro-organismes Gram Positif aérobies: Staphylococcus aureus Staphylococcus epidermidis Streptococcus pyogenes Streptococcus viridans Streptococcus pneumoniae Micro-organismes Gram Négatif aérobies: Brucella Environ 10% Haemophilus influenzae Neisseria gonorrhoeae Neisseria meningitidis (inaccessible en cas de présence dans les méninges) Pasteurella Vibrio cholerae Micro-organismes anaérobies: Propionibacterium acnes Autres: Borrelia burgdorferi Chlamydiae Coxiella burnetti

Frequentie van verworven resistentie in de EU (%) (species waarvan de frequentie gekend is)* GEVOELIGE MICRO-ORGANISMEN Aërobe grampositieve microorganismen: Staphylococcus aureus Staphylococcus epidermidis Streptococcus pyogenes Streptococcus viridans Streptococcus pneumoniae Aërobe gramnegatieve microorganismen: Brucella Ongeveer 10% Haemophilus influenzae Neisseria gonorrhoeae Neisseria meningitidis (niet bereikbaar bij lokalisatie in het hersenvlies) Pasteurella Vibrio cholerae Anaërobe micro-organismen: Propionibacterium acnes Andere: Borrelia burgdorferi Chlamydiae Coxiella burnetti Leptospira Mycoplasma (pneumoniae) Rickettsiae Treponema pallidum Ureaplasma (urealyticum) MATIG GEVOELIGE MICRO-ORGANISMEN Aërobe grampositieve microorganismen: Bacillus anthracis Listeria monocytogenes
Fréquence de la résistance acquise dans l'UE (%) (espèce dont la fréquence est connue)* MICRO-ORGANISMES SENSIBLES Micro-organismes Gram Positif aérobies: Staphylococcus aureus Staphylococcus epidermidis Streptococcus pyogenes Streptococcus viridans Streptococcus pneumoniae Micro-organismes Gram Négatif aérobies: Brucella Environ 10% Haemophilus influenzae Neisseria gonorrhoeae Neisseria meningitidis (inaccessible en cas de présence dans les méninges) Pasteurella Vibrio cholerae Micro-organismes anaérobies: Propionibacterium acnes Autres: Borrelia burgdorferi Chlamydiae Coxiella burnetti Leptospira Mycoplasma (pneumoniae) Rickettsiae Treponema pallidum Ureaplasma (urealyticum) MICRO-ORGANISMES MOYENNEMENT SENSIBLES

Stammen waarvoor verworven resistentie een probleem kan zijn (≥ 10% in minstens één land van de Europese Unie) Staphylococcus aureus* Streptococcus pneumoniae* Streptococcus pyogenes*
Souches pour lesquelles une résistance acquise peut être un problème (≥ 10% dans au moins un pays de l’Union Européenne) Staphylococcus aureus* Streptococcus pneumoniae* Streptococcus pyogenes*

Stammen waarvoor een verworven resistentie een probleem kan zijn (≥ 10% in minstens één land van de Europese Unie) Staphylococcus aureus* Streptococcus pneumoniae* Streptococcus pyogenes* Intrinsiek resistente micro-organismen Enterokokken Clostridium difficile Pseudomonas spp.
Souches pour lesquelles une résistance acquise peut être un problème (≥ 10% dans au moins un pays de l’Union Européenne) Staphylococcus aureus* Streptococcus pneumoniae* Streptococcus pyogenes* Micro-organismes intrinsèquement résistants Entérocoques Clostridium difficile Pseudomonas spp.

Infecties van de huid en weke delen van milde tot matige ernst: deze infecties worden meestal veroorzaakt door de Staphylococcus aureus en de Streptococcus pyogenes, die beide resistent kunnen zijn voor macroliden.
Infections de la peau et des tissus mous de faible à moyenne gravité: Ces infections sont principalement causées par le Staphylococcus aureus et le Streptococcus pyogenes.

Vaak voorkomende gevoelige soorten Enterococcus faecalis Enterococcus faecium Staphylococcus aureus (methicilline-gevoelig) Streptococcus pyogenes Haemophilus influenzae Moraxella catarrhalis Bacteroides fragilis Clostridium perfringens Peptostreptococcus spp.
Espèces fréquemment sensibles Enterococcus faecalis Enterococcus faecium Staphylococcus aureus (sensible à la méthicilline) Streptococcus pyogenes Haemophilus influenzae Moraxella catarrhalis Bacteroides fragilis Clostridium perfringens Peptostreptococcus spp.

Toetsorganismen: Minstens 1 Gram-positieve en 1 Gram-negatieve toetskiem worden onderzocht. Geschikte stammen zijn: Staphylococcus aureus, Staphylococcus saprophyticus.
Organismes-cibles : au moins 1 germe-cible Gram positif et 1 Gram négatif sont examinés; les souches appropriées sont : Staphylococcus aureus, Staphylococcus saprophyticus.

Dit is het geval voor potentieel pathogene bacteriën zoals Streptococcus pyogenes en Staphylococcus aureus maar ook voor schimmelsporen, waaronder Aspergillus species.
Cela concerne les bactéries potentiellement pathogènes comme les streptocoques pyogènes et les staphylocoques dorés mais également pour les spores de moisissures parmi lesquelles Aspergillus spp.

Impetigo Staphylococcus aureus, Streptococcus pyogenes Infecties en kolonisatie door multiresistente bacteriën E-BLSE MRSA VRE Genitale infectie Chlamydia trachomatis Neisseria gonorrhoeae Treponema pallidum HIV infectie
Impetigo Staphylococcus aureus, Streptococcus pyogenes Infections et colonisation à BMR E-BLSE MRSA VRE Infection génitale Chlamydia trachomatis Neisseria gonorrhoeae Treponema pallidum Infection à VIH