Boost Your Productivity!Translate documents (Ms-Word, Ms-Excel, ...) faster and better thanks to artificial intelligence!
https://pro.wordscope.com
https://blog. wordscope .com

Traduction de «vierten klagegrund angefochten wird » (Allemand → Néerlandais) :

Derzeit weist die klagende Partei also nicht mehr das erforderliche Interesse an der Beantragung der Nichtigerklärung der Bestimmung nach, die im dritten Klagegrund angefochten wird.

De verzoekende partij doet thans dus niet meer blijken van het vereiste belang om de vernietiging te vorderen van de bepaling die in het derde middel wordt bestreden.


In ihrem vierten Klagegrund führen die klagenden Parteien an, dass der angefochtene Artikel 18 des Dekrets vom 23. Dezember 2016 gegen Artikel 27 der Verfassung verstoße, indem dadurch künftig direkte oder indirekte Verbindungen zwischen mehr als zwei lokalen Rundfunkanstalten verboten würden.

In hun vierde middel voeren de verzoekende partijen aan dat het bestreden artikel 18 van het decreet van 23 december 2016 artikel 27 van de Grondwet schendt, doordat het voortaan rechtstreekse of onrechtstreekse bindingen tussen meer dan twee lokale radio-omroeporganisaties zou verbieden.


Im vierten Klagegrund wird der Gerichtshof gebeten, über die Vereinbarkeit von Artikel 92 des Programmgesetzes vom 10. August 2015 mit dem Grundsatz der Nichtrückwirkung und mit Artikel 1 des ersten Zusatzprotokolls zur Europäischen Menschenrechtskonvention zu befinden.

In het vierde middel wordt het Hof verzocht uitspraak te doen over de bestaanbaarheid van artikel 92 van de programmawet van 10 augustus 2015 met het beginsel van de niet-retroactiviteit en met artikel 1 van het Eerste Aanvullend Protocol bij het Europees Verdrag voor de rechten van de mens.


Im fünften Teil des vierten Klagegrunds wird Artikel 1 § 2 des angefochtenen Dekrets ins Auge gefasst, insofern er die Schüler, die während des akademischen Jahres 2016-2017 im fünften und sechsten Jahr des Sekundarunterrichts eingeschrieben waren, dazu verpflichtet, die Eingangs- und Zulassungsprüfung abzulegen.

In het vijfde onderdeel van het vierde middel wordt artikel 1, § 2, van het bestreden decreet beoogd in zoverre het de leerlingen die gedurende het academiejaar 2016-2017 waren ingeschreven in het vijfde en het zesde jaar van het secundair onderwijs ertoe verplicht het ingangs- en toelatingsexamen af te leggen.


Aus der Darlegung der Klagegründe geht hervor, dass nur Artikel 2 des Gesetzes vom 28. Juni 2015 angefochten wird, insofern dadurch das Datum der Deaktivierung und des Endes der industriellen Stromerzeugung von Doel 1 und Doel 2 verschoben wird, während die anderen Bestimmungen des Gesetzes nur in dem Maße angefochten werden, als sie untrennbar mit diesem Artikel 2 verbunden wären.

Uit de uiteenzetting van de middelen blijkt dat alleen artikel 2 van de wet van 28 juni 2015 wordt bestreden, in zoverre de datum van de desactivering en van het einde van de industriële elektriciteitsproductie van de centrales Doel 1 en Doel 2 daarin wordt uitgesteld, waarbij de andere bepalingen van de wet enkel worden bestreden in zoverre zij onlosmakelijk verbonden zouden zijn met dat artikel 2.


Es ist in diesem Fall nicht notwendig, das Interesse der zweiten, dritten und vierten klagenden Parteien zu prüfen, da das Interesse der ersten klagenden Partei weder angefochten wird, noch anfechtbar ist, umso mehr, als sie ebenfalls Partei in der Rechtssache ist, in der der Staatsrat durch seinen Entscheid Nr. 228. 690 vom 7. Oktober 2014 dem Gerichtshof eine Vorabentscheidungsfrage zu Artikel 4.8.21 des Flämischen Raumordnungskodex gestellt hat.

Het is te dezen niet nodig het belang van de tweede, derde en vierde verzoekende partijen te onderzoeken, nu het belang van de eerste verzoekende partij niet wordt betwist, noch betwistbaar is, temeer daar zij eveneens partij is in de zaak waarin de Raad van State bij zijn arrest nr. 228.690 van 7 oktober 2014 aan het Hof een prejudiciële vraag heeft gesteld over artikel 4.8.21 van de VCRO.


Wenn die einstweilige Aufhebung aufgrund von Artikel 20 Nr. 2 des Sondergesetzes vom 6. Januar 1989 über den Verfassungsgerichtshof beantragt wird, muss der Gerichtshof weder die ernsthafte Beschaffenheit der Klagegründe, noch das Bestehen der Gefahr eines schwer wiedergutzumachenden ernsthaften Nachteils prüfen; vielmehr muss er prüfen, ob die angefochtene Bestimmung mit eine ...[+++]

Wanneer de schorsing wordt gevorderd op grond van artikel 20, 2°, van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Grondwettelijk Hof, moet het Hof noch het ernstige karakter van de middelen, noch het bestaan van een risico van een moeilijk te herstellen ernstig nadeel onderzoeken, maar moet het onderzoeken of de bestreden bepaling identiek of soortgelijk is met een door dezelfde wetgever aangenomen en voordien door het Hof vernietigde bepaling.


Obwohl der mit dem zweiten und dem vierten Klagegrund angefochtene Artikel 20 des Antirassismusgesetzes, eingefügt durch das Gesetz vom 10. Mai 2007, eine ähnliche Tragweite hat wie der durch das angefochtene Gesetz aufgehobene Artikel 1 des Antirassismusgesetzes vom 30. Juli 1981, hat der Gesetzgeber durch die Annahme der angefochtenen Bestimmung seinen Willen gezeigt, erneut gesetzgeberisch tätig zu werden.

Ofschoon het met het tweede en het vierde middel bestreden artikel 20 van de Antiracismewet, zoals ingevoegd bij de wet van 10 mei 2007, een draagwijdte heeft die soortgelijk is aan die van het bij de bestreden wet opgeheven artikel 1 van de Antiracismewet van 30 juli 1981, heeft de wetgever bij het aannemen van de bestreden bepaling zijn wil getoond om opnieuw te legifereren.


Die vier Klagegründe seien abgeleitet aus dem Verstoss gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung, in Verbindung mit deren Artikeln 23 und 27, mit dem durch das Gesetz vom 4. April 1991 genehmigten Übereinkommen Nr. 151 über den Schutz der Vereinigungsfreiheit und die Verfahren zur Festlegung von Beschäftigungsbedingungen im öffentlichen Dienst und mit der durch das Gesetz vom 11. Juli 1990 genehmigten Europäischen Sozialcharta (die nur im ersten und vierten Klagegrund angeführt wird).

De vier middelen zijn afgeleid uit de schending van de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in samenhang met de artikelen 23 en 27 ervan, met het Verdrag nr. 151 betreffende de bescherming van het vakverenigingsrecht en procedures voor het vaststellen van arbeidsvoorwaarden in de openbare dienst, goedgekeurd bij de wet van 4 april 1991, en met het Europees Sociaal Handvest, goedgekeurd bij de wet van 11 juli 1990 (dat alleen in het eerste en het vierde middel wordt beoogd).


Gemäss Artikel 43, der mit dem dritten und vierten Klagegrund angefochten wird, kann von der Flämischen Region insofern eine Entschädigung gefordert werden, als ein Einkommensverlust infolge der in den Artikeln 25 § 3 2° 1) oder 26 § 3 2° 1) vorgesehenen Massnahmen nachgewiesen wird, das heisst infolge des Verbots der Verwendung von Pflanzenschutzmitteln.

Volgens artikel 43, bestreden in het derde en het vierde middel, kan van het Vlaamse Gewest een vergoeding worden gevraagd in zoverre inkomstenverlies kan worden aangetoond ten gevolge van de maatregelen bedoeld in artikel 25, § 3, 2°, 1), of artikel 26, § 3, 2°, 1), dat wil zeggen, ten gevolge van het verbod van het gebruik van bestrijdingsmiddelen te gebruiken.


w