In der durch das angefochtene Gesetz abgeänderten Fassung bestimmt Artikel 3 § 4 erster Satz des Gesetzes vom 28. Mai 2002: « Die Bitte des Patienten sowie, wenn der Patient minderjährig ist, das Einverständnis der gesetzlichen Vertreter müssen schriftlich festgehalten werden ».
Zoals gewijzigd bij de bestreden wet, bepaalt artikel 3, § 4, eerste zin, van de wet van 28 mei 2002 : « Het verzoek van de patiënt, alsook de instemming van de wettelijke vertegenwoordigers indien de patiënt minderjarig is, worden op schrift gesteld ».