Traduction de «stärksten besorgnis » (Allemand → Néerlandais) :

TERMINOLOGIE

begründete Besorgnis der Befangenheit
wettige verdenking

Besorgnis erregendes Verschwinden
onrustwekkende verdwijning

Besorgnis der Befangenheit
vrees voor partijdigheid als reden tot wraking | wettige verdenking

wegen Besorgnis der Befangenheit
aan de onpartijdigheid twijfelen | partijdigheid,vooringenomenheid vermoeden

Besorgnis erregender Staat | Pariastaat | Risikostaat | verbrecherischer Staat
land van zorg | probleemstaat

Gruppe der am stärksten industrialisierten Länder [ G7 | G7/G8 | G8 | G8-Staaten | Gruppe der Acht | Gruppe der acht größten Industriestaaten | Gruppe der Sieben | Siebenergruppe ]
Groep van meest geïndustrialiseerde landen [ G7 | G7/G8 | G8 | Groep van Acht | Groep van Zeven | Groep van zeven meest geïndustrialiseerde landen ]

TRADUCTIONS EN CONTEXTE

- Mehr rechtliche Stabilität und ein geringeres Investitionsrisiko Einer der Aspekte, die bei nationalen Förderregelungen am stärksten Besorgnis erregen, bezieht sich auf instabile Systemabläufe.
- de stabiliteit van de wetgeving te verbeteren en de investeringsrisico's te beperken.

38. erinnert – in Anbetracht der Tatsache, dass die jüngste Wirtschafts- und Finanzkrise insbesondere diejenigen gesellschaftlichen Randgruppen spürbar getroffen hat, die bei Turbulenzen auf dem Arbeitsmarkt am stärksten davon bedroht sind, ihren Arbeitsplatz zu verlieren – daran, dass Bildung und Beschäftigung die besten Wege aus der Armut sind, weshalb die Integration gesellschaftlicher Randgruppen in die Gesellschaft und in den Arbeitsmarkt eine Priorität darstellen sollte; stellt mit Besorgnis fest, dass Mitglieder gesellschaftlicher Randgruppen häufig aus der Gesellschaft ausgegrenzt sind, diskriminiert werden und folglich Hindernissen gegenüberstehen, wenn es um den Zugang zu hochwertiger Bildung, Beschäftigung, Gesundheitsversorgung, Transport, Information und Dienstleitungen im Allgemeinen geht, was ein komplexes Problem darstellt, das durch den komplementären Einsatz und die wirksame Kombination von ESI-Fonds und einzelstaatlichen Ressourcen in angemessener Weise angegangen werden muss; betont dementsprechend die Notwendigkeit besonderer Anstrengungen in Bezug auf bereits bestehende EU-Programme, wie die Beschäftigungsinitiative für junge Menschen, Erasmus+ und Kreatives Europa, um Mitglieder gesellschaftlicher Randgruppen zu erreichen – ergänzt durch regelmäßige Kontrollen dahingehend, ob dies gelingt –, um den Kreislauf von Armut und Marginalisierung zu durchbrechen und die beruflichen Fähigkeiten und Qualifikationen der Menschen zu verbessern;
38. herinnert eraan – gezien het feit dat de recente economische en financiële crisis met name gemarginaliseerde groepen heeft getroffen die bij onrust op de arbeidsmarkt het grootste risico lopen hun baan te verliezen – dat onderwijs en werk de beste manier zijn om aan armoede te ontkomen en dat het integreren van gemarginaliseerde gemeenschappen in de samenleving en de arbeidsmarkt derhalve een prioriteit moet zijn; stelt met bezorgdheid vast dat leden van gemarginaliseerde gemeenschappen vaak het slachtoffer worden van sociale uitsluiting en discriminatie en als gevolg daarvan worden geconfronteerd met belemmeringen van de toegang tot kwalitatief hoogwaardig onderwijs, werk, gezondheidszorg, vervoer, informatie en diensten in het algemeen, wat een complex probleem is dat naar behoren moet worden aangepakt door middel van het complementaire gebruik en een doeltreffende combinatie van het ESIF en nationale middelen; benadrukt derhalve dat er ten aanzien van bestaande EU-programma's, zoals het jongerenwerkgelegenheidsinitiatief, Erasmus+ en Creatief Europa, bijzondere inspanningen moeten worden geleverd om leden van gemarginaliseerde gemeenschappen te bereiken, gekoppeld aan een regelmatige controle van het succes daarvan, teneinde de armoede- en marginaliseringscyclus te doorbreken en de beroepsvaardigheden en -kwalificaties van mensen te verbeteren;

105. verweist auf die Besorgnis des Büros der Vereinten Nationen für Projektdienste (UNOPS) darüber, dass die Westsahara nach wie vor eines der am stärksten verminten Gebiete der Welt ist; weist darauf hin, dass Landminen in der Westsahara seit 1975 mindestens 2 500 tragische Todesfälle verursacht haben, weiterhin das Leben Tausender saharauischer Nomaden bedrohen und ein erhebliches Hindernis für die Lösung des Westsahara-Konflikts und für die Verbesserung der Flüchtlingssituation darstellen; würdigt daher die Arbeit von MINURSO, der Königlichen marokkanischen Armee, der Polisario-Front, Landmine Action und anderer Organisationen zur Kartografierung und Räumung der betroffenen Gebiete; begrüßt, dass die Polisario-Front den Genfer Appell zum Verbot von Antipersonenminen unterzeichnet hat; ermutigt alle Akteure, alles in ihrer Macht Stehende zu tun, um die Bevölkerung aufzuklären, Opfern zu helfen und die verbliebene Munition vollständig zu beseitigen; weist ferner darauf hin, dass Marokko eines der wenigen Länder der Welt und eines von drei afrikanischen Ländern ist, die das Übereinkommen über das Verbot von Antipersonenminen nicht unterzeichnet haben; fordert Marokko auf, das Übereinkommen als vertrauensbildende Maßnahme und Zeichen seines festen Bekenntnisses zum Frieden zu unterzeichnen;
105. herinnert aan de zorgen van het Bureau van de Verenigde Naties voor projectdiensten (UNOPS) dat de Westelijke Sahara nog altijd een van de gebieden ter wereld is met de meeste landmijnen; wijst erop dat landmijnen in de Westelijke Sahara ten minste 2 500 tragische slachtoffers hebben geëist sinds 1975, nog altijd een bedreiging zijn voor vele duizenden Sahrawi-nomaden, en een ernstige belemmering vormen voor de oplossing van het conflict in de Westelijke Sahara en de vluchtelingensituatie; prijst in dit verband het werk van de MINURSO, het Koninklijke Marokkaanse Leger, het Polisario-front, Landmine Action en andere organisaties om de desbetreffende gebieden in kaart te brengen en van landmijnen te ontdoen; is verheugd dat het Polisario-front de Oproep van Genève inzake het verbod op antipersoonsmijnen heeft ondertekend; moedigt alle actoren aan alles in het werk te stellen om de bevolking voor te lichten, slachtoffers bij te staan en alle resterende munitie te verwijderen; merkt bovendien op dat Marokko een van de weinige landen ter wereld en een van de slechts drie Afrikaanse landen is die het Verdrag van Ottawa niet hebben ondertekend; roept het land op het verdrag alsnog te ondertekenen als een manier het onderlinge vertrouwen te versterken en aan te geven dat het vrede wil;

108. verweist auf die Besorgnis des Büros der Vereinten Nationen für Projektdienste (UNOPS) darüber, dass die Westsahara nach wie vor eines der am stärksten verminten Gebiete der Welt ist; weist darauf hin, dass Landminen in der Westsahara seit 1975 mindestens 2 500 tragische Todesfälle verursacht haben, weiterhin das Leben Tausender saharauischer Nomaden bedrohen und ein erhebliches Hindernis für die Lösung des Westsahara-Konflikts und für die Verbesserung der Flüchtlingssituation darstellen; würdigt daher die Arbeit von MINURSO, der Königlichen marokkanischen Armee, der Polisario-Front, Landmine Action und anderer Organisationen zur Kartografierung und Räumung der betroffenen Gebiete; begrüßt, dass die Polisario-Front den Genfer Appell zum Verbot von Antipersonenminen unterzeichnet hat; ermutigt alle Akteure, alles in ihrer Macht Stehende zu tun, um die Bevölkerung aufzuklären, Opfern zu helfen und die verbliebene Munition vollständig zu beseitigen; weist ferner darauf hin, dass Marokko eines der wenigen Länder der Welt und eines von drei afrikanischen Ländern ist, die das Übereinkommen über das Verbot von Antipersonenminen nicht unterzeichnet haben; fordert Marokko auf, das Übereinkommen als vertrauensbildende Maßnahme und Zeichen seines festen Bekenntnisses zum Frieden zu unterzeichnen;
108. herinnert aan de zorgen van het Bureau van de Verenigde Naties voor projectdiensten (UNOPS) dat de Westelijke Sahara nog altijd een van de gebieden ter wereld is met de meeste landmijnen; wijst erop dat landmijnen in de Westelijke Sahara ten minste 2 500 tragische slachtoffers hebben geëist sinds 1975, nog altijd een bedreiging zijn voor vele duizenden Sahrawi-nomaden, en een ernstige belemmering vormen voor de oplossing van het conflict in de Westelijke Sahara en de vluchtelingensituatie; prijst in dit verband het werk van de MINURSO, het Koninklijke Marokkaanse Leger, het Polisario-front, Landmine Action en andere organisaties om de desbetreffende gebieden in kaart te brengen en van landmijnen te ontdoen; is verheugd dat het Polisario-front de Oproep van Genève inzake het verbod op antipersoonsmijnen heeft ondertekend; moedigt alle actoren aan alles in het werk te stellen om de bevolking voor te lichten, slachtoffers bij te staan en alle resterende munitie te verwijderen; merkt bovendien op dat Marokko een van de weinige landen ter wereld en een van de slechts drie Afrikaanse landen is die het Verdrag van Ottawa niet hebben ondertekend; roept het land op het verdrag alsnog te ondertekenen als een manier het onderlinge vertrouwen te versterken en aan te geven dat het vrede wil;

59. bringt seine Besorgnis darüber zum Ausdruck, dass Einfuhren aus Ländern mit weniger restriktiven Vorschriften betreffend CO2-Emissionen in der EU zwischen 1990 und 2006 am stärksten zu einem Anstieg der verbrauchsbedingten CO2-Emissionen um 47% beigetragen haben; stellt jedoch fest, dass dies mit der bisherigen Klimaschutzpolitik der EU und speziell dem Emissionshandelssystem der EU in keinem Zusammenhang steht; fordert die Kommission trotzdem auf, zu prüfen, ob sich diese Trends nach 2006 fortgesetzt haben;
59. uit haar bezorgdheid over het feit dat de invoer vanuit landen met minder strenge CO2-beperkingen er het meest toe heeft bijgedragen dat de consumptieve CO2-emissies in de EU tussen 1990 en 2006 met 47% zijn gestegen; merkt op dat dit geheel los staat van het recente klimaatbeleid van de EU en meer in het bijzonder de ETS-regeling van de EU; verzoekt de Commissie niettemin na te gaan of deze trend zich na 2006 heeft voortgezet;

Ferner bringt der Bericht die Besorgnis der Kommission wegen der Verzögerungen bei der Umsetzung der Wasserrahmenrichtlinie in den am stärksten von Wasserknappheit betroffenen Mitgliedstaaten zum Ausdruck.
De Commissie drukt in het verslag ook haar bezorgdheid uit over de vertraging in de tenuitvoerlegging van de kaderrichtlijn water in de lidstaten die het meest door waterschaarste worden getroffen.

30. verweist mit Besorgnis darauf, dass die Ostsee im Moment eines der weltweit am stärksten verschmutzten Meere ist, und erinnert die Kommission an seine frühere Empfehlung, einen Vorschlag für eine gemeinschaftliche Ostseestrategie auszuarbeiten, in der Maßnahmen zur Verbesserung der Umweltsituation der Ostsee, insbesondere zur Verringerung der Eutrophierung der Ostsee sowie zur Verhinderung der Zuführung von Öl und anderen giftigen sowie schädlichen Stoffen in das Meer unterbreitet werden; erinnert daran, dass bereits bestehende Zusammenarbeitsinstrumente, wie die INTERREG Programme umfassend genutzt werden müssen, um gemeinsame überregionale Projekte zur Verbesserung der Umweltsituation der Ostsee zu verwirklichen;
30. stelt verontrust vast dat de Oostzee momenteel een van de meest vervuilde zeeën ter wereld is en wijst de Commissie andermaal op zijn vorige verzoek om een aanbeveling op te stellen voor een EU-strategie voor de Oostzee, waarin maatregelen worden voorgesteld ter verbetering van de milieusituatie van de Oostzee, teneinde met name de eutrofiëring van de Oostzee te beperken en de lozing in zee van olie en andere giftige en schadelijke stoffen te voorkomen; wijst er nogmaals op dat bestaande samenwerkingsinstrumenten zoals INTERREG-programma's ten volle moeten worden ingezet bij de tenuitvoerlegging van interregionale projecten ter verbetering van de situatie van de Oostzee;

Die relevanten Stoffe werden, sobald dies praktisch möglich ist, in das System eingespeißt, wobei die Stoffe, die am stärksten zur Besorgnis Anlass geben, zuerst berücksichtigt werden.
De desbetreffende stoffen zullen zo spoedig in het systeem worden opgenomen, waarbij de stoffen die de meeste aanleiding tot zorg geven het eerst aan de beurt komen.

Der Rat äußerte seine Besorgnis über die humanitäre Lage der Flüchtlinge und Vertriebenen in der Region und bekräftigte, daß die EU bereit ist, auch weiterhin Unterstützung für die Rückkehr und die Wiedereingliederung von Flüchtlingen und Vertriebenen zu leisten sowie spezifische Maßnahmen für die vom Konflikt am stärksten betroffenen Regionen, insbesondere die Kivu-Region, zu treffen.
De Raad sprak zijn bezorgdheid uit over de humanitaire situatie van de vluchtelingen en ontheemden in de regio en bevestigde opnieuw de bereidheid van de EU om de terugkeer en reïntegratie van vluchtelingen en ontheemde personen te blijven ondersteunen, alsmede om specifieke maatregelen te nemen voor de regio's die het zwaarst door dit conflict zijn getroffen, in het bijzonder het gebied van Kivu.