Boost Your Productivity!Translate documents (Ms-Word, Ms-Excel, ...) faster and better thanks to artificial intelligence!
https://pro.wordscope.com
https://blog. wordscope .com

Vertaling van "rechtssache nicht beantragt " (Duits → Nederlands) :

Aus dem Verfahren in der Rechtssache vor dem vorlegenden Rechtsprechungsorgan geht jedoch hervor, dass, falls der Kassationshof zusätzliche Untersuchungen beantragt und zu diesem Zweck die Sache an den Ersten Präsidenten eines anderen Appellationshofes als derjenige des Bereichs des betreffenden Magistrats verwiesen hat, damit dieser einen Untersuchungsmagistrat bestimmt, der Generalprokurator bei diesem Appellationshof als zuständig erachtet wird, nach Abschluss der angeforderten Untersuchung darüber zu entscheiden, ob die Sache an d ...[+++]

Uit de rechtspleging in de zaak voor het verwijzende rechtscollege blijkt evenwel dat, wanneer het Hof van Cassatie bijkomend onderzoek heeft gevorderd en de zaak te dien einde heeft verwezen naar de eerste voorzitter van een ander hof van beroep dan dat van het rechtsgebied van de betrokken magistraat opdat die een onderzoeksmagistraat aanwijst, de procureur-generaal bij dat hof van beroep bevoegd wordt geacht om bij het afsluiten van het gevorderde onderzoek te beslissen of de zaak al dan niet naar het vonnisgerecht moet worden verw ...[+++]


In der Rechtssache Nr. 6190 wird die Nichtigerklärung der Artikel 66 § 3, 90 § 2, 105 § 1 und 390 § 5 des Dekrets über die Umgebungsgenehmigung beantragt, weil die angefochtenen Artikel im Widerspruch zu den Artikeln 10, 11 und 23 Absatz 3 Nr. 4 der Verfassung in Verbindung mit Artikel 9 des Aarhus-Übereinkommens sowie mit verschiedenen europäischen Richtlinien stünden; infolge der angefochtenen Artikel werde eine Ausschlussfrist angewandt bei der Beurteilung der Verwaltungsbeschwerde auf Erlangung einer Umgebungsgenehmigung oder bei dem Verfahren zur An ...[+++]

In de zaak nr. 6190 wordt de vernietiging gevraagd van de artikelen 66, § 3, 90, § 2, 105, § 1, en 390, § 5, van het Omgevingsvergunningsdecreet, omdat de bestreden artikelen strijdig zouden zijn met de artikelen 10, 11 en 23, derde lid, 4°, van de Grondwet, in samenhang gelezen met artikel 9 van het Verdrag van Aarhus, alsook met diverse Europese richtlijnen; ingevolge de bestreden artikelen wordt een vervaltermijn gehanteerd bij het beoordelen van het administratief beroep tot het verkrijgen van een omgevingsvergunning of bij de procedure tot het bijstellen van een omgevingsvergunning, terwijl een stilzwijgend afwijzen van een adminis ...[+++]


Die durch die klagende Partei in der Rechtssache Nr. 6098 in ihrem Erwiderungsschriftsatz beantragte Erweiterung der Klage auf eine Bestimmung, die in der Klageschrift nicht angefochten wird, ist ebenfalls nicht zulässig.

De door de verzoekende partij in de zaak nr. 6098 in haar memorie van antwoord gevraagde uitbreiding van het beroep tot een bepaling die in het verzoekschrift niet wordt bestreden, is evenmin ontvankelijk.


Nach Darlegung der klagenden Parteien könne der Umstand, dass ein Sprachwechsel beantragt werden könne und dass die Rechtssache in der Berufungsinstanz durch das französischsprachige Gericht erster Instanz Brüssel behandelt werden könne, es nicht rechtfertigen, dass die Arbeitsweise des Korps der Magistrate, auf die sich die angefochtenen Bestimmungen bezögen, der Amtsgewalt und Kontrolle dieses Gerichts unterlägen.

Volgens de verzoekende partijen maakt het gegeven dat een verandering van taal kan worden aangevraagd en dat de zaak in hoger beroep kan worden behandeld door de Franstalige Rechtbank van eerste aanleg te Brussel, het niet mogelijk te verantwoorden dat de werking van het korps van de magistraten op wie de bestreden bepalingen betrekking hebben, wordt onderworpen aan het gezag en de controle van die rechtbank.


Insofern die klagenden Parteien bemängeln, dass die angefochtene Massnahme ebenfalls auf Studentenwohnungen Anwendung finde, ist die Klage unzulässig, da dieser Sachbereich nicht durch den nunmehr angefochtenen Artikel 2 des Gesetzes vom 26. April 2007, sondern durch Artikel 98 des Gesetzes vom 25. April 2007 zur Festlegung verschiedener Bestimmungen (IV) geregelt wird, dessen Nichtigerklärung in dieser Rechtssache nicht beantragt wird.

In zoverre de verzoekende partijen de bestreden maatregel bekritiseren doordat hij tevens van toepassing is op studentenkamers, is het beroep niet ontvankelijk, vermits die aangelegenheid niet door het thans bestreden artikel 2 van de wet van 26 april 2007, maar door artikel 98 van de wet van 25 april 2007 houdende diverse bepalingen (IV) wordt geregeld, waarvan in deze zaak de vernietiging niet wordt gevorderd.


Wenn der Klagegrund so zu verstehen sei, dass er einen Behandlungsunterschied zwischen den dem Disziplinarrecht unterstehenden Personen und den Disziplinarbehörden anprangere, insofern nur letztere ein « Berufungsrecht » besässen, sei der Klagegrund gegen Artikel 26 gerichtet, dessen Nichtigerklärung jedoch in der Rechtssache Nr. 1786 nicht beantragt werde.

Indien het middel zo moet worden begrepen dat het een onderscheid in behandeling aanklaagt tussen de tuchtonderhorige en de tuchtoverheden in zoverre enkel deze laatste een « recht op beroep » hebben, is het middel gericht tegen artikel 26, waarvan in de zaak nr. 1786 evenwel niet de vernietiging is gevraagd.


P. d'Otreppe de Bouvette, der in einer ersten Klageschrift die Nichtigerklärung von Artikel 22 § 3 Absätze 3 und 4 des angefochtenen Gesetzes beantragt (Rechtssache Nr. 1767), hat in einer zweiten Klageschrift ebenfalls eine Klage auf Nichtigerklärung von Artikel 22 § 3 Absätze 5 und 6 eingereicht (Rechtssache Nr. 1806), auch wenn er sich durch die letztgenannten Bestimmungen nicht persönlich betroffen fühlt.

P. d'Otreppe de Bouvette, die in een eerste verzoekschrift de vernietiging vordert van artikel 22, § 3, derde en vierde lid, van de bestreden wet (zaak nr. 1767), heeft in een tweede verzoekschrift ook beroep tot vernietiging ingesteld tegen artikel 22, § 3, vijfde en zesde lid (zaak nr. 1806), ook al acht hij zich niet persoonlijk betrokken bij die laatste bepalingen.


Der in der präjudiziellen Frage genannte Behandlungsunterschied besteht darin, dass das Gericht, vor dem sich der Angeschuldigte, auf den die Regeln von Artikel 23 des Gesetzes anwendbar sind, verantworten muss, wegen der Umstände der Rechtssache entscheiden kann, nicht auf den Antrag des Angeschuldigten, der nur eine andere Sprache beherrscht als die des Verfahrens oder dem es leichter fällt, sich in dieser anderen Sprache auszudrücken, einzugehen, das Verfahren in dieser Sprache erfolgen zu lassen, während das Gericht dem Angeschuldigten, auf den die Regeln von Artikel 14 bis 16 des Gesetzes anwendbar sind, die Sprachänderung des V ...[+++]

Het door de prejudiciële vraag beoogde verschil in behandeling bestaat erin dat de rechtbank waarvoor de beklaagde op wie de regels van artikel 23 van de wet van toepassing zijn, wordt vervolgd, wegens de omstandigheden van de zaak kan beslissen niet in te gaan op de vraag van de beklaagde die alleen een andere taal kent dan de taal van de rechtspleging, of die zich gemakkelijker uitdrukt in die andere taal, om de rechtspleging in die taal te laten geschieden, terwijl de rechtbank aan de beklaagde op wie de regels ...[+++]


(2) Beantragt der Rechtsmittelführer für den Fall der Aufhebung der angefochtenen Entscheidung, dass die Rechtssache an das Gericht zurückverwiesen wird, so hat er die Gründe darzulegen, aus denen der Rechtsstreit nicht zur Entscheidung durch den Gerichtshof reif ist.

2. Wanneer de rekwirant verzoekt dat, in geval van vernietiging van de bestreden beslissing, de zaak wordt terugverwezen naar het Gerecht, zet hij de redenen uiteen waarom het geding niet in staat van wijzen is voor het Hof.


(1) Der Gerichtshof verweist alle bei ihm anhängigen Rechtssachen an die Kammern mit fünf oder mit drei Richtern, sofern nicht die Schwierigkeit oder die Bedeutung der Rechtssache oder besondere Umstände eine Verweisung an die Große Kammer erfordern, es sei denn, eine solche Verweisung ist gemäß Artikel 16 Absatz 3 der Satzung von einem am Verfahren beteiligten Mitgliedstaat oder Unionsorgan beantragt worden.

1. Het Hof verwijst elke bij hem aanhangig gemaakte zaak naar de kamers van vijf of drie rechters, voor zover het wegens de moeilijkheid of het belang van de zaak dan wel wegens bijzondere omstandigheden niet noodzakelijk is dat de zaak naar de Grote kamer wordt verwezen, behoudens wanneer om een dergelijke verwijzing krachtens artikel 16, derde alinea, van het Statuut is verzocht door een lidstaat of een instelling van de Unie die aan de procedure deelneemt.


w