Traduction de «kraft wurde seitdem mehrere male » (Allemand → Néerlandais) :

Wie in B.4 dargelegt wurde, geht aus dem Zustandekommen der fraglichen Bestimmung hervor, dass der Gesetzgeber vor allem die bösgläubig handelnden Geschäftsführer und Verwalter haftbar machen wollte, die sich des Sozialbetrugs schuldig machen, indem sie ein Unternehmen gründen und anschließend einen Konkurs herbeiführen, ohne dass sie ihre Sozialversicherungsschulden bezahlt haben, und diese Vorgehensweise mehrere Male wiederholen.
Zoals is aangegeven in B.4, blijkt uit de totstandkoming van de in het geding zijnde bepaling dat de wetgever vooral de malafide zaakvoerders en bestuurders aansprakelijk heeft willen stellen die zich schuldig maken aan sociale fraude doordat ze een onderneming oprichten en vervolgens een faillissement uitlokken zonder dat ze hun socialezekerheidsschulden hebben betaald en die deze werkwijze meermaals herhalen.

Das Getreidehandels-Übereinkommen von 1995 ist am 1. Juli 1995 in Kraft getreten und wurde seitdem regelmäßig verlängert; es ist noch bis zum 30. Juli 2011 in Kraft.
Het Graanhandelsverdrag 1995 is op 1 juli 1995 in werking getreden, sedertdien regelmatig verlengd en blijft van kracht tot en met 30 juni 2011.

Die EU ist auch Vertragspartei des Übereinkommens von Barcelona, durch das ein Protokoll über integriertes Küstenzonenmanagement eingeführt wurde, das im März 2011 in Kraft getreten ist. Seitdem ist integriertes Küstenzonenmanagement für die Mitgliedstaaten des Mittelmeerraums verbindlich vorgeschrieben.
De EU is ook partij bij het Verdrag van Barcelona, in het kader waarvan een protocol inzake het geïntegreerd beheer van kustgebieden is vastgesteld dat in maart 2011 in werking is getreden en geïntegreerd kustbeheer verplicht stelt voor aan de Middellandse Zee grenzende lidstaten.

Seit am 1. Juli 2011 das Gesetz vom 6. Juni 2010 zur Einführung des Sozialstrafgesetzbuches in Kraft getreten ist, mit dem Artikel 35 des Gesetzes vom 27. Juni 1969 aufgehoben wurde (Artikel 109 Nr. 21 Buchstabe b) des Gesetzes vom 6. Juni 2010), enthält Artikel 221 des Sozialstrafgesetzbuches folgende Massnahme in Bezug auf Taten der betrügerischen Unterwerfung einer oder mehrerer Personen unter die Anwendung des Gesetzes vom 27. Juni 1969:
Sinds de inwerkingtreding, op 1 juli 2011, van de wet van 6 juni 2010 tot invoering van het Sociaal Strafwetboek, waarbij artikel 35 van de wet van 27 juni 1969 werd opgeheven (artikel 109, 21°, b), van de wet van 6 juni 2010), bevat artikel 221 van het Sociaal Strafwetboek de volgende maatregel ten aanzien van feiten van bedrieglijke onderwerping van een of meer personen aan de toepassing van de wet van 27 juni 1969 :

Seitdem wurde es regelmäßig verlängert und ist noch bis zum 31. Dezember 2011 in Kraft.
De overeenkomst is sedertdien regelmatig verlengd en blijft van kracht tot en met 31 december 2011.

Der Minister hat mehrere Male wiederholt, dass der Begriff « Hauptwohnort » in dem Sinne zu verstehen ist, in dem er im Rundschreiben vom 8. November 1991 in Bezug auf die Abänderung des Gesetzbuches über die belgische Staatsangehörigkeit erläutert wurde (Parl. Dok., Kammer, 1999-2000, Nr. 292/7, SS. 84, 88 und 94).
De Minister stelt bij herhaling dat het begrip « hoofdverblijfplaats » moet worden begrepen zoals verduidelijkt in de omzendbrief van 8 november 1991 betreffende de wijziging van het Wetboek van de Belgische nationaliteit (Parl. St., Kamer, 1999-2000, nr. 292/7, pp. 84, 88 en 94).

« Verstossen die Bestimmungen von Artikel 55 Absatz 1 Nr. 5 und Absatz 3 des königlichen Erlasses vom 16. März 1968 zur Koordinierung der Gesetze über die Strassenverkehrspolizei, abgeändert durch Artikel 27 des Gesetzes vom 18. Juli 1990, gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung, an sich oder in Verbindung mit Artikel 6 Absatz 1 der Europäischen Menschenrechtskonvention, weil sie einer nicht richterlichen Instanz die Befugnis erteilen, eine Strafsanktion im Sinne der Konvention zu verhängen, weil der Prokurator des Königs gleichzeitig als verfolgende Partei und als Richter auftritt und ohne öffentlichen Prozess, ohne Angabe von Gründen und ohne Anhörung des Betroffenen eine Strafe verhängt, während eine solche Befugnis nicht der Staatsanwaltschaft erteilt wird, wenn es um Personen geht, die mehrerer anderer Straftaten beschuldigt werden, weil die nachträgliche richterliche Prüfung die vorher verhängte Strafe nicht ungeschehen machen kann, da die Strafe bereits vollzogen ist und kein Verfahren zur Beseitigung der Folgen eines zu Unrecht verhängten sofortigen Führerscheinentzugs und zur Vergütung des zu Unrecht Bestraften vorgesehen ist, während letzteres etwa bei Personen, die Gegenstand unwirksamer Untersuchungshaft sind, sehr wohl der Fall ist, und ferner weil bei sofortigem Führerscheinentzug der Betroffene keinerlei Vorkehrungen treffen kann und ihm diese Möglichkeit sehr wohl geboten wird, wenn der Richter die Entziehung der Fahrerlaubnis ausspricht, da nämlich diese Entziehung erst am fünften Tag ab dem Datum der Benachrichtigung des Verurteilten durch die Staatsanwaltschaft in Kraft tritt (Artikel 40 des königlichen Erlasses vom 16. März 1968 zur Koordinierung der Gesetze über die Strassenverkehrspolizei), weil bei sofortigem Führerscheinentzug die Staatsanwaltschaft nicht über die Möglichkeit verfügt, den Führerschein teilweise zu entziehen, und deshalb die Entziehung der Fahrerlaubnis nicht auf bestimmte Fahrzeugklassen beschränken kann, was der Richter a ...
« Schenden de bepalingen van artikel 55, eerste lid, 5°, en derde lid, van het koninklijk besluit van 16 maart 1968 tot coördinatie van de wetten betreffende de politie over het wegverkeer, vervangen bij artikel 27 van de wet van 18 juli 1990, de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, afzonderlijk gelezen of gelezen in samenhang met artikel 6, 1, van het Europees Verdrag tot bescherming van de Rechten van de Mens, omdat zij aan een niet-rechterlijke instantie de bevoegdheid toekennen om een strafsanctie in de zin van het Europees Verdrag op te leggen, omdat de procureur des Konings tegelijkertijd optreedt als vervolgende partij en als rechter en een straf oplegt zonder openbaar proces, zonder opgave van beweegredenen en zonder de betrokken persoon te horen, terwijl een dergelijke bevoegdheid niet verleend wordt aan het openbaar ministerie ten opzichte van personen die van een hele reeks andere misdrijven verdacht worden, omdat de rechterlijke toetsing achteraf de eerder opgelegde straf niet kan ongedaan maken, vermits de straf reeds ondergaan werd en er geen procedure vastgesteld werd om de gevolgen van een ten onrechte opgelegde onmiddellijke intrekking van het rijbewijs weg te werken en om de ten onrechte gestrafte te vergoeden, terwijl dat laatste bijvoorbeeld wel het geval is voor de personen die het slachtoffer werden van onwerkzame voorlopige hechtenis, en nog omdat bij de onmiddellijke intrekking van het rijbewijs de betrokken persoon geen enkele schikking kan treffen en deze mogelijkheid hem wel gegeven wordt wanneer de rechter een verval van het recht tot sturen uitspreekt, daar immers dit verval slechts ingaat de 5de dag na die waarop het openbaar ministerie de kennisgeving aan de veroordeelde gedaan heeft (artikel 40 van het koninklijk besluit van 16 maart 1968 tot coördinatie van de wetten betreffende de politie over het wegverkeer), omdat bij de onmiddellijke intrekking van het rijbewijs het openbaar ministerie niet de mogelijkheid heeft om het rijbewijs g ...

Eine weitere Neuerung ist der "strukturierte Dialog", der vom Europäischen Rat in Essen im Dezember 1994 als Teil der Strategie zur Vorbereitung der mittel- und osteuropäischen Länder (MOEL) auf ihren Beitritt zur Union ins Leben gerufen wurde und in dessen Rahmen der Rat mehrere Male jährlich in verschiedenen Zusammensetzungen mit den Ministern der beitrittswilligen Länder zusammentritt.
Een andere vernieuwing is de "gestructureerde dialoog", die de Europese Raad van Essen in december 1994 heeft ingesteld ; deze gestructureerde dialoog vormt een onderdeel van de strategie ter voorbereiding op de toetreding van de landen van Midden- en Oost-Europa (de LMOE).

Wie in B.4 dargelegt wurde, geht aus dem Zustandekommen der fraglichen Bestimmungen hervor, dass der Gesetzgeber vor allem die bösgläubig handelnden Verwalter und ehemaligen Verwalter haftbar machen wollte, die sich des Sozialbetrugs schuldig machen, indem sie ein Unternehmen gründen und anschließend einen Konkurs herbeiführen, ohne dass sie ihre Sozialversicherungsschulden bezahlt haben, und diese Vorgehensweise mehrere Male wiederholen.
Zoals is aangegeven in B.4, blijkt uit de totstandkoming van de in het geding zijnde bepalingen dat de wetgever vooral de malafide bestuurders en gewezen bestuurders aansprakelijk heeft willen stellen die zich schuldig maken aan sociale fraude doordat ze een onderneming oprichten en vervolgens een faillissement uitlokken zonder dat ze hun socialezekerheidsschulden hebben betaald en die deze werkwijze meermaals herhalen.

Die bestehende Fusionskontrollverordnung wurde im Dezember 1989 angenommen und trat im September 1990 in Kraft; seitdem müssen Verschmelzungen und Übernahmen, die eine bestimmte Umsatzschwelle überschreiten, nicht mehr im Rahmen zahlreicher einzelstaatlicher Aufsichtssysteme genehmigt werden.
De huidige concentratieverordening werd in december 1989 aangenomen en werd in september 1990 van kracht; hierdoor hoefde niet langer via een breed scala aan nationale regelgevende systemen goedkeuring te worden gezocht voor concentraties of verwervingen boven bepaalde omzetdrempels.