§
1. Wanneer de verzoekende partij naar aanleiding van een arrest waarin een vordering tot schorsing van een akte of reglement is afgewezen, niet binnen de termijn vastgesteld in artikel 17, § 4ter, van de gecoördineerde wetten een verzoek tot voortzetting van de procedure i
ndient bij ter post aangetekende brief, stelt de hoofdgriffier, op verzoek van het aangewezen lid van het auditoraat, de verzoekende
partij ervan in kennis dat de ka ...[+++]mer de afstand van geding zal uitspreken, tenzij ze binnen een termijn van vijftien dagen vraagt te worden gehoord.
§ 1. Lorsqu'à la suite d'un arrêt ayant rejeté une demande de suspension d'un acte ou d'un règlement, la partie requérante n'introduit pas, par lettre recommandée à la poste, une demande de poursuite de la procédure dans le délai prévu par l'article 17, § 4ter, des lois coordonnées, le greffier en chef, à la demande du membre de l'auditorat désigné, notifie à la partie requérante que la chambre va décréter le désistement d'instance, à moins que dans un délai de quinze jours, elle ne demande à être entendue.