Art. 29. Overeenkomstig artikel 49, tweede lid, van de tuchtwet, wordt de inspecteur-generaal of zijn afgevaardigde gehoord als deskundige, op het ogenblik bepaald door de voorzitter van de tuchtraad en ten laatste voordat de verzoeker of zijn verdediger gehoord wordt in zijn laatste verweer.
Art. 29. Conformément à l'article 49, alinéa 2, de la loi disciplinaire, l'inspecteur général ou son délégué est entendu en qualité d'expert au moment déterminé par le président du conseil de discipline, et au plus tard avant que le requérant ou son défenseur soit entendu en sa dernière défense.