28. Dienaangaande zij opgemerkt dat uit het aan
het Hof overgelegde dossier blijkt dat rechtzoekenden die geen recht op rechtsbijstand hebben, op wie de eerste vraag, onder a), uit
sluitend betrekking heeft, worden geacht te beschikken over middelen die volgens de relevante nationaalrechtelijke bepalingen
toereikend zijn om toegang tot de rechter te ve
rkrijgen door zich te laten ...[+++]vertegenwoordigen door een advocaat.
28. A cet égard, il convient de relever qu'il ressort du dossier soumis à la Cour que les justiciables qui n'ont pas droit à l'aide juridictionnelle, seuls visés par la première question, sous a), sont supposés disposer, en vertu des dispositions pertinentes du droit national, de ressources suffisantes pour accéder à la justice en se faisant représenter par un avocat.