18. dringt bij de lidstaten aan op herziening van bepalingen of interpretaties die al te inschikkelijk tegenover foltering staan, zoals het juridisch advies van Michael Wood (waarvan sprake is in de EP-resolutie van 14 februari 2007), waarin in strijd met de internationale jurisprudentie wordt gesteld dat het legitiem is om met behulp van foltering verkregen informatie te aanvaarden en gebruiken mits degene die de informatie gebruikt niet rechtstreeks verantwoordelijk is (wat het „outsourcen” van foltering stimuleert en rechtvaardigt);
18. demande aux États membres de réviser les dispositions ou les interprétations complaisantes vis-à-vis de la torture, comme l'avis juridique de Michael Wood (visé dans la résolution précitée du Parlement du 14 février 2007) qui, en opposition avec la jurisprudence internationale, jugeait légitime de recevoir et d'utiliser des informations obtenues par la torture, à condition de ne pas en être directement responsable (ce qui constitue un encouragement et une légitimation de la sous-traitance de la torture);