In de voorbereidende werken wordt door de regering uitdrukkelijk verwezen naar het legaliteitsprincipe, waarbij de inlichtingen- en veiligheidsdiensten over geen ander dwangmiddel beschikken dan deze bepaald bij de wet (Parl. St. Kamer, 1995-1996, nr. 638/1, blz. 13).
Dans les travaux préparatoires, le gouvernement se réfère explicitement au principe de légalité, en vertu duquel les services de renseignement et de sécurité ne disposent d'aucun moyen de contrainte autre que ceux fixés par la loi (do c. Chambre, 1995-1996, nº 638/1, p. 13).