In samenspraak met de magistraat-coördinator en volgens de noodwendigheden van de dienst, wijst de eerste voorzitter de plaatsvervangende raadsheren aan die deel uitmaken van de aanvullende kamers en die zitting hebben, overeenkomstig artikel 102, § 2 van het Gerechtelijk Wetboek.
En concertation avec le magistrat-coordinateur et selon les nécessités du service, le premier président désigne les conseillers suppléants appelés à faire partie des chambres supplémentaires et à siéger conformément à l'article 102, § 2, du Code judiciaire.