Traduction de «overeenkomst ontwikkelingshulp tropische vruchten acs-eu-samenwerking » (Néerlandais → Français) :

rechten van de mens Verenigde Staten overeenkomst (EU) ontwikkelingshulp tropische vruchten ACS-EU-samenwerking belastingharmonisatie invoer OBSOLETE EG-richtlijn wetenschappelijke samenwerking OBSOLETE EG-verordening ACS-landen Europese Commissie Federaal Adviescomité voor Europese Aangelegenheden belasting op inkomsten uit kapitaal prijsindex Conventie van Lomé biotechnologie informatica positie van de vrouw samenwerkingsovereenkomst kwantitatieve beperking nationale uitvoeringsmaatregel suikerwaren
droits de l'homme États-Unis accord (UE) aide au développement fruit tropical relation ACP-UE harmonisation fiscale importation OBSOLETE directive CE coopération scientifique OBSOLETE règlement CE pays ACP Commission européenne Comité d'avis fédéral chargé des questions européennes impôt sur les revenus de capitaux indice des prix convention de Lomé biotechnologie informatique condition féminine accord de coopération restriction quantitative mesure nationale d'exécution produit de confiserie

topconferentie democratisering ACS-EU-overeenkomst ontwikkelingshulp Zimbabwe GBVB ACS-EU-samenwerking Afrikaanse Unie internationale rol van de EU vermindering van de schuld Federaal Adviescomité voor Europese Aangelegenheden rechten van de mens Afrika Europese Unie onafhankelijkheid van voedselhulp China openbare veiligheid Noord-Zuid-handel handhaving van de vrede
réunion au sommet démocratisation convention ACP-UE aide au développement Zimbabwe PESC relation ACP-UE Union africaine rôle international de l'UE allégement de la dette Comité d'avis fédéral chargé des questions européennes droits de l'homme Afrique Union européenne indépendance alimentaire Chine sécurité publique commerce Nord-Sud maintien de la paix

minder ontwikkeld land werkgelegenheidsbeleid jeugdwerkloosheid Latijns-Amerika vrouwenarbeid gelijke behandeling van man en vrouw VN ontwikkelingshulp langdurige werkloosheid voorkeurtarief gehandicapte werknemer tropische vruchten wapenindustrie ACS-EU-samenwerking invoer collectief ontslag handel in verdovende middelen OBSOLETE EG-verordening BTW-tarief Baltische staten Europese verkiezing ACS-landen Europees Parlement EU-werkgelegenheidsbeleid Europese Commissie heffing bij invoer Federaal Adviescomité voor Europese Aangelegenheden verdovend middel loonkosten Azië Wereldhandelsorganisatie regionale samenwerking werkloosheidsbestrijding kwantitatieve beperking
pays moins développé politique de l'emploi chômage des jeunes Amérique latine travail féminin égalité homme-femme ONU aide au développement chômage de longue durée tarif préférentiel travailleur handicapé fruit tropical industrie de l'armement relation ACP-UE importation licenciement collectif trafic de stupéfiants OBSOLETE règlement CE taux de TVA pays Baltes élection européenne pays ACP Parlement européen politique de l'emploi de l'UE Commission européenne taxe à l'importation Comité d'avis fédéral chargé des questions européennes stupéfiant coût salarial Asie Organisation mondiale du commerce coopération régionale lutte contre le chômage restriction quantitative

ACS-EU-overeenkomst liberalisering van het handelsverkeer ontwikkelingshulp ACS-EU-samenwerking vrijhandelsovereenkomst motie van het Parlement Overeenkomst van Cotonou ACS-landen onderhandelingen over een overeenkomst (EU) Wereldhandelsorganisatie samenwerkingsovereenkomst (EU)
convention ACP-UE libération des échanges aide au développement relation ACP-UE accord de libre-échange résolution du Parlement accord de Cotonou pays ACP négociation d'accord (UE) Organisation mondiale du commerce accord de coopération (UE)

ACS-landen ACS-EU-overeenkomst ontwikkelingshulp ACS-EU-samenwerking motie van het Parlement Overeenkomst van Cotonou heffing bij invoer Wereldhandelsorganisatie Noord-Zuid-handel
pays ACP convention ACP-UE aide au développement relation ACP-UE résolution du Parlement accord de Cotonou taxe à l'importation Organisation mondiale du commerce commerce Nord-Sud

81. is ingenomen met de toezegging van de Commissie dat zij zal voorstellen om het EOF op te nemen in de begroting in 2020, het jaar waarin de Overeenkomst van Cotonou verstrijkt; verwacht dat de Commissie deze belofte nakomt en dat zij de nodige maatregelen treft ter bevordering van de opname van het EOF in de begroting van de Unie vanaf het eerste MFK na 2020; is van mening dat het in het licht van de huidige economische en begrotingscrisis niet aangewezen is om het EOF nu al in de begroting op te nemen: de kans dat dit leidt tot een daling van het algemene financieringsniveau voor samenwerking met ACS-partners is te groot; benadrukt daarom dat, als er toch wordt overwogen om het EOF op te nemen in het MFK 2014-2020, dit gepaard moet gaan met een overdracht van de volledige financieringsenveloppe van het EOF, zoals die is voorgesteld door de Commissie (30,3 miljard EUR in prijzen van 2011) , naar rubriek 4 (Europa in de wereld) en onder geen beding mag dienen als voorwendsel om de totale uitgavenplafonds van de Unie voor extern optreden in het algemeen en voor ontwikkelingshulp in het bijzonder te verlagen;
81. se félicite que la Commission s'engage à proposer l'intégration du FED dans le budget pour 2020, à l'expiration de l'accord de Cotonou; espère que la Commission honorera cet engagement et prendra les mesures qui s'imposent pour faciliter l'incorporation du FED dans le budget de l'Union à partir du CFP de l'après 2020; estime que, compte tenu de la crise budgétaire et économique actuelle, le risque que la budgétisation du FED entraîne une baisse du niveau global de financement pour la coopération avec les pays d'Afrique, des Caraïbes et du Pacifique (ACP) est, pour l'heure, trop élevé; soutient donc que, si la budgétisation est envisagée pour le CFP 2014-2020, celle-ci doit impérativement s'accompagner du virement de la totalité de la dotation financière du FED proposée par la Commission (d'un montant de 30 300 000 000 EUR en prix 2011) dans la rubrique 4 relative à l'Europe dans le monde et qu'en aucun cas elle ne doit servir de prétexte à une réduction des plafonds globaux de dépenses de l'action extérieure de l'Union en général, et de l'aide au développement en particulier;

7. is ingenomen met de toezegging van de Commissie dat zij zal voorstellen om het EOF op te nemen in de begroting in 2020, het jaar waarin de Overeenkomst van Cotonou verstrijkt; verwacht dat de Commissie deze belofte nakomt en dat zij de nodige maatregelen treft ter bevordering van de opname van het EOF in de begroting van de Unie vanaf het eerste MFK na 2020; is van mening dat het in het licht van de huidige economische en begrotingscrisis niet aangewezen is om het EOF nu al in de begroting op te nemen: de kans dat dit leidt tot een daling van het algemene financieringsniveau voor samenwerking met ACS-partners is te groot; benadrukt daarom dat, als er toch wordt overwogen om het EOF op te nemen in het MFK 2014-2020, dit gepaard moet gaan met een overdracht van de volledige financieringsenveloppe van het EOF, zoals die is voorgesteld door de Commissie (30,3 miljard EUR in prijzen van 2011), naar rubriek 4; dit mag onder geen beding dienen als voorwendsel om de totale uitgavenplafonds van de Unie voor extern optreden in het algemeen en voor ontwikkelingshulp in het bijzonder te verlagen;
7. se félicite que la Commission s'engage à proposer l'intégration du FED dans le budget pour 2020, à l'expiration de l'accord de Cotonou; espère que la Commission honorera cet engagement et prendra les mesures qui s'imposent pour faciliter l'incorporation du FED dans le budget de l'Union à partir du CFP de l'après 2020; estime que, compte tenu de la crise budgétaire et économique actuelle, le risque que la budgétisation du FED entraîne une baisse du niveau global de financement pour la coopération avec les pays d'Afrique, des Caraïbes et du Pacifique (ACP) est, pour l'heure, trop élevé; soutient donc que, si la budgétisation est envisagée pour le CFP 2014-2020, celle-ci doit impérativement s'accompagner du virement de la totalité de la dotation financière du FED proposée par la Commission (d'un montant de 30 300 000 000 EUR en prix 2011) dans la rubrique 4 et qu'en aucun cas elle ne doit servir de prétexte à une réduction des plafonds globaux de dépenses de l'action extérieure de l'Union en général, et de l'aide au développement en particulier;

80. is ingenomen met de toezegging van de Commissie dat zij zal voorstellen om het EOF op te nemen in de begroting in 2020, het jaar waarin de Overeenkomst van Cotonou verstrijkt; verwacht dat de Commissie deze belofte nakomt en dat zij de nodige maatregelen treft ter bevordering van de opname van het EOF in de begroting van de Unie vanaf het eerste MFK na 2020; is van mening dat het in het licht van de huidige economische en begrotingscrisis niet aangewezen is om het EOF nu al in de begroting op te nemen: de kans dat dit leidt tot een daling van het algemene financieringsniveau voor samenwerking met ACS-partners is te groot; benadrukt daarom dat, als er toch wordt overwogen om het EOF op te nemen in het MFK 2014-2020, dit gepaard moet gaan met een overdracht van de volledige financieringsenveloppe van het EOF, zoals die is voorgesteld door de Commissie (30,3 miljard EUR in prijzen van 2011), naar rubriek 4 (Europa in de wereld) en onder geen beding mag dienen als voorwendsel om de totale uitgavenplafonds van de Unie voor extern optreden in het algemeen en voor ontwikkelingshulp in het bijzonder te verlagen;
80. se félicite que la Commission s'engage à proposer l'intégration du FED dans le budget pour 2020, à l'expiration de l'accord de Cotonou; espère que la Commission honorera cet engagement et prendra les mesures qui s'imposent pour faciliter l'incorporation du FED dans le budget de l'Union à partir du CFP de l'après 2020; estime que, compte tenu de la crise budgétaire et économique actuelle, le risque que la budgétisation du FED entraîne une baisse du niveau global de financement pour la coopération avec les pays d'Afrique, des Caraïbes et du Pacifique (ACP) est, pour l'heure, trop élevé; soutient donc que, si la budgétisation est envisagée pour le CFP 2014-2020, celle-ci doit impérativement s'accompagner du virement de la totalité de la dotation financière du FED proposée par la Commission (d'un montant de 30 300 000 000 EUR en prix 2011) dans la rubrique 4 relative à l'Europe dans le monde et qu'en aucun cas elle ne doit servir de prétexte à une réduction des plafonds globaux de dépenses de l'action extérieure de l'Union en général, et de l'aide au développement en particulier;

De Regeringen van de Lid-Staten en de Europese Commissie waren als volgt vertegenwoordigd : België : de heer Frank VANDENBROUCKE Vice-Eerste Minister, Minister van Buitenlandse Zaken de heer Robert URBAIN Minister van Buitenlandse Handel en Europese Zaken Denemarken : de heer Niels HELVEG PETERSEN Minister van Buitenlandse Zaken de heer Jorgen ØRSTRØM MØLLER Staatssecretaris van Buitenlandse Zaken Duitsland : de heer Klaus KINKEL Minister van Buitenlandse Zaken de heer Werner HOYER Staatsminister van Buitenlandse Zaken Griekenland : de heer Georges Alexandre MANGAKISPlaatsvervangend Minister van Buitenlandse Zaken de heer Athanassios THEODORAKIS Staatssecretaris van Gemeenschapszaken Spanje : de heer Javier SOLANA Minister van Buitenlandse Zaken de heer Carlos WESTENDORP Staatssecretaris voor de betrekkingen met de EG Frankrijk : de heer Alain JUPPE Minister van Buitenlandse Zaken de heer Alain LAMASSOURE Onderminister van Europese Zaken Ierland : de heer Dick SPRING Minister van Buitenlandse Zaken de heer Gay MITCHELL Onderminister, speciaal belast met Europese zaken Italië : de heer Emanuele SCAMMACCA Staatssecretaris van Buitenlandse Zaken de heer Mario D'URSO Staatssecretaris van Buitenlandse Handel Luxemburg : de heer Jacques POOS Minister van Buitenlandse Zaken Nederland : de heer Hans van MIERLO Minister van Buitenlandse Zaken mevrouw Anneke van DOK van WEELEStaatssecretaris van Economische Zaken de heer Michiel PATIJN Staatssecretaris van Buitenlandse Zaken Oostenrijk : mevrouw Brigitte EDERER Staatssecretaris van Europese Zaken Portugal : de heer José Manuel DURÃO BARROSOMinister van Buitenlandse Zaken Finland : de heer Paavo RANTANEN Minister van Buitenlandse Zaken de heer Pertti SALOLAINEN Vice-Eerste Minister, Minister van Buitenlandse Handel de heer Veli SUNDBÄCK Staatssecretaris van Buitenlandse Zaken Zweden : mevrouw Lena HJELM-WALLÉN Minister van Buitenlandse Zaken de heer Mats HELLSTROM Minister van Buitenlandse Handel en Europese Zaken Verenigd Kon ...
Les Gouvernements des Etats membres et la Commission européenne étaient représentés comme suit : Pour la Belgique : M. Frank VANDENBROUCKE Vice-Premier Ministre, Ministre des Affaires étrangères M. Robert URBAIN Ministre du Commerce extérieur et des Affaires européennes Pour le Danemark : M. Niels HELVEG PETERSEN Ministre des Affaires étrangères M. Jorgen ØRSTRØM MØLLER Secrétaire d'Etat aux Affaires étrangères Pour l'Allemagne : M. Klaus KINKEL Ministre des Affaires étrangères M. Werner HOYER Ministre d'Etat au Ministère des Affaires étrangères Pour la Grèce : M. Georges Alexandre MANGAKIS Ministre suppléant aux Affaires étrangères M. Athanassios THEODORAKIS Secrétaire d'Etat aux Affaires communautaires Pour l'Espagne : M. Javier SOLANA Ministre des Affaires étrangères M. Carlos WESTENDORP Secrétaire d'Etat aux Relations avec la CE Pour la France : M. Alain JUPPE Ministre des Affaires étrangères M. Alain LAMASSOURE Ministre délégué aux Affaires européennes Pour l'Irlande : M. Dick SPRING Ministre des Affaires étrangères M. Gay MITCHELL Ministre adjoint chargé des Affaires européennes Pour l'Italie : M. Emanuele SCAMMACCA Secrétaire d'Etat aux Affaires étrangères M. Mario D'URSO Secrétaire d'Etat au Commerce extérieur Pour le Luxembourg : M. Jacques POOS Ministre des Affaires étrangères Pour les Pays-Bas : M. Hans VAN MIERLO Ministre des Affaires étrangères Mme Anneke van DOK van WEELE Secrétaire d'Etat aux Affaires économiques M. Michiel PATIJN Secrétaire d'Etat aux Affaires étrangères Pour l'Autriche : Mme Brigitte EDERER Secrétaire d'Etat aux Affaires européennes Pour le Portugal : M. José Manuel DURÃO BARROSO Ministre des Affaires étrangères Pour la Finlande : M. Paavo RANTANEN Ministre des Affaires étrangères M. Pertti SALOLAINEN Vice-Premier Ministre, Ministre du Commerce extérieur M. Veli SUNDBÄCK Secrétaire d'Etat aux Affaires étrangères Pour la Suède : Mme Lena HJELM-WALLÉN Ministre des Affaires étrangères M. Mats HELLSTROM Ministre du Commerce extérieur et ...