Art. 18. De bevorderingsprocedure, andere dan deze bedoeld in artikel 14, wordt voor de andere personeelsleden bedoeld in de artikelen 235, tweede en vierde lid, 241, tweede lid en 243, eerste lid, van de wet, geacht in uitvoering te zijn wanneer de akte van kandidaatstelling vóór 1 april 2001 op ontvankelijke wijze is ingediend bij de bevoegde overheid.
Art. 18. La procédure d'avancement autre que visée à l'article 14, est réputée être en cours pour les autres membres du personnel visés aux articles 235, alinéas 2 et 4, 241, alinéa 2 et 243, alinéa 1, de la loi lorsque l'acte de candidature est introduit de façon recevable près de l'autorité compétente avant le 1 avril 2001.