"[moet v]oor de beperking van het aantal kandidaten dat toegang heeft tot een bijzondere beroepstitel, zowel voor het gehele land als per gemeenschap, (...) een verantwoording kunnen worden gegeven die de toets aan het grondwettelijke beginsel van de gelijkheid en de niet-discriminatie kan doorstaan".
« La limitation du nombre de candidats ayant accès à un titre professionnel particulier, tant pour le pays tout entier que par communauté, doit pouvoir se justifier conformément au principe constitutionnel d'égalité et de non-discrimination ».