Traduction de «gewesten waartussen luidens artikel » (Néerlandais → Français) :

Vraag is evenwel of wetgevende vergaderingen beschouwd kunnen worden als « bevoegde overheden » in de zin van die bijzondere wetsbepaling, die de federale Staat, de gemeenschappen en de gewesten waartussen luidens artikel 92bis, § 1, eerste lid, van de genoemde bijzondere wet de samenwerkingsakkoorden worden gesloten, kunnen binden.
On peut toutefois se demander si, au regard de cette disposition législative spéciale, des assemblées législatives peuvent être considérées comme des « autorités compétentes » susceptibles d'engager l'État fédéral, les communautés et les régions entre lesquels, conformément à l'article 92bis, § 1 , alinéa 1 , de la loi spéciale précitée, des accords de coopération peuvent être conclus.

Vraag is evenwel of wetgevende vergaderingen beschouwd kunnen worden als « bevoegde overheden » in de zin van die bijzondere wetsbepaling, die de federale Staat, de gemeenschappen en de gewesten waartussen luidens artikel 92bis, § 1, eerste lid, van de genoemde bijzondere wet de samenwerkingsakkoorden worden gesloten, kunnen binden.
On peut toutefois se demander si, au regard de cette disposition législative spéciale, des assemblées législatives peuvent être considérées comme des « autorités compétentes » susceptibles d'engager l'État fédéral, les communautés et les régions entre lesquels, conformément à l'article 92bis, § 1, alinéa 1, de la loi spéciale précitée, des accords de coopération peuvent être conclus.

Overwegende dat in uitvoering van artikel 39 van de Grondwet en luidens artikel 6, § 1, X, van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen de gewesten `wat de openbare werken en het vervoer betreft' onder meer bevoegd zijn voor `1° de wegen en hun aanhorigheden';
Considérant qu'en exécution de l'article 39 de la Constitution et en vertu de l'article 6, § 1, X, de la loi spéciale du 8 août 1980 de réformes institutionnelles, les régions sont compétentes pour « 1° les voiries et leurs dépendances » « en ce qui concerne les travaux publics et les transports »;

Luidens artikel 2 van het voorliggende voorontwerp strekt dit ontwerp ertoe, door het invoegen van een artikel 6, § 1, VI, eerste lid, 4º (2), in de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, de bevoegdheid inzake in-, uit- en doorvoer van wapens, munitie en speciaal voor militair gebruik of voor ordehandhaving dienstig materieel en daaraan verbonden technologie evenals producten en technologieën voor tweeërlei gebruik » over te dragen aan de gewesten.
Aux termes de l'article 2 de l'avant-projet à l'examen, celui-ci tend, par l'insertion d'un article 6, § 1 , VI, alinéa 1 , 4º (2), dans la loi spéciale du 8 août 1980 de réformes institutionnelles, à transférer aux régions, la compétence en matière d'importation, d'exportation et de transit d'armes, de munitions et de matériel à un usage militaire ou de maintien de l'ordre et de la technologie y afférente ainsi que des produits et des technologies à double usage.

Op het ogenblik van de aanneming van het decreet ' Airbag ' vielen onder de bevoegdheden van de gewesten, luidens het voormelde artikel 6, § 1, IX : ' Wat het tewerkstellingsbeleid betreft : 1° De arbeidsbemiddeling; 2° de programma's voor wedertewerkstelling van de niet-werkende werkzoekenden, met uitsluiting van de programma's voor wedertewerkstelling in de besturen en de diensten van de federale overheid of die onder het toezicht van deze overheid ressorteren en met uitsluiting van de overeenkomsten bedoeld in afdeling 5 van hoofdstuk II van het koninklijk besluit nr. 25 van 24 maart 1982 tot opzetting van een programma ter bevordering van de werkgelegenheid in de niet-commerciële sector.
Au moment de l'adoption du décret ' Airbag ', relevaient des compétences des régions, aux termes de l'article 6, § 1, IX, précité : ' En ce qui concerne la politique de l'emploi : 1° Le placement des travailleurs; 2° Les programmes de remise au travail des demandeurs d'emploi inoccupés, à l'exclusion des programmes de remise au travail dans les administrations et services de l'autorité fédérale ou placés sous sa tutelle et à l'exclusion des conventions visées dans la section 5 du chapitre II de l'arrêté royal n° 25 du 24 mars 1982 créant un programme de promotion de l'emploi dans le secteur non marchand.

2. Overwegende dat, luidens artikel 6, § 1, II, 1e lid, 2°, van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 de Gewesten bevoegd zijn voor het afvalbeheer; dat het begrip afval zowel afval van plantaardige als van dierlijke oorsprong dekt; dat, rekening houdend met het dienaangaande in het Europese recht bepaalde, met de voorbereidende werkzaamheden betreffende de bijzondere wet van 16 juli 1993 tot vervollediging van de federale staatsstructuur, met de rechtspraak van het Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen en van het Arbitragehof, als afval moet worden beschouwd elke stof waarvan de houder zich ontdoet of verplicht is zich te ontdoen, ongeacht het feit of die stof als zodanig of na behandeling wel of niet kan worden hergebruikt; dat, overeenkomstig het arrest van het Arbitragehof van 15 april 1997 stoffen hun aard van afvalstof behouden en derhalve aan de reglementering van de afvalstoffen onderworpen blijven tot op het ogenblik dat zij bij de derden die ze hergebruiken, worden afgeleverd, in het geval waarin het gaat om afvalstoffen die zonder enige voorbehandeling kunnen worden hergebruikt, of, tot op het ogenblik dat zij zijn omgevormd, in het geval waarin het gaat om afvalstoffen die slechts na voorbehandeling kunnen worden hergebruikt; dat, overeenkomstig het arrest van het Arbitragehof van 31 januari 1989 de begrippen ophaling en verwerking van afvalstoffen ook het ophalen, vervoeren, opslaan en verwerken beogen voor zover het niet gaat om invoer, uitvoer of doorvoer; dat de bijzondere wet van 16 juli 1993 bepaalde dat de Gewesten eveneens bevoegd zijn voor de invoer en de uitvoer; dat, bijgevolg, sommige dierlijke bijproducten bedoeld in voornoemde Verordening (EG) Nr. 1774/2002 van 3 oktober 2002 de aard van afvalstoffen bezitten en behoren tot de bevoegdheid van de Gewesten inzake regelgeving en controle, behalve wat de doorvoer betreft;
2. Considérant que, aux termes de l'article 6, § 1, II, alinéa 1, 2°, de la loi spéciale du 8 août 1980, les Régions sont compétentes pour la politique des déchets; que la notion de déchets englobe les déchets d'origine végétale et animale; que, compte tenu des dispositions du droit européen en la matière, des travaux préparatoires de la loi spéciale du 16 juillet 1993 visant à achever la structure fédérale de l'Etat, de la jurisprudence de la Cour de justice des Communautés européennes et de la Cour d'arbitrage, il convient de considérer comme déchet toute substance dont le détenteur se défait ou a l'obligation de se défaire, sans avoir égard au fait que cette substance, telle quelle ou après traitement, puisse ou non être réutilisée; que, conformément à l'arrêt de la Cour d'arbitrage du 15 avril 1997, les substances conservent le caractère de déchets et restent dès lors soumises à la réglementation y relative jusqu'au moment où elles sont fournies aux tiers qui les réutilisent dans le cas de déchets pouvant être réutilisés sans aucune préparation, ou jusqu'au moment où elles sont transformées dans le cas de déchets qui ne peuvent être réutilisés qu'après traitement; que, conformément à l'arrêt de la Cour d'arbitrage du 31 janvier 1989, les notions d'enlèvement et de traitement des déchets visent aussi la collecte, le transport, le stockage et la transformation, à moins qu'il ne s'agisse d'importation, d'exportation ou de transit; que la loi spéciale du 16 juillet 1993 a déterminé que les Régions sont également compétentes pour l'importation et l'exportation; que, dès lors, certains sous-produits animaux visés au Règlement (CE) N° 1774/2002 du 3 octobre 2002 précité possèdent le caractère de déchets et relèvent des compétences régionales de réglementation et de contrôle, sauf en ce qui concerne le transit;

Evenwel, wat de gedecentraliseerde diensten, instellingen of ondernemingen betreft die van de Gemeenschappen en de Gewesten afhangen, heeft de Raad van State, afdeling wetgeving, verenigde vakantiekamers, in zijn advies van 13 juli 1994 gesteld dat luidens artikel 9, tweede lid, BWHI, het decreet de oprichting, samenstelling, bevoegdheid, werking en het toezicht regelt van de diensten, instellingen of ondernemingen die afhangen van de Gemeenschappen en de Gewesten « onverminderd artikel 87, § 4 ».
Toutefois, en ce qui concerne les services, établissements ou entreprises décentralisés dépendant des Communautés et des Régions, le Conseil d'Etat, section de législation, chambres réunies des vacations, a dans son avis du 13 juillet 1994 disposé que selon l'article 9, deuxième alinéa de la LSRI, le décret règle la création, la composition, la compétence, le fonctionnement et le contrôle des services, établissements ou entreprises qui dépendent des Communautés et de Régions, ce « sans préjudice de l'article 87, § 4 ».

Bijgevolg was het Rekenhof van oordeel dat de uitgave in werkelijkheid een steunmaatregel aan privé-firma's in het raam van de economische expansie dekt. Voor die materie zijn de gewesten bevoegd, luidens artikel 6, § 1, VI, van de bijzondere wet tot hervorming van de instellingen.
Aussi a-t-elle estimé que la dépense couvrait en réalité une aide accordée à des firmes privées dans le cadre de l'expansion économique, domaine qui est de la compétence des régions, en vertu de l'article 6, § 1 , VI, de la loi spéciale de réforme des institutions.

Het tweede middel, dat is gericht tegen de artikelen 177 tot 180, is afgeleid uit de schending van artikel 50, § 2, derde lid, van de bijzondere wet van 16 januari 1989 betreffende de financiering van de gemeenschappen en de gewesten, dat bepaalt dat alleen de (federale) wet de algemene bepalingen op de controle inzake het verlenen en het gebruik van subsidies kan vaststellen, terwijl, luidens artikel 71, § 1, van dezelfde bijzondere financieringswet, de vigerende bepalingen betreffende de controle op het verlenen en het gebruik van subsidies van overeenkomstige toepassing zijn op de gemeenschappen en de gewesten tot de inwerkingtreding van de wet bedoeld in artikel 50, § 2.
Le second moyen, dirigé contre les articles 177 à 180, est pris de la violation de l'article 50, § 2, alinéa 3, de la loi spéciale du 16 janvier 1989 relative au financement des communautés et des régions, qui énonce que seule la loi (fédérale) détermine les dispositions générales en matière de contrôle de l'octroi et de l'emploi des subventions, tandis que, en vertu de l'article 71, § 1, de la même loi spéciale de financement, les dispositions en vigueur relatives à l'organisation du contrôle de l'octroi et de l'emploi des subventions sont applicables aux communautés et aux régions jusqu'à l'entrée en vigueur de la loi visée à l'article 50, § 2.