Traduction de «derde test situationele » (Néerlandais → Français) :

5. Om toegelaten te worden tot het bijzonder gedeelte moeten de kandidaten minstens 10 punten op 20 behalen op de eerste twee testen ( postbakoefening en abstract redeneervermogen) en minstens 10 punten op 20 halen op de derde test (situationele beoordelingstest).
5. Pour être admis à la partie spécifique, le candidat doit obtenir au moins 10 points sur 20 aux deux premiers tests (bac à courrier + raisonnement abstrait) et au moins 10 points sur 20 au troisième test (test de jugement situationnel).

Artikel 7. Het tweede deel bestaat uit een generieke proef op computer die 3 testen omvat: *De eerste test is een vaardigheidstest *De tweede test is een competentietest *De derde test is een situationele beoordelingstest Worden beschouwd als geslaagd voor het tweede deel de kandidaten die ten minste 50 % van de punten hebben behaald voor elke materie en ten minste 50 % van de punten toegekend aan het geheel van de proef.
Article 7. La deuxième partie consiste en une épreuve informatisée générique qui comporte 3 tests : * Le premier test est un test d'aptitude * Le deuxième test est un test de compétence * Le troisième test est un test de jugement situationnel Sont considéré(e)s avoir réussi la deuxième partie, les candidat(e)s qui ont obtenu au moins 50 % des points dans chacune des matières et au moins 50% des points attribués à l'ensemble de l'épreuve.

Om te slagen moeten de kandidaat ten minste 10 punten behalen op de eerste twee testen (postbakoefening + test van abstract redeneervermogen) en ten minste 10 punten op de derde test (situationele beoordelingstest).
Pour réussir le candidat doit obtenir au moins 10 points sur 20 aux deux premiers tests (bac à courrier + raisonnement abstrait) et au moins 10 points sur 20 au troisième test (test de jugement situationnel).

4. Om te slagen moeten de kandidaat ten minsten 10 punten behalen op de eerste twee testen (postbakoefening + test van abstract redeneervermogen), ten minste 10 punten op de derde test (situationele beoordelingstest) en ten minste 10 punten op de vierde test (test van verbaal redeneervermogen).
4. Pour réussir les candidats doivent obtenir au moins 10 points sur 20 aux deux premiers tests (bac à courrier + raisonnement abstrait), au moins 10 points sur 20 au troisième test (test de jugement situationnel) et au moins 10 points sur 20 au quatrième test (test de raisonnement verbal).

4. Om te slagen moeten de kandidaat ten minste 10 punten behalen op de eerste twee testen (postbakoefening + test van abstract redeneervermogen) en ten minste 10 punten op de derde test (situationele beoordelingstest).
4. Pour réussir les candidats doivent obtenir au moins 10 points sur 20 aux deux premiers tests (bac à courrier + raisonnement abstrait) et au moins 10 points sur 20 au troisième test (test de jugement situationnel).