Art. 3. Onder sociale economie wordt verstaan, de economische activiteiten die worden verricht door ondernemingen, inzonderheid coöperatieve vennootschappen of vennootschappen met een sociaal oogmerk, verenigingen, ziekenfondsen of stichtingen. Ze streven het belang van de gemeenschap, de versterking van de maatschappelijke samenhang of de duurzame ontwikkeling na op de volgende, te eerbiedigen wijze :
Art. 3. Par économie sociale, on entend les activités économiques exercées par des sociétés, notamment coopératives ou à finalité sociale, des associations, des mutuelles ou des fondations, visant l'intérêt de la collectivité, le renforcement de la cohésion sociale ou le développement durable et qui s'efforcent de respecter les modes opérationnels suivants :