Voortbouwend op de mogelijkheden die
worden geboden door bestaande rechtsinstrumenten en de binnen de Europese Unie opgezette organen, met name de bepalingen van de Overeenkomst ter uitvoering van het Akkoord van Schengen (vooral artikel 46) en het gemeenschappelijk optreden van 26 mei 1997, door de Raad aangenomen op grond van artikel K.3 van het Verdrag betreffende de Europese Unie met betrekking tot de samenwerking op het terrein van de openbare orde en veiligheid, zijn de Raad en de vertegenwoordigers van de regeringen der lidstaten van mening dat het belang van doeltreffende Europese samenwerking op het terrein van de openbare orde
...[+++]moet worden benadrukt.
En s'appuyant sur les possibilités offertes par les instruments juridiques et les instances qui existent dans le cadre de l'Union européenne, notamment les dispositions de la Convention d'application de l'Accord de Schengen (en particulier son article 46) et l'action commune, du 26 mai 1997, adoptée par le Conseil sur la base de l'article K.3 du traité sur l'Union européenne, relative à la coopération dans le domaine de l'ordre et de la sécurité publics, le Conseil et les représentants des gouvernements des États membres estiment qu'il faut insister sur l'importance d'une coopération européenne réelle dans le domaine de l'ordre public.