Die overwegingen, die aan beide decreten gemeenschappelijk zijn, wijzen erop dat die bepalingen - en met name artikel 55 van het decreet van 1 februari 1993 en artikel 45 van het decreet van 6 juni 1994, die hier in het geding zijn - niet tot doel hebbe
n te bepalen dat de benoeming of de aanwerving van de leerkracht al dan n
iet in vast verband moet gebeuren, maar de inrichtende macht die aanwerft of benoemt te verplichten, alvorens te beslissen, de situatie in aanmerking te nemen van de leerkrachten op wie die bep
...[+++]alingen van toepassing zijn.
Ces considérations, communes aux deux décrets, indiquent que ces dispositions - et notamment l'article 55 du décret du 1 février 1993 et l'article 45 du décret du 6 juin 1994, en cause - n'ont pas pour objet de prévoir que la nomination ou l'engagement de l'enseignant doit ou non être fait à titre définitif mais d'imposer à celui qui engage ou qui nomme de prendre en compte, avant de décider, la situation des enseignants que ces dispositions désignent.