De overeenkomst bepaalt uitdrukkelijk dat de agent slechts aan bemiddeling in bank- en beleggingsdiensten kan doen in naam en voor rekening van de principaal, en bepaalt welke andere werkzaamheden dan bemiddeling in bank- en beleggingsdiensten met het mandaat van agent in bank- en beleggingsdiensten mogen gecumuleerd worden en/of de procedure die dient gevolgd voor het bekomen van de toestemming daartoe van de principaal, onverminderd het bepaalde bij artikel 12.
La convention dispose expressément que l'agent ne peut assurer une intermédiation en services bancaires et en services d'investissement qu'au nom et que pour le compte du mandant, elle détermine les activités autres que l'intermédiation en services bancaires et en services d'investissement qui peuvent être cumulées avec le mandat d'agent en services bancaires et en services d'investissement et/ou fixe la procédure à suivre pour obtenir l'autorisation de cumuler du mandant, sans préjudice des dispositions de l'article 12.