Bij de herziene aanmaning, waarin rekening wordt gehouden met de in artikel 2, lid 3, van deze verordening bedoelde relevante factoren, kan met name de termijn die is bepaald voor het corrigeren van het buitensporige tekort worden verlengd, in de regel met één jaar.
Cette mise en demeure révisée, qui tient compte des facteurs pertinents visés à l’article 2, paragraphe 3, du présent règlement, peut notamment prolonger, en principe d’un an, le délai prévu pour la correction du déficit excessif.