Verder moet de hond met succes een anti-agressietest en onder geleiding van de bewakingsagent-hondengeleider een sociabiliteits- en gehoorzaamheidstest hebben ondergaan (zie 5.3.).
De plus, le chien doit avoir passé avec succès un test anti-agressivité et sous la conduite de l'agent de gardiennage-maître chien un test de sociabilité et d'obéissance (voir 5.3.).