Boost Your Productivity!Translate documents (Ms-Word, Ms-Excel, ...) faster and better thanks to artificial intelligence!
https://pro.wordscope.com
https://blog. wordscope .com

Traduction de «week 12 hadden » (Néerlandais → Français) :

Alle patiënten omvat de 322 patiënten met ondetecteerbaar HCV-RNA (doel niet gedetecteerd) in week 4 en week 12 en de 218 overige patiënten die in deze studie waren behandeld (118 die geen ondetecteerbaar HCV-RNA (doel niet gedetecteerd) in week 4 en week 12 hadden en 100 die voor week 20 (wanneer randomisatie plaatsvond) met de studie stopten).

La catégorie « Tous les patients » inclut les 322 patients ayant un taux d’ARN du VHC indétectable (cible non détectée) aux semaines 4 et 12 et les 218 autres patients traités dans l’étude (118 qui n’avaient pas un taux d’ARN du VHC indétectable (cible non détectée) aux semaines 4 et 12 et 100 qui étaient sortis de l’étude avant la semaine 20, au moment de la randomisation).


Patiënten die in week 4 een reactie hadden vertoond, werden gevolgd tot week 12. Secundaire eindpunten omvatten het percentage patiënten dat in week 4 een klinische remissie vertoonde (CDAI < 150) en de klinische respons na verloop van tijd.

De même, à la semaine 4, 13/27 (48 %) patients traités par infliximab présentaient une rémission clinique (CDAI < 150) contre 1/25 (4 %) patient sous placebo.


De populatie non-responders bestond uit 2 subgroepen: voormalige partiële responders (afname in HCV-RNA in week 12 groter dan of gelijk aan 2 log 10 , maar zonder dat ze aan het eind van de behandeling met een peginterferon en ribavirine ondetecteerbaar HCV-RNA hadden) en voormalige null responders (minder dan 2 log 10 afname in HCV-RNA in week 12 van de eerdere behandeling met peginterferon en ribavirine).

La population des non-répondeurs était composée de 2 sous-groupes : les répondeurs partiels à un précédent traitement (réduction du taux d’ARN du VHC supérieure ou égale à 2 log 10 à la semaine 12, mais sans obtenir un taux d’ARN du VHC indétectable à la fin du traitement par peginterféron et ribavirine) et les répondeurs nuls à un précédent traitement (réduction du taux d’ARN du VHC inférieure à 2 log 10 à la semaine 12 du précédent traitement par peginterféron et ribavirine).


In een klinische studie werden patiënten die niet gereageerd hadden op gepegyleerd interferon alfa-2b/ribavirine behandeling, behandeld gedurende 48 of 72 weken. De frequentie waarmee patiënten zich terugtrokken uit de studie in verband met bijwerkingen of abnormale laboratoriumwaarden door de peginterferon alfa-2a behandeling en Copegus behandeling was respectievelijk 6% en 7% in de week 48 behandelarm en respectievelijk 12% en 13% in de week 72 behandelarm.

Dans une étude clinique chez des patients non-répondeurs à un précédent traitement par interféron alpha-2b pégylé/ribavirine, traités soit pendant 48 semaines, soit pendant 72 semaines, la fréquence d’arrêt du traitement par peginterféron alfa-2a et du traitement par Copegus pour cause d’effets indésirables ou d’anomalies biologiques était de 6% et 7%, respectivement dans les bras 48 semaines et de 12% et 13%, respectivement dans les bras 72 semaines.


Patiënten die tevens geïnfecteerd zijn met hiv-1 Het veiligheidsprofiel van INCIVO bij patiënten die tegelijkertijd een HCV- en een hiv-1-infectie hebben (n = 38), al of niet onder behandeling met antiretrovirale therapie of onder behandeling met efavirenz in combinatie met tenofovirdisoproxilfumaraat en emtricitabine, was vergelijkbaar met het veiligheidsprofiel van patiënten met alleen een HCV-infectie. Patiënten die atazanavir/ritonavir kregen in de groep met INCIVO-combinatiebehandeling en in de groep met peginterferon alfa en ribavirine hadden een voorbijgaande verhoging van de indirecte bilirubinewaardes tot en met ...[+++]

Patients co-infectés par le VIH-1 Le profil de sécurité d’emploi d’INCIVO chez les patients co-infectés par le VHC et le VIH-1 (n = 38), qu’ils soient non traités par un antirétroviral ou traités par l’éfavirenz associé au fumarate de ténofovir disoproxil et l’emtricitabine, était similaire au profil de sécurité d’emploi chez les patients mono-infectés par le VHC. Les patients recevant l’atazanavir/ritonavir qu’ils soient dans le groupe INCIVO en association ou dans le groupe peginterféron alfa et ribavirine seuls ont présenté une augmentation transitoire des taux de bilirubine indirecte jusqu’à la semaine 2 avec retour à une valeur proch ...[+++]


Van degenen met een recidief na een eerdere behandeling in de T12/PR24-behandelgroep die ondetecteerbaar HCV-RNA (doel niet gedetecteerd) hadden in week 4 en week 12 van de behandeling, had 89% een SVR (25/28) en 7% een recidief.

Chez les rechuteurs à un précédent traitement dans le groupe de traitement T12/PR24 qui avaient un taux d’ARN du VHC indétectable (cible non détectée) aux semaines 4 et 12, le taux de RVS était de 89% (25/28) et le taux de rechute était de 7%.


In totaal hadden 352 patiënten (65%) ondetecteerbaar HCV-RNA (doel niet gedetecteerd) in week 4 en week 12.

Au total, 352 (65%) patients présentaient un taux d’ARN du VHC indétectable (cible non détectée) aux semaines 4 et 12.




D'autres ont cherché : week 12 hadden     in week     reactie hadden     hcv-rna in week     week     niet gereageerd hadden     ribavirine hadden     hadden in week     niet gedetecteerd hadden     gedetecteerd in week     totaal hadden     


datacenter (28): www.wordscope.be (v4.0.br)

'week 12 hadden' ->

Date index: 2024-10-22
w