Vertaling van "retentie van natrium " (Nederlands → Frans) :

TERMINOLOGIE

retentie | ophouding
rétention | le fait de retenir

retentie van urine
Rétention d'urine

vroege dood van foetus met retentie van dode foetus
Mort fœtale précoce avec rétention

retentie van urine
rétention urinaire

IN-CONTEXT TRANSLATIONS

Als de nierfunctie normaal is, leidt elke repletie of retentie van natrium van om het even welke oorsprong tot een depletie van lithium, en omgekeerd, elke natrium depletie van om het even welke oorsprong bevordert de repletie of retentie van lithium.
Si les fonctions rénales sont normales, toute réplétion ou rétention sodée de quelque origine entraîne une déplétion de lithium, et, inversement, toute déplétion sodée de quelque origine favorise la réplétion ou la rétention lithique.

Toediening van androgenen veroorzaakt retentie van natrium, stikstof, kalium, fosfor en een verlaagde uitscheiding van calcium.
L’administration d’androgènes induit une rétention de sodium, d’azote, de potassium, de phosphore et une diminution de l’excrétion de calcium.

+ Corticoïden, tetracosactide (systemisch) Afname van het antihypertensief effect (retentie van natrium en water door corticoïden).
Diminution de l’effet antihypertensif (rétention hydrosodée des corticoïdes).

+ Corticoïden, tetracosactide (systemisch): Verminderd antihypertensief effect (retentie van natrium en water door corticoïden).
+ Corticoïdes, tétracosactide (voie générale) : Diminution de l'effet antihypertenseur (rétention hydrosodée des corticoïdes).

Mineralenhuishouding Somatropine induceert de retentie van natrium, kalium en fosfaat.
Métabolisme des sels minéraux La somatropine induit une rétention de sodium, de potassium et de phosphore.

Stimulatie van de AT1-receptor is verantwoordelijk voor de pathologische effecten van angiotensine II in de nieren en andere organen die worden geassocieerd met angiotensine II, zoals vasoconstrictie, retentie van natrium en water, toegenomen aldosteronsynthese en orgaanremodellering.
La stimulation du récepteur AT1 est responsable des effets pathologiques de l’angiotensine II au niveau du rein et d’autres organes associés à l’angiotensine II, tels que vasoconstriction, rétention hydrosodée, accroissement de la synthèse d’aldostérone et remaniement de l’organe.

Bijwerkingen Gewichtstoename, veranderingen in de elektrolyten (retentie van natrium, chloride, kalium, calcium, anorganisch fosfaat en water) bij hoge doses en/of langdurige behandeling. Nervositeit, vijandigheid, depressie. Slaapapneu
Réactions indésirables Gain pondéral, modifications des électrolytes (rétention de sodium, de chlore, de potassium, de calcium, de phosphate inorganique et d’eau) au cours d’une utilisation du produit à forte dose et/ou de traitement au long cours Nervosité, hostilité, dépression Apnée du sommeil

Somatropine induceert de retentie van natrium, kalium en fosfor.
La somatropine entraîne une rétention sodée, potassique et du phosphore.

Selectiviteit in tumor en dysplastieweefsel tijdens de behandeling komt deels door selectieve retentie van porfimeer-natrium, maar voornamelijk door een selectieve toediening van licht.
La sélectivité du traitement pour la tumeur et le tissu dysplasique est liée en partie à la rétention sélective du porfimère sodique mais surtout à l'administration sélective de la lumière.