Vertaling van "ml min voor 70-jarigen " (Nederlands → Frans) :

Na een enkele dosis nam de schijnbare klaring af met 12% van 35 ml/min bij 20-jarigen tot 31 ml/min voor 70-jarigen.
Après administration de doses uniques, la clairance apparente diminue de 12% et passe de 35 ml/min chez les patients de 20 ans à 31 ml/min chez les patients de 70 ans.

Na een enkele dosis nam de schijnbare klaring af met 12% van 35 ml/min bij 20- jarigen tot 31 ml/min voor 70-jarigen.
Après administration de doses uniques, la clairance apparente diminue de 12% et passe de 35 ml/min chez les patients de 20 ans à 31 ml/min chez les patients de 70 ans.

↓ telaprevir AUC 0,65 (0,61-0,69) C max 0,64 (0,61-0,67) C min 0,68 (0,63-0,74) ↓ darunavir AUC 0,60 (0,57-0,63) C max 0,60 (0,56-0,64) C min 0,58 (0,52-0,63) mechanisme onbekend ↓ telaprevir AUC 0,68 (0,63-0,72) C max 0,67 (0,63-0,71) C min 0,70 (0,64-0,77) ↓ amprenavir AUC 0,53 (0,49-0,58) C max 0,65 (0,59-0,70) C min 0,44 (0,40-0,50) mechanisme onbekend ↓ telaprevir AUC 0,46 (0,41-0,52) C max 0,47 (0,41-0,52) C min 0,48 (0,40-0,56) ↔ lopinavir AUC 1,06 (0,96-1,17) C max 0,96 (0,87-1,05) C min 1,14 (0,96-1,36) mechanisme onbekend
ANTIRETROVIRAUX DU VIH : INHIBITEURS DE LA PROTEASE DU VIH (IP) atazanavir/ritonavir* ↓ télaprévir ASC 0,80 (0,76-0,85) C max 0,79 (0,74-0,84) C min 0,85 (0,75-0,98) ↑ atazanavir ASC 1,17 (0,97-1,43) C max 0,85 (0,73-0,98) C min 1,85 (1,40-2,44) inhibition du CYP3A par le télaprévir

Zitting in 76 min 54,81 min - 2,1801 81,39 euro Zitting out 76 min 54,81 min 30 min 2,6801 114,50 euro Groepszitting 19 min 13,70 min - 0,545 20,35 euro
Bilan 120 min 86,54 min - 3,4423 168,67 € 0,39 € 169,06 € Séance in 76 min 54,81 min - 2,1801 81,39 € 0,24 € 81,63 € Séance out 76 min 54,81 min 30 min 2,6801 114,50 € 0,30 € 114,80 €

Telaprevir � AUC 0,68 (0,63-0,72) C max 0,67 (0,63-0,71) C min 0,70 (0,64-0,77)
Ritonavir AUC 12 � 0,66 Ritonavir C max � 0,61 Ritonavir C 12 ↔ 0,86

Artikel 286, 3 e alinea, van het voormelde Koninklijk besluit van 3 juli 1996 bepaalt ook dat voor de minder-validen die in beschutte werkplaatsen zijn tewerkgesteld de in aanmerking te nemen jaarlijkse lonen zijn vastgesteld op 80 400 BEF of 1 993,06 EUR (voor de personen van 21 jaar en ouder), 64 800 BEF of 1 606,37 EUR (voor de 19- en 20-jarigen), 48 000 BEF of 1 189,90 EUR (voor de 17- en 18-jarigen) en 40 800 BEF of 1 011, 42 EUR (voor de min-17-jarigen).
L’article 286, alinéa 3, de l’arrêté royal précité du 3 juillet 1996 stipule également que pour les handicapés mis au travail dans les ateliers protégés, les rémunérations annuelles à prendre en considération sont fixées à 80 400 FB ou 1 993,06 EUR (pour les personnes de 21 ans et plus), 64 800 FB ou 1 606,37 EUR (pour les 19 et 20 ans), 48 000 FB ou 1 189,90 EUR (pour les 17 et 18 ans) et 40 800 FB ou 1 011,42 EUR (pour les moins de 17 ans).

Artikel 286, 3de alinea, van het voormelde Koninklijk besluit van 3 juli 1996 bepaalt ook dat voor de minder-validen die in beschutte werkplaatsen zijn tewerkgesteld de in aanmerking te nemen jaarlijkse lonen zijn vastgesteld op 80 400 BEF of 1 993,06 EUR (voor de personen van 21 jaar en ouder), 64 800 BEF of 1 606,37 EUR (voor de 19 en 20 jarigen), 48 000 BEF of 1 189,90 EUR (voor de 17 en 18 jarigen) en 40 800 BEF of 1 011,42 EUR (voor de min 17 jarigen).
L’article 286, alinéa 3, de l’arrêté royal précité du 3 juillet 1996 stipule également que pour les handicapés mis au travail dans les ateliers protégés, les rémunérations annuelles à prendre en considération sont fixées à 80 400 FB ou 1 993,06 EUR (pour les personnes de 21 ans et plus), 64 800 FB ou 1 606,37 EUR (pour les 19 et 20 ans), 48 000 FB ou 1 189,90 EUR (pour les 17 et 18 ans) et 40 800 FB ou 1 011,42 EUR (pour les moins de 17 ans).

Nierfunctiestoornis Bij patiënten met een lichte tot matige nierfunctiestoornis (30-70 ml/min creatinineklaring), vermindert de strontiumklaring naarmate de creatinineklaring afneemt (een afname van circa 30% over het creatinineklaringsbereik 30 tot 70 ml/min) en veroorzaakt daarbij een toename in strontium plasmaniveaus.
Insuffisance rénale Chez les patient(e)s atteint(e)s d’insuffisance rénale légère à modérée (clairance de la créatinine comprise entre 30 et 70 ml/min), la clairance du strontium diminue comme celle de la créatinine (diminution d’environ 30% lorsque la clairance de la créatinine est comprise entre 30 et 70 ml/min), induisant ainsi une augmentation des taux plasmatiques de strontium.

saquinavir AUC ↔ 0,95 (0,64-1,42) C min ↓ 0,80 (0,46-1,38) C max ↔ 1,00 (0,70-1,42) etravirine AUC ↓ 0,67 (0,56-0,80) C min ↓ 0,71 (0,58-0,87) C max ↓ 0,63 (0,53-0,75) tipranavir AUC ↑ 1,18 (1,03-1,36) C min ↑ 1,24 (0,96-1,59) C max ↑ 1,14 (1,02-1,27) etravirine AUC ↓ 0,24 (0,18-0,33) C min ↓ 0,18 (0,13-0,25) C max ↓ 0,29 (0,22-0,40)
saquinavir ASC ↔ 0,95 (0,64-1,42) C min ↓ 0,80 (0,46-1,38) C max ↔ 1,00 (0,70-1,42) étravirine ASC ↓ 0,67 (0,56-0,80) C min ↓ 0,71 (0,58-0,87) C max ↓ 0,63 (0,53-0,75) tipranavir ASC ↑ 1,18 (1,03-1,36) C min ↑ 1,24 (0,96-1,59) C max ↑ 1,14 (1,02-1,27) étravirine ASC ↓ 0,24 (0,18-0,33) C min ↓ 0,18 (0,13-0,25) C max ↓ 0,29 (0,22-0,40)

De halfwaardetijd was niet statistisch verschillend wanneer men 50-69 jarigen vergeleek met de groep van 70 jaar en ouder.
La demi-vie n’était pas statistiquement différente entre le groupe âgé de 50 à 69 ans et le groupe de plus de 70 ans.