Vertaling van "mg kg werden goedaardige tumoren " (Nederlands → Frans) :

Bij ratten, die chronisch per os ribavirine toegediend kregen a rato van 16-100 mg/kg werden goedaardige tumoren (borst, pancreas, bijnier) vastgesteld.
Chez les rats qui reçoivent chroniquement de la Ribavirine per os à la dose de 16-100 mg/kg, des tumeurs bénignes ont été relevées (sein, pancréas, glandes surrénales).

In de long-term studies bij de muis met dosissen van 5 tot 50 mg/kg werden evenwel gonadale tumoren vastgesteld.
Lors d’études à long terme, réalisées chez la souris, au moyen de doses variant entre 5 et 50 mg/kg, on a également observé la survenue de tumeurs gonadiques.

Er werden geen tumoren geconstateerd bij cynomolgus apen die eenmaal per week, gedurende 52 weken, intraveneus cidofovir kregen in doses tot 2,5 mg/kg/week.
Aucune tumeur n’a été observée chez des singes cynomolgus recevant du cidofovir par voie intraveineuse une fois par semaine pendant 52 semaines, à des doses allant jusqu’à 2,5 mg/kg/semaine.

In de lange termijn studies bij de muis met dosissen van 5 tot 50 mg/kg werden evenwel gonadale tumoren vastgesteld.
Dans les études à long terme chez la souris, avec des doses de 5 à 50 mg/kg, on a cependant constaté des tumeurs gonadiques.

In de studies op lange termijn bij de muis met dosissen van 5 tot 50 mg/kg werden evenwel gonadale tumoren vastgesteld.
Lors d’études à long terme chez des souris auxquelles des doses de 5 à 50 mg/kg/jour ont été administrées, des tumeurs gonadiques ont été constatées.

Bij muizen werden een inductie van goedaardige ovariumtumoren en een verandering van de incidentie van lymforeticulaire tumoren (minder histiocytaire sarcomen bij wijfjesdieren en meer sterfgevallen als gevolg van lymfomen) waargenomen.
Chez des souris, on a observé l'induction de tumeurs ovariennes bénignes et une perturbation de l'incidence des néoplasies lymphoréticulaires (moins de sarcomes histiocytaires chez les femelles et davantage de décès consécutifs à des lymphomes).

Nieradenomen/carcinomen, urineblaas en urethra papillomen, adenocarcinomen van de dunne darm, bijschildklieradenomen, benigne en maligne medullaire tumoren van de bijnieren en papillomen/carcinomen van de non-glandulaire maag werden waargenomen bij 60 mg/kg/dag, wat ongeveer 1,7 of 1 keer de humane dagelijkse blootstelling vertegenwoordigt (gebaseerd op AUC) bij respectievelijk 400 mg/dag of 800 mg/dag en 1,2 keer de dagelijkse blootstelling bij kinderen bij 340 mg/m 2 /dag.
Les adénomes/carcinomes rénaux et les papillomes de la vessie et de l’urètre, les adénocarcinomes de l’intestin grêle, les adénomes des parathyroïdes, les tumeurs médullaires bénignes et malignes des glandes surrénales et les carcinomes/papillomes de l’estomac (hors tissu glandulaire) ont été observés à la dose de 60 mg/kg/j, représentant approximativement 1,7 ou 1 fois l’exposition journalière (basée sur l’ASC) chez l’homme traité par 400 mg/j ou 800 mg/j respectivement et 1,2 fois l’exposition journalière (basée sur l’ASC) chez l’enfant traité par 340 mg/m 2 /jour.