Indien DICLOFENAC APOTEX® toegediend wordt aan patiënten onder digoxine, moet men van bij de aanvang van de behandeling met DICLOFENAC APOTEX® en indien nodig na het stopzetten ervan, de plasmaspiegels van het cardiotonicum controleren, en zijn dosis aanpassen in functie van de gemeten waarden.
Lors de l'administration de DICLOFENAC APOTEX® à des patients recevant de la digoxine, il convient de déterminer la concentration plasmatique du cardiotonique dès le début du traitement par DICLOFENAC APOTEX® et, si nécessaire après l'arrêt de celui-ci d’adapter la posologie en fonction des valeurs mesurées.