Traduction de «longkanker bij chemotherapie-naïeve » (Néerlandais → Français) :

Niet-kleincellig longkanker Bij chemotherapie naïeve patiënten die worden behandeld voor niet-kleincellig longkanker, is de aanbevolen dosis 75 mg/m 2 Docetaxel Sandoz , direct gevolgd door 75 mg/m 2 cisplatine gedurende 30-60 minuten.
Cancer du poumon non à petites cellules Chez les patients traités pour un cancer bronchique non à petites cellules et n’ayant reçu aucune chimiothérapie antérieure, les doses recommandées sont de 75 mg/m² de Docetaxel Sandoz suivi immédiatement par 75 mg/m² de cisplatine en 30-60 minutes.

Niet-kleincellige longkanker Bij chemotherapie-naïeve patiënten die worden behandeld voor niet-kleincellige longkanker, is de aanbevolen dosis 75 mg/m 2 docetaxel, direct gevolgd door 75 mg/m 2 cisplatine gedurende 30-60 minuten.
Cancer du poumon non à petites cellules : Chez les patients traités pour un cancer bronchique non à petites cellules et n’ayant reçu aucune chimiothérapie antérieure, les doses recommandées sont de 75 mg/m² de docétaxel suivi immédiatement par 75 mg/m² de cisplatine en 30-60 minutes.

Docetaxel in combinatie met platina bevattende middelen in chemotherapeutica naïeve patiënten In een fase III onderzoek werden 1218 patiënten met inoperabele fase IIIB of IV niet-kleincellige longkanker, met KPS van 70% of hoger en die niet eerder chemotherapie hiervoor ontvingen, gerandomiseerd over docetaxel (T) 75 mg/m 2 als 1-uurs infusie, direct gevolgd door cisplatine (Cis) 75 mg/m 2 gedurende 30-60 minuten elke 3 weken (TCis), of docetaxel 75 mg/m 2 als 1-uurs infuus in combinatie met carboplatine (AUC 6 mg/ml· min) gedurende 30-60 minuten elke 3 weken, of vinorelbine (V) 25 mg/m 2 toegediend gedurende 6-10 minuten op dagen 1, 8, 15, 22, gevolgd door cisplatine 100 mg/m 2 toegediend op dag 1 en herhaald elke 4 weken (VCis).
Docétaxel en combinaison avec des agents à base de platine chez les patients n’ayant pas reçu de chimiothérapie antérieure Dans une étude de phase III, 1218 patients présentant un cancer du poumon non à petites cellules de stade IIIB ou IV non résécable, avec un indice de performance de Karnofsky de 70 % ou plus, et n’ayant pas reçu de chimiothérapie antérieure pour cette affection, ont été randomisés soit au docétaxel (T) 75 mg/m² en perfusion d’une heure immédiatement suivi par du cisplatine (Cis) à la dose de 75 mg/m² en 30 à 60 minutes toutes les 3 semaines, soit au docétaxel 75 mg/m² en perfusion d’une heure en combinaison avec le carboplatine (AUC: 6 mg/ml x min) administré en 30 à 60 minutes toutes les 3 semaines, soit à la vinorelbine (V) 25 mg/m² administrée en 6 à 10 minutes les jours 1, 8, 15 et 22, suivie par du cisplatine à la dose de 100 mg/m², administré le jour 1 des cycles, répété toutes les 4 semaines.

Docetaxel in combinatie met platina bevattende middelen in chemotherapeutica naïeve patiënten In een fase III onderzoek, 1218 patiënten met inoperabel fase IIIB of IV niet kleincellig longkanker, met KPS van 70% of hoger en die niet eerder chemotherapie hiervoor ontvingen, werden gerandomiseerd over docetaxel (T) 75 mg/m² als 1-uurs infusie, direct gevolgd door cisplatine (Cis) 75 mg/m² gedurende 30-60 minuten elke 3 weken, of docetaxel 75 mg/m² als 1-uurs infuus in combinatie met carboplatin (AUC 6 mg/ml· min) gedurende 30-60 minuten elke 3 weken, of vinorelbine (V) 25 mg/m2 toegediend gedurende 6-10 minuten op dagen 1,8,15,22, gevolgd door cisplatine 100 mg/m² toegediend op dag 1 en herhaald elke 4 weken.
Docétaxel en association aux sels de platine chez les patients n’ayant pas reçu de chimiothérapie antérieure Lors d’une étude de phase III randomisée, 1218 patients présentant un cancer bronchique non à petites cellules non résécable de stade IIIB ou IV, avec un indice de performance de Karnofsky de 70% ou plus, et n’ayant pas reçu de chimiothérapie antérieure pour cette indication, ont été inclus soit dans le bras docétaxel (T) 75 mg/m² en perfusion d’une heure immédiatement suivie par du cisplatine (Cis) à 75 mg/m² en 30-60 minutes toutes les 3 semaines, soit dans le bras docétaxel 75 mg/m² en perfusion d’une heure en association au carboplatine (Cb) (AUC 6 mg/ml x min) en 30-60 minutes toutes les 3 semaines, soit dans le bras vinorelbine (V) 25 mg/m² administrée en 6-10 minutes à J 1, J 8, J 15 et J 22 suivi par du cisplatine à 100 mg/m² administré à J 1 du cycle, répété toutes les 4 semaines.

Niet-kleincellig longkanker Docetaxel EG is bestemd voor de behandeling van patiënten met lokaal gevorderde of gemetastaseerde niet-kleincellige longkanker, nadat voorafgaande chemotherapie heeft gefaald.
Docetaxel EG est indiqué dans le traitement du cancer du poumon non à petites cellules localement avancé ou métastatique après échec d’une chimiothérapie antérieure.

De normale behandeling van longkanker met kleine cellen bestaat uit chemotherapie.
Le traitement habituel des cancers du poumon à petites cellules consiste en une chimiothérapie.

De chemotherapie is de gebruikelijke behandeling van kleincellige longkanker.
La chimiothérapie est le traitement habituel du cancer du poumon à petites cellules.

Radiotherapie en/of chemotherapie tegen longkanker
Radiographie et/ou chimiothérapie en cas de cancer du poumon

Beschikbare gegevens tonen aan dat etoposide gebruikt kan worden voor de behandeling van kleincellig longkanker, resistent non-seminoma testis carcinoom, acute myelomonocytische en myelocytische leukemie (AML, FAB subtype M4 of M5), als onderdeel van een combinatietherapie na het falen van inductie chemotherapie.
Les données disponibles indiquent que l'étoposide peut être utilisé pour le traitement de cancer du poumon à petite cellule, de carcinome du testicule non-séminome résistant, de leucémie aiguë myélomonocyte et de leucémie myélocyte (AML, FAB sous-type M4 ou M5) faisant partie d’une thérapie combinatoire après échec de la chimiothérapie d'induction.

Wanneer OPG-Fc in deze modellen werd gecombineerd met hormoontherapie (tamoxifen) of chemotherapie (docetaxel), was er bij respectievelijk borst- en prostaat- of longkanker sprake van een additieve remming van de groei van tumoren in het skelet.
L’association de l’OPG- Fc à un traitement hormonal (tamoxifène) ou à une chimiothérapie (docétaxel) dans ces modèles, a inhibé de façon additive la croissance de tumeurs osseuses secondaires à un cancer du sein, ou de la prostate et du poumon respectivement.