Boost Your Productivity!Translate documents (Ms-Word, Ms-Excel, ...) faster and better thanks to artificial intelligence!
https://pro.wordscope.com
https://blog. wordscope .com
Auto-immune neonatale trombocytopenie
Auto-immune trombocytopenie
Idiopathische trombocytopenie van moeder
Immune trombocytopenie
Iso-immunisatie
Neonatale trombocytopenie door
Secundaire auto-immune trombocytopenie
Trombocytopenie
Trombocytopenie door COVID-19
Trombocytopenie door SARS-CoV-2
Verlaagd aantal bloedplaatjes
Verworven trombocytopenie
Wisseltransfusie

Traduction de «incidentie van trombocytopenie » (Néerlandais → Français) :

TERMINOLOGIE
voir aussi les traductions en contexte ci-dessous
neonatale trombocytopenie door | idiopathische trombocytopenie van moeder | neonatale trombocytopenie door | iso-immunisatie | neonatale trombocytopenie door | wisseltransfusie

Thrombopénie néonatale due à:exsanguino-transfusion | iso-immunisation | thrombocytopénie maternelle idiopathique


trombocytopenie | verlaagd aantal bloedplaatjes

thrombocytopénie | diminution du nombre de thrombocytes (dans le sang)




trombocytopenie door SARS-CoV-2

thrombocytopénie due au coronavirus 2 lié au SRAS (syndrome respiratoire aigu sévère)












TRADUCTIONS EN CONTEXTE
Gegevens verzameld via een spontaan meldingssysteem laten echter niet toe de incidentie van trombocytopenie door niet-gefractioneerde heparine en door een heparine met laag moleculair gewicht te vergelijken.

Les données de pharmacovigilance spontanée ne permettent cependant pas de comparer l’incidence des thrombopénies observées respectivement avec une héparine non fractionnée et avec une héparine de faible poids moléculaire.


De combinatie van lenalidomide en dexamethason is bij patiënten met multipel myeloom geassocieerd met een hogere incidentie van trombocytopenie graad 3 en 4 (respectievelijk 9,9% en 1,4% bij patiënten die werden behandeld met lenalidomide/dexamethason, vergeleken met 2,3% en 0,0% bij patiënten behandeld met placebo/dexamethason).

L’association du lénalidomide et de la dexaméthasone chez les patients atteints de myélomes multiples est associée à une incidence accrue des thrombopénies de grade 3 et de grade 4 (respectivement 9,9 % et 1,4 % chez les patients traités par lénalidomide/dexaméthasone contre 2,3 % et 0,0 % chez les patients traités par placebo/dexaméthasone).


De combinatie van lenalidomide en dexamethason is bij patiënten met multipel myeloom geassocieerd met een hogere incidentie van trombocytopenie graad 3 en 4 (respectievelijk 9,9% en 1,4% bij patiënten die werden behandeld met lenalidomide/dexamethason, vergeleken met 2,3% en 0,0% bij patiënten behandeld met placebo/dexamethason; zie rubriek 4.8).

L’association du lénalidomide et de la dexaméthasone chez les patients atteints de myélomes multiples est associée à une incidence accrue des thrombopénies de grade 3 et de grade 4 (respectivement 9,9 % et 1,4 % chez les patients traités par lénalidomide/dexaméthasone contre 2,3 % et 0,0 % chez les patients traités par placebo/dexaméthasone ; voir rubrique 4.8).


In een studie met een tweede of volgende hernieuwde toediening van ReoPro, werd een incidentie van alle vormen van trombocytopenie gevonden van 5%, terwijl de incidentie van ernstige trombocytopenie (< 20.000 cellen/µl) 2% was.

Dans une étude observationnelle de réadministration chez des patients exposés à ReoPro pour la deuxième fois ou au-delà, l’incidence des thrombocytopénies (tous degrés confondus) était de 5 % avec une incidence de thrombocytopénie profonde de 2 % (< 20 000 cellules /µL).


For more results, go to https://pro.wordscope.com to translate your documents with Wordscope Pro!
Trombocytopenie werd in hogere mate waargenomen in de studie over hernieuwde toediening dan in de fase III studie bij eerste toediening, hetgeen suggereert dat hernieuwde toediening mogelijk geassocieerd kan zijn met een verhoogde incidentie en ernst van trombocytopenie (zie rubriek 4.8, paragraaf “Hernieuwde toediening”).

Au cours d’une étude de réadministration, les taux de thrombocytopénie observés ont été plus élevés que dans les études de phase III qui concernaient une première administration, ce qui suggère que la réadministration peut être associée à une augmentation de l’incidence et de la sévérité des thrombocytopénies (voir rubrique 4.8, paragraphe sur Réadministration).


Het optreden van bijwerkingen na een dosis van 175 mg Torisel per week bij MCL, bijv. graad 3 of 4 infecties of trombocytopenie, wordt in verband gebracht met een hogere incidentie dan die is waargenomen met hetzij 75 mg Torisel per week of conventionele chemotherapie.

La fréquence des effets indésirables survenus après une dose de 175 mg de Torisel par semaine dans le LCM, par exemple infections ou thrombocytopénie de grade 3 ou 4, est supérieure à celle observée soit avec une dose 75 mg de Torisel par semaine soit avec une chimiothérapie conventionnelle.


- De incidentie in klinische onderzoeken en de waarschijnlijkheid van het opnieuw optreden van trombocytopenie na staken van de behandeling.

- L’incidence de la thrombopénie dans les essais cliniques et la possibilité de réapparition de la thrombopénie après l’arrêt du traitement.


- De incidentie in klinische onderzoeken en de kans op het opnieuw optreden van trombocytopenie na staken van de behandeling.

- La fréquence de la thrombopénie dans les essais cliniques et la possibilité de réapparition de la thrombopénie après l’arrêt du traitement.


In klinische onderzoeken waren de incidentie en ernst van de trombocytopenie hoger bij Aziatische patiënten (zie rubriek 4.8).

Dans les études cliniques, l’incidence et la sévérité de la thrombocytopénie étaient plus élevées chez les patients asiatiques (voir rubrique 4.8).


In klinische onderzoeken waren de incidentie en ernst van trombocytopenie hoger bij Aziatische patiënten.

Dans les études cliniques, l’incidence et la sévérité de la thrombocytopénie étaient plus élevées chez les patients asiatiques.


w