Boost Your Productivity!Translate documents (Ms-Word, Ms-Excel, ...) faster and better thanks to artificial intelligence!
https://pro.wordscope.com
https://blog. wordscope .com
Afname biopt
Amniocentese
Hematologisch
Hematologisch onderzoek
IUD
Intra-uteriene operatie
Met betrekking tot de leer van het bloed
Perinatale hematologische aandoening

Vertaling van "hematologische aandoening " (Nederlands → Frans) :

TERMINOLOGIE


hematologisch | met betrekking tot de leer van het bloed

hématologique | relatif à l'hématologie


afwijkende hematologische-bevindingen bij prenatale screening van moeder

Résultats hématologiques anormaux au cours de l'examen prénatal systématique de la mère


indicatie voor zorg bij moeder wegens (vermoede) schade aan foetus als gevolg van | afname biopt | indicatie voor zorg bij moeder wegens (vermoede) schade aan foetus als gevolg van | amniocentese | indicatie voor zorg bij moeder wegens (vermoede) schade aan foetus als gevolg van | hematologisch onderzoek | indicatie voor zorg bij moeder wegens (vermoede) schade aan foetus als gevolg van | intra-uteriene operatie | indicatie voor zorg bij moeder wegens (vermoede) schade aan foetus als gevolg van | IUD

Soins maternels pour lésions fœtales (présumées) résultant de:amniocentèse | biopsie | dispositif intra-utérin | examens hématologiques | intervention chirurgicale intra-utérine


artropathie bij elders geclassificeerde overige hematologische aandoeningen (D50-D76)

Arthropathie au cours d'autres maladies du sang classées ailleurs (D50-D76+)


HIV-ziekte leidend tot hematologische en immunologische afwijkingen

Maladie par VIH à l'origine d'anomalies hématologiques et immunologiques


systemische mastocytose met een geassocieerde klonale hematologische, niet van mastocyten afkomstige ziekte

mastocytose systémique associée à une hémopathie non mastocytaire




hemorragische en hematologische aandoeningen van foetus en pasgeborene

Affections hémorragiques et hématologiques du fœtus et du nouveau-né


perinatale hematologische aandoeningen, overig

Autres affections hématologiques de la période périnatale
IN-CONTEXT TRANSLATIONS
Er zijn twee prospectieve, open label, fase II onderzoeken, met één arm, zonder controlegroep, uitgevoerd met patiënten met een hematologische aandoening, waarbij het merendeel van de patiënten een gevorderd stadium van de aandoening had.

Deux études ouvertes prospectives de phase II, non randomisées, non contrôlées ont été réalisées chez des patients présentant des hémopathies, la majorité d’entre eux ayant une maladie à un stade avancé.


Er zijn twee prospectieve, open label, fase II onderzoeken, met één arm, zonder controlegroep, uitgevoerd met patiënten met een hematologische aandoening, waarbij het merendeel van de patiënten een gevorderd stadium van de aandoening had.

Deux études ouvertes prospectives de phase II, non randomisées, non contrôlées ont été réalisées chez des patients présentant des hémopathies, la majorité d’entre eux ayant une maladie à un stade avancé.


De vereiste onderhoudsdosering kan gaan van minder dan 1 mg/kg lichaamsgewicht/dag tot 3 mg/kg lichaamsgewicht /dag, afhankelijk van de klinische aandoening die wordt behandeld en de individuele respons van de patiënt met inbegrip van de hematologische tolerantie.

La posologie d'entretien requise peut aller de moins de 1 mg/kg de poids corporel/jour à 3 mg/kg de poids corporel/jour, en fonction de l'affection clinique traitée et de la réponse individuelle du patient, notamment de la tolérance hématologique.


De meeste patiënten vertoonden bij aanvang van de behandeling een hematologische stoornis, hetzij als gevolg van de aandoening, hetzij als gevolg van een voorgaande myelosuppressieve behandeling.

Au début du traitement, la plupart des patients présentaient une atteinte hématologique, secondaire à l’affection ou à un traitement myélosupresseur préalable.


For more results, go to https://pro.wordscope.com to translate your documents with Wordscope Pro!
Hematologische ongewenste effecten : Anemie (gewoonlijk waargenomen na 6 weken behandeling met Retrovir, maar soms eerder), neutropenie (gewoonlijk waargenomen na 4 weken behandeling maar soms eerder), en leukopenie (gewoonlijk secondair aan neutropenie), kunnen voorkomen bij patiënten behandeld met Retrovir; deze bijwerkingen treden vaker op bij hogere doseringen (1200 – 1500 mg/dag) en bij patiënten die vóór de behandeling een slechte beenmergstatus bezitten, met name in het geval van een gevorderd stadium van de HIV-aandoening (zie rubriek 4.8).

Effets indésirables hématologiques : Anémie (normalement observée après 6 semaines de traitement au Retrovir, mais parfois plus tôt), neutropénie (normalement observée après 4 semaines de traitement, mais parfois plus tôt) et leucopénie (habituellement secondaire à la neutropénie) peuvent se présenter chez des patients traités par Retrovir; elles apparaissent plus fréquemment lors des dosages élevés (1200 - 1500 mg par jour) et chez les patients avec une insuffisance médullaire avant traitement, particulièrement à un stade avancé de l’infection par le VIH (voir rubrique 4.8).


Hematologische ongewenste effecten: Anemie (gewoonlijk waargenomen na 6 weken behandeling met Retrovir, maar soms eerder), neutropenie (gewoonlijk waargenomen na 4 weken behandeling maar soms eerder), en leukopenie (gewoonlijk secondair aan neutropenie), kunnen voorkomen bij patiënten behandeld met Retrovir; deze bijwerkingen treden vaker op bij hogere doseringen (1200 – 1500 mg/dag) en bij patiënten die vóór de behandeling een slechte beenmergstatus bezitten, met name in het geval van een gevorderd stadium van de HIV-aandoening (zie rubriek 4.8).

Effets indésirables hématologiques : Anémie (normalement observée après 6 semaines de traitement au Retrovir, mais parfois plus tôt), neutropénie (normalement observée après 4 semaines de traitement, mais parfois plus tôt) et leucopénie (habituellement secondaire à la neutropénie) peuvent se présenter chez des patients traités par Retrovir; elles apparaissent plus fréquemment lors des dosages élevés (1200 - 1500 mg par jour) et chez les patients avec une insuffisance médullaire avant traitement, particulièrement à un stade avancé de l’infection par le VIH (voir rubrique 4.8).


De volgende bijwerkingen werden gemeld sinds het op de markt brengen van Duracef, maar hun frequentie is niet bekend: Genitale infecties (algemene pruritus en candidose), hematologische storingen (agranulocytose, neutropenie, trombocytopenie, eosinofilie, leucopenie, stijging van de transaminasen, rechtstreeks en onrechtstreeks positieve Coombs-tests), anafylactische reactie, subcutane zwelling of zwelling onder het slijmvlies (angioneurotisch oedeem*), overgevoeligheid*, aandoening van de spijsvertering (pseudomembraneuze colitis), s ...[+++]

Les effets indésirables suivants ont été rapportés depuis la mise sur le marché de Duracef mais leur fréquence de survenue n’est pas connue : Infections génitales (candidose et prurit génital), perturbations hématologiques (agranulocytose, neutropénie, thrombocytopénie, éosinophilie, leucopénie, hausse des transaminases, tests de Coombs direct et indirect positifs), réaction anaphylactique, gonflement sous-cutané ou sous muqueux (œdème angioneurotique*), hypersensibilité*, affection digestive (colite pseudomembraneuse), malfonctionnement du foie, arrêt de l'écoulement de la bile (cholestase), reactions allergiques (maladie sérique, syndr ...[+++]


Hematologische ongewenste effecten : Anemie (gewoonlijk waargenomen na 6 weken behandeling met Retrovir, maar soms eerder), neutropenie (gewoonlijk waargenomen na 4 weken behandeling maar soms eerder), en leukopenie (gewoonlijk secondair aan neutropenie), kunnen voorkomen bij patiënten behandeld met Retrovir I. V. voor infusie; deze bijwerkingen treden vaker op bij hogere doseringen (1200 – 1500 mg/dag) en bij patiënten die vóór de behandeling een slechte beenmergstatus bezitten, met name in het geval van een gevorderd stadium van de HIV-aandoening (zie rubriek 4.8).

Effets indésirables hématologiques : Anémie (normalement pas observée avant 6 semaines de traitement au Retrovir, mais parfois plus tôt), neutropénie (normalement pas observée avant 4 semaines de traitement, mais parfois plus tôt) et leucopénie (habituellement secondaire à la neutropénie) sont susceptibles de survenir chez les patients recevant Retrovir I. V. pour perfusion. Elles apparaissent plus fréquemment lors des dosages élevés (1200 - 1500 mg par jour par voie orale) et chez les patients avec une insuffisance médullaire avant traitement, particulièrement à un stade avancé de l’infection par le VIH (voir rubrique 4.8).




datacenter (28): www.wordscope.be (v4.0.br)

'hematologische aandoening' ->

Date index: 2025-04-25
w