De systemische blootstelling bij toediening van die doses is ongeveer gelijk aan of lager dan 0,5 keer de klinische blootstelling bij toediening van de aanbevolen klinische dosering van 2 g/dag na niertransplantatie en ongeveer 0,3 keer de klinische blootstelling bij toediening van de aanbevolen klinische dosering van 3 g/dag na een harttransplantatie.
L’exposition systémique observée à ces doses est environ équivalente ou inférieure à la moitié de l'exposition clinique obtenue avec la dose clinique de 2 g/jour recommandée pour les patients transplantés rénaux et environ 0,3 fois celle obtenue avec la dose clinique de 3 g/jour recommandée pour les patients transplantés cardiaques.