Boost Your Productivity!Translate documents (Ms-Word, Ms-Excel, ...) faster and better thanks to artificial intelligence!
https://pro.wordscope.com
https://blog. wordscope .com
Thans artikel 13
Thans de artikelen 10 en 11

Vertaling van "gecoördineerde wetten vereiste belang " (Nederlands → Duits) :

Wanneer de auteur van het beroep tot nietigverklaring bedoeld in B.6.2 aan de griffie van de Raad van State geen memorie van wederantwoord binnen de opgelegde termijn heeft doen toekomen, verplicht de in het geding zijnde bepaling dat rechtscollege onverwijld uitspraak te doen, waarbij wordt vastgesteld dat de auteur van het beroep niet doet blijken van het bij artikel 19, eerste lid, van de op 12 januari 1973 gecoördineerde wetten vereiste belang, onder voorbehoud van het recht van iedere partij om te verzoeken te worden gehoord.

Wenn der Autor der Nichtigkeitsklage im Sinne von B.6.2 der Kanzlei des Staatsrates nicht innerhalb der vorgeschriebenen Frist einen Replikschriftsatz zugesandt hat, schreibt die fragliche Bestimmung diesem Rechtsprechungsorgan vor, unverzüglich zu urteilen, wobei das Fehlen des durch Artikel 19 Absatz 1 der am 12. Januar 1973 koordinierten Gesetze vorgeschriebenen Interesses auf Seiten des Autors der Klage festgestellt wird, vorbehaltlich des Rechtes jeder Partei, um Anhörung zu ersuchen.


Zij doen echter blijken van het vereiste belang bij de vernietiging van artikel 5/2 van dezelfde gecoördineerde wetten, zoals ingevoegd bij het bestreden artikel 3, in zoverre de adviezen betrekking hebben op teksten die zijn uitgevaardigd en bekendgemaakt.

Sie weisen jedoch das erforderliche Interesse an der Nichtigerklärung von Artikel 5/2 derselben koordinierten Gesetze, eingefügt durch den angefochtenen Artikel 3, auf, insofern die Gutachten sich auf Texte beziehen, die erlassen und veröffentlicht wurden.


De verzoekende partijen doen derhalve niet blijken van het vereiste belang bij de vernietiging van artikel 5/3 van de gecoördineerde wetten op de Raad van State, zoals ingevoegd bij het bestreden artikel 4.

Die klagenden Parteien weisen daher nicht das erforderliche Interesse an der Nichtigerklärung von Artikel 5/3 der koordinierten Gesetze über den Staatsrat, eingefügt durch den angefochtenen Artikel 4, auf.


Gelet op de beperkte draagwijdte van het belang van de verzoekende partijen bij de vernietiging van de bestreden bepalingen, vermeld in B.3.6, is het middel niet ontvankelijk in zoverre het betrekking heeft op artikel 5/3 van de gecoördineerde wetten op de Raad van State.

Angesichts der begrenzten Tragweite des Interesses der klagenden Parteien an der Nichtigerklärung der angefochtenen Bestimmungen, wie in B.3.6 dargelegt wurde, ist der Klagegrund nicht zulässig, insofern er sich auf Artikel 5/3 der koordinierten Gesetze über den Staatsrat bezieht.


Aangezien het eerste, het tweede, het derde en het vijfde middel enkel gericht zijn tegen artikel 5/3 van de gecoördineerde wetten op de Raad van State en de verzoekende partijen geen belang hebben bij de vernietiging van die bepaling, zijn die middelen niet ontvankelijk.

Da der erste, der zweite, der dritte und der fünfte Klagegrund nur gegen Artikel 5/3 der koordinierten Gesetze über den Staatsrat gerichtet sind und die klagenden Parteien kein Interesse an der Nichtigerklärung dieser Bestimmung haben, sind diese Klagegründe nicht zulässig.


« Schendt artikel 21, tweede lid, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State de artikelen 10, 11 en 13 van de Grondwet, alsook artikel 6 van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens, in die mate dat er op partijen in procedures tot nietigverklaring voor het Grondwettelijk Hof geen verplichting rust om een memorie in te dienen en dat bij het niet indienen van een memorie geen gebrek aan belang wordt vastgesteld, terwijl er in procedures tot nietigverklaring voor de Raad van State van een ...[+++]

« Verstößt Artikel 21 Absatz 2 der koordinierten Gesetze über den Staatsrat gegen die Artikel 10, 11 und 13 der Verfassung, sowie gegen Artikel 6 der Europäischen Menschenrechtskonvention, insofern die Parteien in einem Verfahren auf Nichtigerklärung vor dem Verfassungsgerichtshof nicht dazu verpflichtet sind, einen Schriftsatz einzureichen, und bei Nichteinreichung eines Schriftsatzes kein mangelndes Interesse festgestellt wird, während in Verfahren vor dem Staatsrat auf Nichtigerklärung eines Entscheids des Rates für Genehmigungsstr ...[+++]


De regel volgens welke het niet bezorgen van een memorie van wederantwoord binnen de opgelegde termijn de Raad van State ertoe verplicht in beginsel vast te stellen dat het vereiste belang ontbreekt, is in de gecoördineerde wetten ingevoegd bij artikel 1 van de wet van 17 oktober 1990.

Die Regel, wonach die nicht erfolgte Übermittlung eines Replikschriftsatzes innerhalb der vorgeschriebenen Frist den Staatsrat verpflichtet, grundsätzlich das Fehlen des erforderlichen Interesses festzustellen, ist durch Artikel 1 des Gesetzes vom 17. Oktober 1990 in die koordinierten Gesetze eingefügt worden.


De prejudiciële vraag strekt ertoe van het Hof te vernemen of de artikelen 14, § 1, en 19 van de gecoördineerde wetten op de Raad van State bestaanbaar zijn met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, indien de Raad van State het belang, waarvan die bepalingen melding maken als een ontvankelijkheidsvoorwaarde voor elk annulatieberoep, aldus interpreteert dat een verzoeker die in de loop van de rechtspleging een gedeeltelijke genoegdoening vanwege het bestuur heeft gekregen, moet aantonen welk voordeel de vernietigi ...[+++]

Die präjudizielle Frage bezweckt, vom Hof zu vernehmen, ob die Artikel 14 § 1 und 19 der koordinierten Gesetze über den Staatsrat mit den Artikeln 10 und 11 der Verfassung vereinbar seien, wenn der Staatsrat das in diesen Bestimmungen als Zulässigkeitsbedingung für jede Nichtigkeitsklage erwähnte Interesse so auslege, dass ein Kläger, der im Laufe des Verfahrens teilweise Genugtuung seitens der Obrigkeit erhalten habe, nachweisen müsse, welchen Vorteil die Nichtigerklärung ihm nachträglich noch bieten könne, während einem Kläger, der ...[+++]


« Zijn de gecoördineerde wetten op de Raad van State en in het bijzonder de artikelen 19 en 24 in strijd met de artikelen 6 en 6bis [thans de artikelen 10 en 11] van de Grondwet, op zichzelf genomen en samengelezen met artikel 8 [thans artikel 13] van de Grondwet dat een uitdrukking is van het rechtstaatbeginsel, dat een algemeen beginsel is van grondwettelijke aard, en eveneens samengelezen met de rechtstreeks werkende bepalingen van de artikelen 3, 6 en 13 E.V. R.M. en artikel 1 E.P.E.V. R.M., op zichzelf genomen en in hun onderling verband met artikel 14 E.V. R.M. en eveneens samengelezen met de rechtstreeks werkende bepaling van arti ...[+++]

« Stehen die koordinierten Gesetze über den Staatsrat, insbesondere die Artikel 19 und 24, im Widerspruch zu den Artikeln 6 und 6bis [jetzt den Artikeln 10 und 11] der Verfassung, an sich und in Verbindung mit Artikel 8 [jetzt Artikel 13] der Verfassung, in dem der Rechtsstaatsgrundsatz, der einen allgemeinen Grundsatz verfassungsmässiger Art darstellt, verankert ist, sowie in Verbindung mit den direkt wirksamen Bestimmungen der Artikel 3, 6 und 13 EMRK und Artikel 1 des ersten Zusatzprotokolls zur EMRK, an sich und im Zusammenhang mit Artikel 14 EMRK sowie in Verbindung mit der direkt wirksamen Bestimmung von Artikel 14 IPbürgR, insoweit die koordinierten Gesetze über den Staatsrat, insbesondere die Artikel 19 und 24, ...[+++]


« Zijn de gecoördineerde wetten op de Raad van State en in het bijzonder de artikelen 19 en 24 in strijd met de artikelen 6 en 6bis van de Grondwet, op zichzelf genomen en samengelezen met artikel 8 van de Grondwet dat een uitdrukking is van het rechtstaatbeginsel, dat een algemeen beginsel is van grondwettelijke aard, en eveneens samengelezen met de rechtstreeks werkende bepalingen van de artikelen 3, 6 en 13 E.V. R.M. en artikel 1 E.P.E.V. R.M., op zichzelf genomen en in hun onderling verband met artikel 14 E.V. R.M. en eveneens samengelezen met de rechtstreeks werkende bepaling van artikel 14 B.U.P.O., in de mate dat de gecoördineerde wetten ...[+++]

« Stehen die koordinierten Gesetze über den Staatsrat, insbesondere die Artikel 19 und 24, im Widerspruch zu den Artikeln 6 und 6bis der Verfassung, an sich und in Verbindung mit Artikel 8 der Verfassung, in dem der Rechtsstaatsgrundsatz, der einen allgemeinen Grundsatz verfassungsmässiger Art darstellt, verankert ist, sowie in Verbindung mit den direkt wirksamen Bestimmungen der Artikel 3, 6 und 13 EMRK und Artikel 1 des ersten Zusatzprotokolls zur EMRK, an sich und im Zusammenhang mit Artikel 14 EMRK sowie in Verbindung mit der direkt wirksamen Bestimmung von Artikel 14 IPbürgR, insoweit die koordinierten Gesetze über den Staatsrat, insbesondere die Artikel 19 und 24, verlangen ...[+++]




datacenter (28): www.wordscope.be (v4.0.br)

'gecoördineerde wetten vereiste belang' ->

Date index: 2024-07-10
w