Art. 2 - § 1. Die Zelle wird aus fünfzehn ordentlichen Mitgliedern und zwölf stellvertretenden Mitgliedern gebildet, die von der Regierung ernannt werden und wie folgt aufgeteilt werden:
Art. 2. § 1. De Cel bestaat minstens uit vijftien gewone leden en twaalf plaatsvervangende leden die door de Regering worden benoemd, namelijk :