Boost Your Productivity!Translate documents (Ms-Word, Ms-Excel, ...) faster and better thanks to artificial intelligence!
https://pro.wordscope.com
https://blog. wordscope .com

Vertaling van "verfassung geben anlass " (Duits → Nederlands) :

Die Artikel 10 und 11 der Verfassung geben Anlass zu einem Vergleich der Situation von zwei verschiedenen und abstrakt definierten Kategorien von Personen und nicht der Situation einer selben Person, auf die nacheinander zwei verschiedene Gesetze Anwendung finden infolge einer Änderung ihrer persönlichen Lage.

De artikelen 10 en 11 van de Grondwet nopen tot een vergelijking van de situatie van twee verschillende en abstract gedefinieerde categorieën van personen en niet van de situatie van eenzelfde persoon op wie achtereenvolgens twee verschillende wetten van toepassing zijn ingevolge een wijziging van zijn persoonlijke toestand.


« Verstoßen Artikel 1 des Dekrets vom 6. Fructidor des Jahres II - bis jetzt nicht ausdrücklich aufgehoben - und Artikel 335 des Zivilgesetzbuches in der im Jahr 1991 geltenden Fassung, einzeln oder in Verbindung miteinander, dahin ausgelegt, dass sobald ' die Schreibweise des Familiennamens in der Geburtsurkunde eines Kindes derjenigen des Namens in der Geburtsurkunde seines Vaters entspricht, davon ausgegangen wird, dass der Name des Kindes diesbezüglich keinen Fehler enthält und somit in keinem Fall Anlass zu einer Berichtigung dieser Geburtsurkunde im Sinne von Artikel 1383 des Gerichtsgesetzbuches ...[+++]

« Schenden artikel 1 van het decreet van 6 fructidor jaar II, dat op heden niet uitdrukkelijk is opgeheven, en artikel 335 van het Burgerlijk Wetboek, zoals het in 1991 van kracht was, afzonderlijk genomen of met elkaar in samenhang gelezen, in die zin geïnterpreteerd dat, zodra ' de schrijfwijze van de familienaam, in de geboorteakte van een kind, in overeenstemming is met die van de naam in de geboorteakte van zijn vader, wordt geoordeeld dat de naam van het kind geen vergissing in dat verband bevat en bijgevolg geenszins aanleiding kan geven tot de in artikel 1383 van het Gerechtelijk Wetboek ...[+++]


Moerman, E. Derycke und F. Daoût, unter Assistenz des Kanzlers P.-Y. Dutilleux, unter dem Vorsitz des Präsidenten E. De Groot, erlässt nach Beratung folgenden Entscheid: I. Gegenstand der Vorabentscheidungsfrage und Verfahren In seinem Urteil vom 17. April 2015 in Sachen der Staatsanwaltschaft und A.D. und E.D. - Zivilparteien - gegen A.V. und die « VDA Co » PGmbH, dessen Ausfertigung am 22. Mai 2015 in der Kanzlei des Gerichtshofes eingegangen ist, hat das Gericht erster Instanz Ostflandern, Abteilung Dendermonde, folgende Vorabentscheidungsfrage gestellt: « Verstoßen die Artikel 1, 2 und 41 [zu lesen ist: 46] des Gesetzes über die Arbeitsunfälle gegen den in den Artikeln 10 und 11 der koordinierten ...[+++]

Moerman, E. Derycke en F. Daoût, bijgestaan door de griffier P.-Y. Dutilleux, onder voorzitterschap van voorzitter E. De Groot, wijst na beraad het volgende arrest : I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging Bij vonnis van 17 april 2015 in zake het openbaar ministerie en A.D. en E.D., burgerlijke partijen, tegen A.V. en de bvba « VDA Co », waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 22 mei 2015, heeft de Rechtbank van eerste aanleg Oost-Vlaanderen, afdeling Dendermonde, de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Schenden de artikelen 1, 2 en 41 [lees : 46] van de arbeidsongevallenwet het door de gecoördineerde Grondwet in de artikelen 10 en 11 gewaarborgde gelijkheids- en niet-discriminatiebeginsel, w ...[+++]


Die Verzögerungen bei der Angleichung der Verfassung an die Normen der EMRK, wie sie der Europäische Gerichtshof für Menschenrechte in seinem Urteil „Sejdic-Finci gegen Bosnien und Herzegowina“ vom Dezember 2009 gefordert hat, geben weiterhin Anlass zu großer Sorge.

De vertragingen met de aanpassing van de grondwet aan het Europees Verdrag voor de rechten van de mens, zoals was gevraagd bij vonnis van het Europees Hof voor de rechten van de mens van december 2009 in de zaak Sejdić-Finci vs. Bosnië en Herzegovina, blijven een fundamenteel probleem.


1. « Verstösst Artikel 38 § 5 des königlichen Erlasses vom 16. März 1968 zur Koordinierung der Gesetze über die Strassenverkehrspolizei gegen den Verfassungsgrundsatz der Gleichheit und Nichtdiskriminierung und gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung, indem er dem Richter (von den in Artikel 38 § 5 Absätze 2 und 3 des vorerwähnten königlichen Erlasses vorgesehenen gesetzlichen Ausnahmen abgesehen) die gesetzliche Verpflichtung auferlegt, die Entziehung der Fahrerlaubnis auszusprechen und die Wiedererlangung der Fahrerlaubnis mindestens vom Bestehen der theoretischen oder praktischen Prüfung abhängig zu machen, wenn die Verurteilung we ...[+++]

1. « Schendt artikel 38, § 5, van het K.B. van 16 maart 1968 tot coördinatie van de wetten betreffende de politie over het wegverkeer het grondwettelijk beginsel van gelijkheid en niet-discriminatie en artikel 10 en 11 van de Grondwet door de rechter (behoudens de wettelijke uitzonderingen vervat in artikel 38, § 5, tweede en derde lid van het voormelde K.B) de wettelijke verplichting op te leggen om een verval van het recht tot sturen uit te spreken én het herstel van het recht tot sturen op zijn minst afhankelijk te maken van het slagen voor het theoretisch of praktisch examen indien hij veroordeelt wegens een overtreding begaan met ee ...[+++]


3. « Verstösst Artikel 38 § 5 des königlichen Erlasses vom 16. März 1968 zur Koordinierung der Gesetze über die Strassenverkehrspolizei gegen den Verfassungsgrundsatz der Gleichheit und Nichtdiskriminierung und gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung, in Verbindung mit dem allgemeinen Rechtsgrundsatz der Rechtssicherheit, indem er dem Richter (von den in Artikel 38 § 5 Absätze 2 und 3 des vorerwähnten königlichen Erlasses vorgesehenen gesetzlichen Ausnahmen abgesehen) die gesetzliche Verpflichtung auferlegt, die Entziehung der Fahrerlaubnis auszusprechen und die Wiedererlangung der Fahrerlaubnis mindestens vom Bestehen der theoretisch ...[+++]

3. « Schendt artikel 38, § 5, van het K.B. van 16 maart 1968 tot coördinatie van de wetten betreffende de politie over het wegverkeer het grondwettelijk beginsel van gelijkheid en niet-discriminatie en artikel 10 en 11 van de Grondwet, in samenhang gelezen met het algemene rechtsbeginsel van de rechtszekerheid, door de rechter (behoudens de wettelijke uitzonderingen vervat in artikel 38, § 5, tweede en derde lid van het voormelde K.B) de wettelijke verplichting op te leggen om een verval van het recht tot sturen uit te spreken én het herstel van het recht tot sturen op zijn minst afhankelijk te maken van het slagen voor het theoretisch o ...[+++]


1. « Verstösst Artikel 38 § 5 des königlichen Erlasses vom 16. März 1968 zur Koordinierung der Gesetze über die Strassenverkehrspolizei gegen den Verfassungsgrundsatz der Gleichheit und Nichtdiskriminierung und gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung, indem er dem Richter (von den in Artikel 38 § 5 Absätze 2 und 3 des vorerwähnten königlichen Erlasses vorgesehenen Ausnahmen abgesehen) die gesetzliche Verpflichtung auferlegt, die Entziehung der Fahrerlaubnis auszusprechen und die Wiedererlangung der Fahrerlaubnis mindestens vom Bestehen der theoretischen oder praktischen Prüfung abhängig zu machen, wenn die Verurteilung wegen eines mit ...[+++]

1. « Schendt artikel 38, § 5, van het K.B. van 16 maart 1968 tot coördinatie van de wetten betreffende de politie over het wegverkeer het grondwettelijk beginsel van gelijkheid en niet-discriminatie en artikel 10 en 11 van de Grondwet door de rechter (behoudens de wettelijke uitzonderingen vervat in artikel 38, § 5, tweede en derde lid van het voormelde K.B) de wettelijke verplichting op te leggen om een verval van het recht tot sturen uit te spreken én het herstel van het recht tot sturen op zijn minst afhankelijk te maken van het slagen voor het theoretisch of praktisch examen indien hij veroordeelt wegens een overtreding begaan met ee ...[+++]


3. « Verstösst Artikel 38 § 5 des königlichen Erlasses vom 16. März 1968 zur Koordinierung der Gesetze über die Strassenverkehrspolizei gegen den Verfassungsgrundsatz der Gleichheit und Nichtdiskriminierung und gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung, in Verbindung mit dem allgemeinen Rechtsgrundsatz der Rechtssicherheit, indem er dem Richter (von den in Artikel 38 § 5 Absätze 2 und 3 des vorerwähnten königlichen Erlasses vorgesehenen Ausnahmen abgesehen) die gesetzliche Verpflichtung auferlegt, die Entziehung der Fahrerlaubnis auszusprechen und die Wiedererlangung der Fahrerlaubnis mindestens vom Bestehen der theoretischen oder prakt ...[+++]

3. « Schendt artikel 38, § 5, van het K.B. van 16 maart 1968 tot coördinatie van de wetten betreffende de politie over het wegverkeer het grondwettelijk beginsel van gelijkheid en niet-discriminatie en artikel 10 en 11 van de Grondwet, in samenhang gelezen met het algemene rechtsbeginsel van de rechtszekerheid, door de rechter (behoudens de wettelijke uitzonderingen vervat in artikel 38, § 5, tweede en derde lid van het voormelde K.B) de wettelijke verplichting op te leggen om een verval van het recht tot sturen uit te spreken én het herstel van het recht tot sturen op zijn minst afhankelijk te maken van het slagen voor het theoretisch o ...[+++]


Einige der mit der Erklärung von Laeken aufgeworfenen Fragen geben Anlass, darüber nachzudenken, ob es zweckmäßig ist, „die tägliche Verwaltung und die Ausführung der Unionspolitik nachdrücklicher den Mitgliedstaaten bzw. – wo deren Verfassung es vorsieht – den Regionen zu überlassen“, und ob ihnen nicht Garantien dafür gegeben werden sollen, „dass an ihren Zuständigkeiten nicht gerührt werden wird“.

Enkele vragen die door de Verklaring van Laken worden opgeworpen, nodigen ertoe uit na te denken over de wenselijkheid om het dagelijks bestuur en de uitvoering van het beleid van de Unie explicieter aan de lidstaten over te laten - en aan de regio’s als hun grondwet hierin voorziet - en ook na te denken over de middelen om te garanderen dat aan de bevoegdheden van de regio’s niet wordt geraakt.


Es sei nicht einsehbar, warum eine gleichwertige Erfahrung von zwanzig Jahren in diesen anderen Funktionen nicht ebenso Anlass zur Freistellung von der Prüfung der beruflichen Eignung geben müsse oder geben könne, a fortiori im Lichte von Artikel 151 § 4 Absatz 2 der Verfassung.

Er kan niet worden ingezien waarom een gelijkwaardige ervaring van twintig jaar in die andere functies niet evenzeer aanleiding zou moeten of mogen geven tot vrijstelling van het examen inzake beroepsbekwaamheid, a fortiori in het licht van artikel 151, § 4, tweede lid, van de Grondwet.




datacenter (6): www.wordscope.be (v4.0.br)

'verfassung geben anlass' ->

Date index: 2022-09-23
w