Boost Your Productivity!Translate documents (Ms-Word, Ms-Excel, ...) faster and better thanks to artificial intelligence!
https://pro.wordscope.com
https://blog. wordscope .com
Arten desselben Ökosystems
Familie-Beruf
Vereinbarkeit
Vereinbarkeit von Arbeit
Vereinbarkeit von Arbeit und Privatleben
Vereinbarkeit von Arbeits- und Privatleben
Vereinbarkeit von Beruf
Vereinbarkeit von Beruf und Privatleben
Vereinbarkeit von Berufs- und Privatleben
Zone desselben Längengrads

Traduction de «vereinbarkeit desselben » (Allemand → Néerlandais) :

TERMINOLOGIE
voir aussi les traductions en contexte ci-dessous
Familie-Beruf [ Vereinbarkeit von Arbeit, Familie und Freizeit | Vereinbarkeit von Arbeits-, Privat- und Familienleben | Vereinbarkeit von Arbeits- und Privatleben | Vereinbarkeit von Arbeit und Privatleben | Vereinbarkeit von Berufs- und Privatleben | Vereinbarkeit von Beruf und Privatleben ]

balans tussen werk en privé [ afstemming tussen werk en privé | afstemming van werk en privé | balans tussen werk en gezin | balans tussen werk en privéleven | evenwicht tussen werk en privé | evenwicht tussen werk en privéleven ]


Vereinbarkeit von Arbeit(s-) und Privatleben | Vereinbarkeit von Beruf(s-) und Privatleben

balans tussen werk en privé | balans tussen werk en privéleven


Vereinbarkeit von Berufs- und Privatleben

verzoening tussen het beroepsleven en het privé-leven




Arten desselben Ökosystems

ecologisch verwante diersoorten




die Vereinbarkeit von gemeinsamer Arbeit von Mensch und Tier bewerten

beoordelen of individuen en dieren kunnen samenwerken | compatibiliteit van individuen en dieren beoordelen om samen te werken
TRADUCTIONS EN CONTEXTE
Die erste Frage betrifft die Vereinbarkeit des vorerwähnten Dekrets mit Artikel 6 § 1 IX des Sondergesetzes vom 8. August 1980 zur Reform der Institutionen, während die zweite Frage sich auf die Vereinbarkeit desselben Dekrets mit Artikel 6 § 1 VI Absatz 1 Nr. 1 dieses Sondergesetzes bezieht.

De eerste vraag betreft de verenigbaarheid van het voormelde decreet met artikel 6, § 1, IX, van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, terwijl de tweede vraag de verenigbaarheid van hetzelfde decreet met artikel 6, § 1, VI, eerste lid, 1°, van die bijzondere wet betreft.


Aus den Darlegungen des Klagegrunds geht hervor, dass der Gerichtshof auch gebeten wird, über die Vereinbarkeit von Artikel 180 Nr. 1 des EStGB 1992, der durch den angefochtenen Artikel 86 Nr. 1 des Programmgesetzes vom 10. August 2015 wieder aufgenommen wurde, mit den Artikeln 10, 11 und 172 Absatz 1 der Verfassung zu befinden, insofern dadurch ein diskriminierender Behandlungsunterschied eingeführt werde zwischen einerseits den anderen Zusammenarbeitsverbänden im Sinne des Dekrets vom 6. Juli 2001 als denjenigen, die in Artikel 180 Nr. 1 des EStGB 1992 beschrieben seien, und andererseits den juristischen Personen im Sinne von Artikel 180 Nr. 2 und Nrn ...[+++]

Uit de uiteenzetting van het middel blijkt dat het Hof ook wordt verzocht uitspraak te doen over de bestaanbaarheid, met de artikelen 10, 11 en 172, eerste lid, van de Grondwet, van artikel 180, 1°, van het WIB 1992, hersteld bij het bestreden artikel 86, 1°, van de programmawet van 10 augustus 2015, in zoverre daarbij een discriminerend verschil in behandeling zou worden ingevoerd tussen, enerzijds, de samenwerkingsverbanden in de zin van het decreet van 6 juli 2001, andere dan die welke zijn beschreven bij artikel 180, 1°, van het WIB 1992 en, anderzijds, de bij artikel 180, 2° en 6° tot 9°, van hetzelfde Wetboek beoogde rechtspersonen ...[+++]


Aus den Darlegungen des Klagegrunds geht hervor, dass der Gerichtshof gebeten wird, über die Vereinbarkeit von Artikel 180 Nr. 1 des EStGB 1992, der durch den angefochtenen Artikel 86 Nr. 1 des Programmgesetzes vom 10. August 2015 wieder aufgenommen wurde, mit den Artikeln 10, 11 und 172 Absatz 1 der Verfassung zu befinden, insofern dadurch, dass sie verschiedenen Steuern unterworfen würden, ein Behandlungsunterschied eingeführt werde zwischen einerseits einer Gemeinde, die nur einen anderen Auftrag kommunalen Interesses als den Betrieb eines Krankenhauses oder einer Einrichtung im Sinne der angefochtenen Bestimmung ausführe, und andere ...[+++]

Uit de uiteenzetting van het middel blijkt dat het Hof wordt verzocht uitspraak te doen over de bestaanbaarheid, met de artikelen 10, 11 en 172, eerste lid, van de Grondwet, van artikel 180, 1°, van het WIB 1992, hersteld bij het bestreden artikel 86, 1°, van de programmawet van 10 augustus 2015, in zoverre het, door hen aan verschillende belastingen te onderwerpen, een verschil in behandeling zou invoeren tussen, enerzijds, de gemeente die alleen een andere opdracht van gemeentelijk belang vervult dan de uitbating van een ziekenhuis of een bij de bestreden bepaling beoogde instelling en, anderzijds, de gemeente die het volbrengen van de ...[+++]


Der Gerichtshof wird gebeten, die Vereinbarkeit von Artikel 35 § 2 Absatz 1 Nr. 1 des vorerwähnten Steuerdekrets vom 22. März 2007 mit den Artikeln 10, 11, 170 und 172 der Verfassung zu prüfen, ausgelegt in dem Sinne, dass es dadurch möglich sei, die Abgabe auf den Besitz von Abfällen dem Eigentümer des Geländes aufzuerlegen, auf dem sich Abfälle befänden, die von einem Dritten dort zurückgelassen worden seien, wenn dieser Dritte zwar identifiziert, aber nicht in Anwendung der Artikel 39 und 40 desselben Dekrets besteuert worden sei.

Het Hof wordt verzocht de bestaanbaarheid na te gaan van artikel 35, § 2, eerste lid, 1°, van het voormelde fiscaal decreet van 22 maart 2007 met de artikelen 10, 11, 170 en 172 van de Grondwet, in die interpretatie dat het zou toelaten de belasting op afvalbezit toe te passen op de eigenaar van het terrein waar zich afval bevindt dat door een derde is achtergelaten, wanneer die derde, hoewel die is geïdentificeerd, niet is belast met toepassing van de artikelen 39 en 40 van hetzelfde decreet.


For more results, go to https://pro.wordscope.com to translate your documents with Wordscope Pro!
Der vorlegende Richter befragt den Gerichtshof zur Vereinbarkeit von Artikel 18 des vorerwähnten Gesetzes über die Geschäftsmietverträge mit den Artikeln 10 und 11 der Verfassung, insofern darin für den Vermieter keine Verpflichtungen zur Kommunikation und Information in Bezug auf die Bedingungen der Befassung des Friedensrichters, falls Uneinigkeit bestehen bliebe, präzisiert und auferlegt würden, während in Artikel 14 desselben Gesetzes dem Mieter, der die Erneuerung beantrage, strenge Formvorschriften zur Vermeidung des Verfalls de ...[+++]

De verwijzende rechter stelt aan het Hof een vraag over de bestaanbaarheid, met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, van artikel 18 van de voormelde wet op de handelshuurovereenkomsten, in zoverre het, ten aanzien van de verhuurder, geen verplichtingen tot mededeling en tot informatie preciseert en oplegt met betrekking tot de voorwaarden van de aanhangigmaking bij de vrederechter indien er onenigheid blijft bestaan, terwijl artikel 14 van dezelfde wet strenge vormvoorschriften oplegt aan de huurder die de hernieuwing aanvraagt, en zulks op straffe van verval van het recht op hernieuwing.


Der vorlegende Richter stellt dem Gerichtshof eine Frage bezüglich der Vereinbarkeit von Artikel 38 § 6 des Straßenverkehrsgesetzes mit den Artikeln 10 und 11 der Verfassung, insofern die Kategorie von Personen, die verurteilt worden seien, weil sie ein Fahrzeug außerhalb der Grenzen der Fahrerlaubnis, deren Inhaber sie seien, gesteuert hätten - in Artikel 30 § 2 desselben Gesetzes vorgesehener Verstoß, im Sinne des vorerwähnten Artikels 38 § 6 -, auf die gleiche Weise behandelt werde wie die Kategorie von Personen, die aufgrund der a ...[+++]

De verwijzende rechter stelt aan het Hof een vraag over de bestaanbaarheid van artikel 38, § 6, van de Wegverkeerswet met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in zoverre de categorie van personen die zijn veroordeeld omdat zij een voertuig hebben bestuurd buiten de perken van het rijbewijs waarvan zij houder zijn - overtreding waarin is voorzien in artikel 30, § 2, van dezelfde wet, bedoeld in het voormelde artikel 38, § 6 - op dezelfde wijze wordt behandeld als de categorie van personen die zijn veroordeeld op grond van de andere in dat artikel 38, § 6, vermelde overtredingen, terwijl de eerste categorie, bij een veroordeling wegens e ...[+++]


Befragt wird der Gerichtshof zur Vereinbarkeit von Artikel 418 Absatz 1 des Strafprozessgesetzbuches - in Verbindung mit Artikel 420bis desselben Gesetzbuches - mit den Artikeln 10 und 11 der Verfassung, dahingehend ausgelegt, dass er der Dritteinspruch erhebenden Partei die Verpflichtung auferlegt, die Kassationsbeschwerde innerhalb der in Artikel 420bis erwähnten Frist der Partei, gegen die sie sich richtet, zuzustellen und die Schriftstücke, aus denen die Zustellung hervorgeht, zu hinterlegen, und zwar bei sonstiger Unzulässigkeit ...[+++]

Aan het Hof wordt een vraag gesteld over de bestaanbaarheid, met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, van artikel 418, eerste lid, van het Wetboek van strafvordering, in samenhang gelezen met artikel 420bis van hetzelfde Wetboek, in de interpretatie dat het aan de derdenverzetdoende partij de verplichting oplegt, binnen de termijn bedoeld in artikel 420bis, over te gaan tot de betekening van het cassatieberoep aan de partij tegen wie het gericht is en tot de neerlegging van de stukken waaruit die betekening blijkt, en dit op straffe van niet-ontvankelijkheid van het cassatieberoep, terwijl geen soortgelijke verplichting bestaat voor de inverdenkinggestelde noch voor de burgerlijke partij die een cassatieberoep ...[+++]


In der zweiten präjudiziellen Frage wird der Hof zur Vereinbarkeit desselben Artikels 20 § 3 der am 12. Januar 1973 koordinierten Gesetze mit den « Artikeln 10, 11 und 191 der Verfassung in Verbindung mit deren Artikel 149 und mit Artikel 6 der Europäischen Menschenrechtskonvention » befragt und wird ebenfalls bemängelt, dass dieser Artikel 20 § 3 es zulasse, dass die Entscheidung über die Zulässigkeit der Kassationsbeschwerde « ohne Sitzung und ohne Anhörung der Parteien » verkündet werde.

In de tweede prejudiciële vraag wordt het Hof ondervraagd over de bestaanbaarheid van datzelfde artikel 20, § 3, van de op 12 januari 1973 gecoördineerde wetten, met « de artikelen 10, 11 en 191 van de Grondwet, in samenhang gelezen met artikel 149 van de Grondwet en artikel 6 van het Europees Verdrag voor de rechten van de mens », en wordt dat artikel 20, § 3, eveneens verweten toe te laten dat de beslissing over de toelaatbaarheid van het cassatieberoep wordt uitgesproken « zonder terechtzitting en zonder dat de partijen worden gehoord ».


In der zweiten präjudiziellen Frage wird der Hof zur Vereinbarkeit desselben Artikels 20 § 3 der am 12. Januar 1973 koordinierten Gesetze mit den « Artikeln 10, 11 und 191 der Verfassung in Verbindung mit deren Artikel 149 und mit Artikel 6 der Europäischen Menschenrechtskonvention » befragt und wird ebenfalls bemängelt, dass dieser Artikel 20 § 3 es zulasse, dass die Entscheidung über die Zulässigkeit der Kassationsbeschwerde « ohne Sitzung und ohne Anhörung der Parteien » verkündet werde.

In de tweede prejudiciële vraag wordt het Hof ondervraagd over de bestaanbaarheid van datzelfde artikel 20, § 3, van de op 12 januari 1973 gecoördineerde wetten, met « de artikelen 10, 11 en 191 van de Grondwet, in samenhang gelezen met artikel 149 van de Grondwet en met artikel 6 van het Europees Verdrag voor de rechten van de mens », en wordt dat artikel 20, § 3, eveneens verweten toe te laten dat de beslissing over de toelaatbaarheid van het cassatieberoep wordt uitgesproken « zonder terechtzitting en zonder dat de partijen worden gehoord ».


In der ersten präjudiziellen Frage in der Rechtssache Nr. 2110 wird dem Hof die Frage nach der Vereinbarkeit desselben Artikels 7 Nr. 2 mit den Artikeln 10 und 11 der Verfassung vorgelegt, insoweit er sich auf haushaltskorrigierende Massnahmen bezieht, die auf alle in den Artikeln 34 Nr. 11 und 69 § 4 der obengenannten koordinierten Gesetze vom 14. Juli 1994 genannten Einrichtungen anwendbar sind, ohne einen Unterschied vorzunehmen, je nachdem, ob sie zum Privatsektor oder zum öffentlichen Sektor gehören und deshalb Subventionen erhalten oder nicht, die auf den Umstand zurückzuführen wären, dass sie der zweiten Kategorie angehören.

De eerste prejudiciële vraag in de zaak nr. 2110 vraagt het Hof naar de bestaanbaarheid van hetzelfde artikel 7, 2°, met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet in zoverre het betrekking heeft op budgettaire correctiemaatregelen die van toepassing zijn op alle instellingen bedoeld in de artikelen 34, 11°, en 69, § 4, van de voormelde gecoördineerde wetten van 14 juli 1994, zonder een onderscheid te maken naargelang die instellingen onder de privé-sector of de openbare sector vallen en, bijgevolg, al dan niet subsidies genieten die verbonden zouden zijn met het feit dat zij tot de tweede categorie behoren.




datacenter (6): www.wordscope.be (v4.0.br)

'vereinbarkeit desselben' ->

Date index: 2023-12-10
w