(2) Die Mitgliedstaaten dürfen die Betriebserlaubnis mit nationaler Geltung für einen Zugmaschinentyp verweigern , bei dem der Betätigungsraum, die Zugänge zum Fahrersitz sowie die Türen und Fenster nicht den Vorschriften dieser Richtlinie entsprechen.
2. De lidstaten mogen de nationale goedkeuring van een type trekker weigeren, indien de bedieningsruimte, de toegankelijkheid van de cabine of de deuren en ramen niet aan de voorschriften van de onderhavige richtlijn voldoen.