Boost Your Productivity!Translate documents (Ms-Word, Ms-Excel, ...) faster and better thanks to artificial intelligence!
https://pro.wordscope.com
https://blog. wordscope .com

Traduction de «sie dahingehend interpretiert werden würde » (Allemand → Néerlandais) :

Moerman, E. Derycke und F. Daoût, unter Assistenz des Kanzlers P.-Y. Dutilleux, unter dem Vorsitz des Präsidenten E. De Groot, erlässt nach Beratung folgenden Entscheid: I. Gegenstand der Vorabentscheidungsfrage und Verfahren In seinem Urteil vom 17. April 2015 in Sachen der Staatsanwaltschaft und A.D. und E.D. - Zivilparteien - gegen A.V. und die « VDA Co » PGmbH, dessen Ausfertigung am 22. Mai 2015 in der Kanzlei des Gerichtshofes eingegangen ist, hat das Gericht erster Instanz Ostflandern, Abteilung Dendermonde, folgende Vorabentscheidungsfrage gestellt: « Verstoßen die Artikel 1, 2 und 41 [zu lesen ist: 46] des Gesetzes über die A ...[+++]

Moerman, E. Derycke en F. Daoût, bijgestaan door de griffier P.-Y. Dutilleux, onder voorzitterschap van voorzitter E. De Groot, wijst na beraad het volgende arrest : I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging Bij vonnis van 17 april 2015 in zake het openbaar ministerie en A.D. en E.D., burgerlijke partijen, tegen A.V. en de bvba « VDA Co », waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 22 mei 2015, heeft de Rechtbank van eerste aanleg Oost-Vlaanderen, afdeling Dendermonde, de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Schenden de artikelen 1, 2 en 41 [lees : 46] van de arbeidsongevallenwet het door de gecoördineerde Grondwet in de artikelen 10 en 11 gewaarborgde gelijkheids- en niet-discriminatiebeginsel, wanneer ...[+++]


II. Verstößt Artikel 20 Absatz 2 des einleitenden Titels des Strafprozessgesetzbuches gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung, indem er bestimmt, dass die Strafverfolgung weiterhin ausgeübt werden kann gegen eine juristische Person, die die Rechtspersönlichkeit verloren hat auf eine der in Artikel 20 Absatz 1 des einleitenden Titels des Strafprozessgesetzbuches bestimmten Weisen, und zwar ohne dass der Beweis dafür erbracht werden muss, dass dieser Verlust der Rechtspersönlichkeit als Ziel hatte, der Verfolgung zu entgehen, wenn dieser Verlust der Rechtspersönlichkeit erst eintritt, nachdem d ...[+++]

II. Schendt artikel 20, tweede lid van de Voorafgaande Titel van het wetboek van strafvordering de artikelen 10 en 11 van de Grondwet door te bepalen dat de strafvordering toch nog verder kan worden uitgeoefend tegenover een rechtspersoon die zijn rechtspersoonlijkheid heeft verloren op één van de wijzen bepaald in artikel 20, eerste lid van de Voorafgaande Titel van het wetboek van strafvordering, én dit zonder dat bewijs moet worden geleverd dat dit verlies van de rechtspersoonlijkheid tot doel heeft om te ontsnappen aan de vervolging, wanneer dit verlies van rechtspersoonlijkheid zich pas voo ...[+++]


Die fragliche Bestimmung führt jedoch dazu, dass die Versicherungsleistung durch den Versicherer keinem Begünstigten gewährt werden kann, falls der Versicherungsnehmer, der einen Universalvermächtnisnehmer bestimmt hat, dessen gesetzliche Erben jedoch nicht bekannt sind, wie im vorliegenden Fall, während des in dieser Bestimmung vorgesehenen Zeitraums von zwei Jahren verstirbt; einerseits könnte der Universalvermächtnisnehmer sich nämlich nicht auf die Anwendung von Artikel 110/1 des Gesetzes vom 25. Juni 1992 berufen, da der Vortei ...[+++]

De in het geding zijnde bepaling leidt er evenwel toe dat de verzekeringsprestatie door de verzekeraar aan geen enkele begunstigde kan worden uitgekeerd in het geval waarin de verzekeringnemer die een algemene legataris heeft aangesteld maar wiens wettelijke erfgenamen niet bekend zijn, zoals te dezen, tijdens de in die bepaling bedoelde periode van twee jaar overlijdt : enerzijds, zou de algemene legataris immers geen aanspraak kunnen maken op de toepassing van artikel 110/1 van de wet van 25 juni 1992, aangezien ...[+++]


Im Übrigen ist festzuhalten, dass selbst in dem Fall, dass die Vorabentscheidungsfrage so zu verstehen wäre, dass sie sich auf Artikel 16 von Buch I Titel VIIbis Kapitel II des Handelsgesetzbuches (Gesetz vom 25. August 1891 zur Abänderung des Titels des Handelsgesetzbuches über Beförderungsverträge) bezieht, der Ausgangspunkt dieser Frage falsch wäre, insofern darin suggeriert werden würde, dass es einen Behandlungsunterschied zwischen den Kunden der NGBE und den Kunden privater Verkehrsbetri ...[+++]

Voor het overige, ook al zou de prejudiciële vraag in die zin moeten worden begrepen dat zij betrekking heeft op artikel 16 van boek I, titel VIIbis, hoofdstuk II, van het Wetboek van Koophandel (wet van 25 augustus 1891 houdende herziening van de titel van het Wetboek van Koophandel betreffende de vervoerovereenkomst), dan nog zou het uitgangspunt van die vraag verkeerd zijn in zoverre daarin wordt gesuggereerd dat een verschil in behandeling zou bestaan tussen de klanten van de NMBS en de klanten van de private vervoersondernemingen.


Snappe, T. MerckxVan Goey, P. Nihoul, T. Giet und R. Leysen, unter Assistenz des Kanzlers P.-Y. Dutilleux, unter dem Vorsitz des Präsidenten J. Spreutels, erlässt nach Beratung folgenden Entscheid: I. Gegenstand der Vorabentscheidungsfrage und Verfahren In seinem Urteil vom 16. September 2013 in Sachen der Staatsanwaltschaft gegen Christophe Briand, dessen Ausfertigung am 30. Oktober 2015 in der Kanzlei des Gerichtshofes eingegangen ist, hat das Polizeigericht Brüssel folgende Vorabentscheidungsfrage gestellt: « Verstößt Artikel 62 § 8 [zu lesen ist: Absatz 8] des Gesetzes vom 16. März 1968 über die Straßenverkehrspolizei dadurch, da ...[+++]

Snappe, T. Merckx-Van Goey, P. Nihoul, T. Giet en R. Leysen, bijgestaan door de griffier P.-Y. Dutilleux, onder voorzitterschap van voorzitter J. Spreutels, wijst na beraad het volgende arrest : I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging Bij vonnis van 16 september 2013 in zake het openbaar ministerie tegen Christophe Briand, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 30 oktober 2015, heeft de Politierechtbank te Brussel de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Schendt artikel 62, § 8 [lees : achtste lid], van de wet van 16 maart 1968 betreffende de politie over het wegverkeer, in zoverre het bepaalt dat ...[+++]


Obgleich sich der Verweisungsrichter vorläufig für die oben untersuchte Interpretation von Artikel 14 § 1 entschieden hat, legt er dem Hof doch die Frage nach der Verfassungsmässigkeit einer anderen Interpretation dieser Bestimmung vor, nämlich wenn sie dahingehend interpretiert werden würde, dass ein Kandidat für eine Stelle bei den Diensten einer gesetzgebenden Versammlung, der kein Personalmitglied dieser Versammlung ist, nicht die Möglichkeit hat, auf Nichtigerklärung einer Verweigerung seiner Teilnahme an einer Einstellungsprüfung zu klagen.

Hoewel de verwijzende rechter voorlopig voor de interpretatie van artikel 14, § 1, die hiervoor werd onderzocht, heeft geopteerd, legt hij aan het Hof toch de vraag voor naar de grondwettigheid van een andere interpretatie van die bepaling, namelijk wanneer zij in die zin zou worden geïnterpreteerd dat een kandidaat voor een betrekking bij de diensten van een wetgevende vergadering die geen personeelslid is van die vergadering, niet de mogeli ...[+++]


Die Artikel 181 und 182 des wallonischen Gesetzbuches über die Raumordnung, den Städtebau und das Erbe verstossen, wenn sie dahingehend interpretiert werden, dass sie die Wallonische Regierung nicht von der Feststellung der Unerlässlichkeit der sofortigen gemeinnützigen Inbesitznahme der enteigneten unbeweglichen Sache befreien, weder gegen Artikel 16 der Verfassung noch gegen Artikel 79 § 1 des Sondergesetzes vom 8. August 1980 zur Reform der Institutionen.

De artikelen 181 en 182 van het Waalse Wetboek van ruimtelijke ordening, stedebouw en patrimonium, in die zin geïnterpreteerd dat zij de Waalse Regering niet vrijstellen van de vaststelling dat de onmiddellijke inbezitneming van het onteigende goed onontbeerlijk is ten algemenen nutte, schenden niet de artikelen 16 van de Grondwet en 79, § 1, van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen.


Obgleich diese Bestimmung nur auf die Artikel 1, 1bis und 2 des beanstandeten königlichen Erlasses abzielt, muss sie dahingehend interpretiert werden, dass sie sinngemäss auf Artikel 3 anwendbar ist, da der Gesetzgeber deutlich nicht beabsichtigt hatte, den nicht rehabilitierten Konkursschuldnern den Vorteil der Regelung zu entziehen, die er für die Personen eingeführt hat, denen die obengenannten strafrechtlichen Verurteilungen auferlegt worden sind.

Hoewel die bepaling alleen de artikelen 1, 1bis en 2 van het in het geding zijnde koninklijk besluit beoogt, moet zij in die zin worden geïnterpreteerd dat zij bij analogie op artikel 3 van toepassing is, aangezien het duidelijk niet de bedoeling van de wetgever was de niet gerehabiliteerde gefailleerden het voordeel van de regeling te ontnemen die hij voor de personen aan wie de voormelde strafrechtelijke veroordelingen zijn opgelegd, heeft ingevoerd.


« Verstössen die Artikel 560, 617, 618 und 621 des Gerichtsgesetzbuches gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung, wenn sie dahingehend interpretiert werden, dass sie zur Festlegung des Zuständigkeitsbereichs die Kumulierung des Streitwerts zweier Klagen ausschliessen, die gegen denselben Beklagten gerichtet sind, wenn beide Klagen prozesseinleitend sind oder die eine prozesseinleitend und die andere eine Zwischenklage ist, aber nicht wenn diese Klagen mittels ein und derselben Vorladung eingereicht worden sind?

« Schenden de artikelen 560, 617, 618 en 621 van het Gerechtelijk Wetboek de artikelen 10 en 11 van de Grondwet indien zij in die zin worden geïnterpreteerd dat, voor de vaststelling van de aanleg, zij de samenvoeging uitsluiten van het bedrag van twee vorderingen die gericht zijn tegen eenzelfde verweerder wanneer ze beide gedinginleidend zijn of de ene gedinginleidend en de andere incidenteel, maar niet wanneer die vorderingen met dezelfde akte zijn ingesteld ?


Die Artikel 560, 617, 618 und 621 des Gerichtsgesetzbuches verstossen gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung, wenn sie dahingehend interpretiert werden, dass sie zur Festlegung des Zuständigkeitsbereichs die Kumulierung des Streitwerts zweier Klagen ausschliessen, die auf denselben Tatbestand zurückzuführen und gegen denselben Beklagten gerichtet sind, wenn beide Klagen prozesseinleitend sind oder die eine prozesseinleitend und die andere eine Zwischenklage ist.

De artikelen 560, 617, 618 en 621 van het Gerechtelijk Wetboek schenden de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, indien zij in die zin worden geïnterpreteerd dat zij, voor het bepalen van de aanleg, de samenvoeging uitsluiten van het bedrag van twee vorderingen die hun oorsprong in hetzelfde feit vinden en tegen eenzelfde verweerder zijn gericht wanneer beide vorderingen gedinginleidend zijn of de ene gedinginleidend en de andere incidenteel is.


w