Vertaling van "rasch zunehmenden bedarfs " (Duits → Nederlands) :

Angesichts des rasch zunehmenden Bedarfs an Meeresgebieten für neue Tätigkeiten in Bereichen von den erneuerbaren Energien bis hin zur Aquakultur ist es notwendig, die meeresbezogenen Tätigkeiten auf See besser zu planen und zu koordinieren.
Door de snel groeiende vraag naar maritieme ruimte voor nieuwe activiteiten, gaande van hernieuwbare energie tot aquacultuurinstallaties, is het inderdaad nodig de maritieme activiteiten op zee beter en op coherente wijze te plannen.

5. ist der Auffassung, dass es nur durch die Entwicklung eines interoperablen und verkehrsträgerübergreifenden europäischen Verkehrssystems möglich sein wird, die Energieeffizienz zu erhöhen; unterstreicht, dass es dringend einer rasch zunehmenden Interoperabilität bedarf und dass es zu diesem Zweck wichtig ist, als mögliche ergänzende Lösung externe Kosten zu internalisieren, um die Nutzung der verschiedenen Verkehrsträger wieder in ein Gleichgewicht zu bringen und um dort, wo es möglich und notwendig ist, den Einsatz unweltverträglicherer Verkehrsträger und alternativer Energiequellen von gasförmigen und flüssigen Treibstoffen aller Art wie Flüssiggas, verflüssigtem Erdgas und komprimiertem Erdgas bis hin zur Elektrizität zu fördern und so den Energiebedarf des europäischen Verkehrssystems und die CO2-, NOx- und PM10-Emissionen zu verringern; unterstützt insbesondere die Elektromobilität zur Erhöhung des Einsatzes CO2-armer Technologien sowie der Gesamteffizienz im Verkehrswesen;
5. is van oordeel dat enkel en alleen de ontwikkeling van een interoperabel en co-modaal vervoerssysteem het mogelijk zal maken om de energie-efficiëntie te verbeteren; acht het dringend noodzakelijk dat de interoperabiliteit snel wordt verbeterd en onderstreept in dat verband het belang van de internalisering van de externe kosten als mogelijke aanvullende oplossing om het gebruik van de diverse vervoersmodaliteiten opnieuw in evenwicht te brengen en waar mogelijk het gebruik van minder vervuilende vervoersmodaliteiten en alternatieve energiebronnen, gaande van allerlei gasvormige en vloeibare brandstoffen, zoals LPG, LNG en CNG, tot elektriciteit, te bevorderen en zodoende de energiebehoefte van het Europees vervoerssysteem en de CO2, NOx en PM10-emissies te verlagen; steunt met name de elektromobiliteit met het oog op een grotere inzet van CO2-arme technologieën en een betere algehele efficiëntie in het vervoer;

Es muss auch festgestellt werden, dass die Entwicklungsländer ihrem Ziel, die Nahrungsmittelversorgung ihrer rasch zunehmenden Bevölkerung durch die heimische Produktion sicherzustellen, nicht näher kommen werden und dass der steigende Bedarf der Entwicklungsländer an Nahrungsmitteleinfuhren nur gedeckt werden kann, wenn die Industrieländer mehr Nahrungsmittel erzeugen und ausführen.
Het is ook nuttig om te weten dat de binnenlandse productie van ontwikkelingslanden bij lange na niet voldoende is om hun snel groeiende bevolking voedselzekerheid te geven. Vandaar dat alleen in de toenemende behoefte van ontwikkelingslanden aan geïmporteerd voedsel kan worden voorzien wanneer de geïndustrialiseerde landen op hun beurt meer voedsel produceren en exporteren.

38. stellt fest, dass der im HVE 2004 für die Agenturen bereitgestellte Mittelumfang 212 Millionen EUR in Rubrik 3 ausmacht, was auf die erhebliche Anhebung der Mittel für die neu geschaffenen Agenturen nach Annahme ihrer jeweiligen Rechtsgrundlage, die Einrichtung von zwei neuen Agenturen und schließlich auf den erweiterungsbedingten Bedarf für sie alle zurückzuführen ist; ist der Auffassung, dass insbesondere angesichts der zunehmenden Tendenz zur Dezentralisierung der EU-Tätigkeiten die strikten Bedingungen, die für die Institutionen gelten, auch bei den Agenturen Anwendung finden sollten; weist darauf hin, dass gemäß der im Kontext der Revision der Gründungsverordnungen der Agenturen vereinbarten gemeinsamen Erklärung die zuständigen Gremien möglichst rasch die Regelung der Frage des endgültigen Standorts der Agenturen in Angriff nehmen sollten;
38. wijst erop dat in het VOB 2004 aan de agentschappen 212 miljoen EUR onder rubriek 3 is toegewezen, dit als gevolg van de aanzienlijke stijging voor de pas opgerichte agentschappen na de goedkeuring van hun respectieve rechtsgrond, de oprichting van twee nieuwe agentschappen en ten slotte de behoeften voor alle agentschappen met het oog op de uitbreiding; is van oordeel dat, met name in de context van de toenemende decentralisatie van de EU-activiteiten, de discipline die aan de instellingen wordt opgelegd, ook voor de agentschappen moet gelden; wijst erop dat, overeenkomstig de gezamenlijke verklaring die in het kader van de herziening van de oprichtingsbepalingen van de agentschappen werd overeengekomen, de bevoegde organen moeten proberen de kwestie van de definitieve vestigingsplaats van de agentschappen zo spoedig mogelijk te regelen;

37. stellt fest, dass der im HVE 2004 für die Agenturen bereitgestellte Mittelumfang 212 Millionen € in Rubrik 3 ausmacht, was zurückzuführen ist auf die erhebliche Anhebung der Mittel für die neu geschaffenen Agenturen nach Annahme ihrer jeweiligen Rechtsgrundlage, die Einrichtung von zwei neuen Agenturen und schließlich den erweiterungsbedingten Bedarf für sie alle; ist der Auffassung, dass insbesondere angesichts der zunehmenden Tendenz zur Dezentralisierung der EU-Tätigkeiten die strikten Bedingungen, die für die Institutionen gelten, auch bei den Agenturen Anwendung finden sollten; weist darauf hin, dass gemäß der im Kontext der Revision der Gründungsverordnungen der Agenturen vereinbarten gemeinsamen Erklärung die zuständigen Gremien möglichst rasch die Regelung der Frage des endgültigen Standorts der Agenturen in Angriff nehmen sollten;
37. wijst erop dat in het VOB 2004 aan de agentschappen 212 miljoen euro onder rubriek 3 is toegewezen, dit als gevolg van de aanzienlijke stijging voor de pas opgerichte agentschappen na de goedkeuring van hun respectieve rechtsgrond, de oprichting van twee nieuwe agentschappen en ten slotte de behoeften voor alle agentschappen met het oog op de uitbreiding; is van oordeel dat, met name in de context van de toenemende decentralisatie van de EU-activiteiten, de discipline die aan de instellingen wordt opgelegd, ook voor de agentschappen moet gelden; wijst erop dat, overeenkomstig de gezamenlijke verklaring die in het kader van de herziening van de oprichtingsbepalingen van de agentschappen werd overeengekomen, de bevoegde organen moeten proberen de kwestie van de definitieve vestigingsplaats van de agentschappen zo spoedig mogelijk te regelen;