Am 1. April nach dem Zeitraum der Verringerung seiner Quoten kann dem von der in § 2 angeführten Bestimmung betroffenen Erzeuger erneut eine Referenzmenge gewährt werden, die derjenigen, um der seine Quoten verringert wurden, entspricht, soweit er die Bestimmungen von § 3 nicht in Anspruch genommen hat und er im Laufe dieses Zeitraums mindestens 70% seiner Referenzmengen erzeugt und vermarktet hat.
Op 1 april volgend op de periode van vermindering van zijn quota kan de bij § 2 betrokken producent een referentiehoeveelheid gelijkwaardig aan zijn quotahoeveelheid die verminderd was, opnieuw genieten voor zover hij niet in aanmerking is gekomen voor de bepalingen van § 3 en voor zover hij tijdens die periode minstens 70 % van zijn referentiehoeveelheden heeft geproduceerd en in de handel gebracht.