Bis der örtliche Bestand an jungen männlichen Rindern ausreichend groß ist, um die Entwicklung der örtlichen Fleischerzeugung zu gewährleisten, besteht in dem gemäß Artikel 6 vorgesehenen Rahmen die Möglichkeit, Rinder aus Drittländern, die vor Ort gemästet werden sollen und für den Verzehr in den überseeischen Departements bestimmt sind, ohne Erhebung der Zölle gemäß Artikel 30 der Verordnung (EG) Nr. 1254/1999 des Rates einzuführen.
Totdat de plaatselijke veestapel van jonge mannelijke runderen voldoende groot is voor het waarborgen van de ontwikkeling van de plaatselijke vleesproductie en binnen de in artikel 6 vastgestelde limiet wordt de mogelijkheid geopend om zonder toepassing van de in artikel 30 van Verordening (EG) van de Raad nr. 1254/1999 bedoelde douanerechten runderen van oorsprong uit derde landen in te voeren om te worden vetgemest met het oog op verbruik in de DOM.