Die Kommission ist der Ansicht, dass hier ein hinreichend begründeter Fall äußerster Dringlichkeit vorliegt, da 1. die Laichzeit begonnen hat und 2. die Fischerei auf diese Laicherbestände ebenfalls aufgenommen wurde.
Volgens de Commissie is er sprake van naar behoren gemotiveerde dwingende redenen van urgentie, omdat 1) het paaiseizoen is begonnen en 2) de visserij op deze paaibestanden eveneens van start is gegaan.