Vertaling van "kommunikation italien " (Duits → Nederlands) :

TERMINOLOGIE

Italien [ die Italienische Republik ]
Italië [ Italiaanse Republiek ]

Diversity ManagerIn | interkulturelle Trainer/in | Berater für interkulturelle Kommunikation | Berater für interkulturelle Kommunikation/Beraterin für interkulturelle Kommunikation
diversiteitstrainer | consulent interculturele communicatie | consulente interculturele communicatie

Generaldirektion F - Kommunikation und Dokumentenverwaltung | Generaldirektion F - Kommunikation und Information | Generaldirektion F - Kommunikation und Transparenz | GD F [Abbr.]
directoraat-generaal F - Communicatie en Documentbeheer | directoraat-generaal F - Communicatie en Informatie | directoraat-generaal F - Communicatie en Transparantie | DG F [Abbr.]

Kommunikation über Satellit [ Direktsatellit | europäischer Fernmeldesatellit | Fernmeldesatellit | Kommunikationssatellit | Nachrichtensatellit | Rundfunksatellit ]
satellietcommunicatie [ communicatiesatelliet | Europese communicatiesatelliet | kunstmaan | telecommunicatiesatelliet ]

Kommunikation mit Lebensmittelaufsicht steuern | Kommunikation mit staatlichen Stellen zur Aufsicht über die Lebensmittelindustrie steuern
communicatie met overheidsinstellingen op het gebied van de voedingsmiddelenindustrie onderhouden

digitale Kommunikation | digitale Kommunikation und Zusammenarbeit
digitaal communiceren en samenwerken | digitale communicatie en samenwerking

IP-Mitteilung | Kommunikation zwischen Personen | zwischen-menschliche Kommunikation
bericht tussen personen | interpersoonlijk bericht

Datenschutzrichtlinie für elektronische Kommunikation | Richtlinie 2002/58/EG des Europäischen Parlaments und des Rates vom 12. Juli 2002 über die Verarbeitung personenbezogener Daten und den Schutz der Privatsphäre in der elektronischen Kommunikation
e-privacyrichtlijn | Richtlijn 2002/58/EG van het Europees Parlement en de Raad van 12 juli 2002 betreffende de verwerking van persoonsgegevens en de bescherming van de persoonlijke levenssfeer in de sector elektronische communicatie | richtlijn betreffende privacy en elektronische communicatie

Regionen Italiens
regio's van Italië

fernmündliche Kommunikation
spraaktelefonie

IN-CONTEXT TRANSLATIONS

In Italien nehmen regionale und lokale Energieagenturen Aufgaben im Bereich der Information und Kommunikation im Namen der Zentralregierung wahr.
In Italië treden regionale en lokale energieagentschappen namens de nationale overheid op op het gebied van informatie en communicatie.

Ende 2006 wird die Weltbank in Italien einen Kongress zu Kommunikation und Entwicklung abhalten.
Voor eind 2006 is een congres van de Wereldbank over communicatie en ontwikkeling gepland, dat in Italië zal plaatsvinden.

62. nimmt zur Kenntnis, dass die Rundfunk- und Fernsehanstalten in Italien seit Jahrzehnten in einem rechtlichen Vakuum agieren, was wiederholt vom Verfassungsgerichtshof beanstandet wurde, und dass die Bemühungen des Gesetzgebers und der zuständigen Einrichtungen im Hinblick auf die Wiederherstellung eines ordnungsgemäßen Systems gescheitert sind; RAI und Mediaset kontrollieren weiterhin je drei analoge terrestrische Fernsehsender, obwohl der Verfassungsgerichtshof mit seinem Urteil Nr. 420 aus dem Jahr 1994 befunden hatte, dass es unzulässig ist, dass ein einziges Unternehmen mehr als 20% der Fernsehprogramme auf terrestrischen Frequenzen im Inland ausstrahlt (d.h. mehr als zwei Programme); der Verfassungsgerichtshof befand ferner, dass die im Gesetz Nr. 223/90 vorgesehene Regelung im Widerspruch zur italienischen Verfassung steht, obwohl es sich lediglich um eine "vorübergehende Regelung" handelt; auch im Gesetz Nr. 249/97 (Einrichtung der Garantiebehörde im Bereich der Kommunikation und Schaffung von Bestimmungen über Telekommunikations- sowie Rundfunk- und Fernsehsysteme) waren die Vorschriften des Verfassungsgerichtshofs nicht umgesetzt worden; der Verfassungsgerichtshof erklärte daher in seinem Urteil Nr. 466/02 Artikel 3 Absatz 7 dieses Gesetzes als verfassungswidrig, da keine unumstößliche und nicht verlängerbare Frist gesetzt wird – bis spätestens 31. Dezember 2003 –, innerhalb derer die Programme der Rundfunksender, die die in Artikel 3 Absatz 6 festgelegten Grenzwerte überschreiten, ausschließlich über Satellit oder Kabel ausgestrahlt werden dürfen";
62. stelt vast dat het radio- en televisiewezen in Italië al decennia functioneert in een legaliteitsvacuüm, hetgeen meermaals door het Constitutionele Hof is vastgesteld, en dat de normale wetgever en de verantwoordelijke autoriteiten onmachtig zijn gebleken tot een wettig regime terug te keren; stelt vast dat RAI en Mediaset nog steeds elk de zeggenschap hebben over drie analoge televisieomroepen die via de ether uitzenden, in weerwil van het feit dat het Constitutioneel Hof in arrest 420/94 heeft vastgesteld dat het één entiteit niet is toegestaan meer dan 20% van de nationale televisieprogramma's via etherfrequenties uit te zenden (d.w.z. meer dan twee programma's) en de regelgeving van wet 223/90 in strijd met de Italiaanse Grondwet heeft verklaard, hoewel het een "overgangsregime" was; merkt op dat zelfs in wet 249/97 (Instelling van een Garantieautoriteit voor communicatie en regelgeving inzake het telecommunicatie- en het radio- en televisiewezen) de voorschriften van het Constitutioneel Hof niet zijn verwerkt, dat in arrest 466/02 bepaalde dat artikel 3, lid 7 in strijd was met de Grondwet, "voorzover het geen vaste, definitieve uiterste datum bepaalt, die in elk geval niet later ligt dan 31 december 2003, waarna de programma's van omroepen die de in artikel 3, lid 6 genoemde limieten overschrijden, uitsluitend via satelliet of via de kabel mogen worden uitgezonden";

57. weist darauf hin, dass der Mediaset-Konzern, dem Silvio Berlusconi vorsteht, der wichtigste private Konzern im Bereich Kommunikation und Rundfunkmedien in Italien und einer der größten weltweit ist, der u.a. den Senderverbund (RTI SpA) und ein Werbeunternehmen (Publitalia '80) kontrolliert, und dass die Regulierungsbehörde im Kommunikationsbereich (Beschluss 226/03) für beide förmlich eine beherrschende Stellung festgestellt hat, die gegen die nationalen Rechtsvorschriften (Gesetz 249/47) verstößt,
57. stelt vast dat het Mediaset-concern van Silvio Berlusconi het belangrijkste Italiaanse particuliere concern in de sector communicatie en televisie is en een van de grootste spelers in de wereld en dat het onder andere eigenaar is van televisienetten (RTI S.p.A.) en van netwerken van reclameconcessies (Publitalia '80), ten aanzien waarvan de Italiaanse instantie voor het toezicht op de media formeel heeft vastgesteld (besluit nr. 226/03) dat beide netwerken een machtspositie hebben die in strijd is met de nationale wetgeving (wet 249/97),

61. nimmt zur Kenntnis, dass die Rundfunk- und Fernsehanstalten in Italien seit Jahrzehnten in einem rechtlichen Vakuum agieren, was wiederholt vom Verfassungsgerichtshof beanstandet wurde, und dass die Bemühungen des Gesetzgebers und der zuständigen Einrichtungen im Hinblick auf die Wiederherstellung eines ordnungsgemäßen Systems gescheitert sind; RAI und Mediaset kontrollieren weiterhin je drei analoge terrestrische Fernsehsender, obwohl der Verfassungsgerichtshof mit seinem Urteil Nr. 420 aus dem Jahr 1994 befunden hatte, dass es unzulässig ist, dass ein einziges Unternehmen mehr als 20% der Fernsehprogramme auf terrestrischen Frequenzen im Inland ausstrahlt (d.h. mehr als zwei Programme); der Verfassungsgerichtshof befand ferner, dass die im Gesetz Nr. 223/90 vorgesehene Regelung im Widerspruch zur italienischen Verfassung steht, obwohl es sich lediglich um eine "vorübergehende Regelung" handelt; auch im Gesetz Nr. 249/97 (Einrichtung der Garantiebehörde im Bereich der Kommunikation und Schaffung von Bestimmungen über Telekommunikations- sowie Rundfunk- und Fernsehsysteme) waren die Vorschriften des Verfassungsgerichtshofs nicht umgesetzt worden; der Verfassungsgerichtshof erklärte daher in seinem Urteil Nr. 466/02 Artikel 3 Absatz 7 dieses Gesetzes als verfassungswidrig, da keine unumstößliche und nicht verlängerbare Frist gesetzt wird – bis spätestens 31. Dezember 2003 –, innerhalb derer die Programme der Rundfunksender, die die in Artikel 3 Absatz 6 festgelegten Grenzwerte überschreiten, ausschließlich über Satellit oder Kabel ausgestrahlt werden dürfen";
61. stelt vast dat het radio- en televisiewezen in Italië al decennia functioneert in een legaliteitsvacuüm, hetgeen meermaals door het Constitutionele Hof is vastgesteld, en dat de normale wetgever en de verantwoordelijke autoriteiten onmachtig zijn gebleken tot een wettig regime terug te keren; stelt vast dat RAI en Mediaset nog steeds elk de zeggenschap hebben over drie analoge televisieomroepen die via de ether uitzenden, in weerwil van het feit dat het Constitutioneel Hof in arrest 420/94 heeft vastgesteld dat het één entiteit niet is toegestaan meer dan 20% van de nationale televisieprogramma's via etherfrequenties uit te zenden (d.w.z. meer dan twee programma's) en de regelgeving van wet 223/90 in strijd met de Italiaanse Grondwet heeft verklaard, hoewel het een "overgangsregime" was; merkt op dat zelfs in wet 249/97 (Instelling van een Garantieautoriteit voor communicatie en regelgeving inzake het telecommunicatie- en het radio- en televisiewezen) de voorschriften van het Constitutioneel Hof niet zijn verwerkt, dat in arrest 466/02 bepaalde dat artikel 3, lid 7 in strijd was met de Grondwet, "voorzover het geen vaste, definitieve uiterste datum bepaalt, die in elk geval niet later ligt dan 31 december 2003, waarna de programma's van omroepen die de in artikel 3, lid 6 genoemde limieten overschrijden, uitsluitend via satelliet of via de kabel mogen worden uitgezonden";

56. weist darauf hin, dass der Mediaset-Konzern der wichtigste private Konzern im Bereich Kommunikation und Rundfunkmedien in Italien und einer der größten weltweit ist und u.a. den Senderverbund (RTI SpA) und ein Werbeunternehmen (Publitalia '80) kontrolliert, und dass die Regulierungsbehörde im Kommunikationsbereich (Beschluss 226/03) für beide förmlich eine beherrschende Stellung festgestellt hat, die gegen die nationalen Rechtsvorschriften (Gesetz 249/47) verstößt ,
56. stelt vast dat het Mediaset-concern het belangrijkste Italiaanse particuliere concern in de sector communicatie en televisie is en een van de grootste in de wereld en dat het onder andere eigenaar is van televisienetten (RTI S.p.A.) en van netwerken van reclameconcessies (Publitalia '80), ten aanzien waarvan de instantie voor het toezicht op de media formeel heeft vastgesteld (besluit nr. 226/03) dat beide netwerken een machtspositie hebben die in strijd is met de nationale wetgeving (wet 249/97) ,

Die Regierungen der Mitgliedstaaten und die Europäische Kommission waren wie folgt vertreten: Belgien Herr Luc CARBONEZ Stellvertreter des Ständigen Vertreters Dänemark Herr Frank JENSEN Minister für Forschung und Informationstechnologien Herr Knud LARSEN Staatssekretär für Forschung und Informationstechnologien Herr Ole ZACCHI Staatssekretär für Verkehr Deutschland Herr Wolfgang BÖTSCH Bundesminister für Post und Telekommunikation Griechenland Herr Thanasis TSOURAS Minister für Verkehr und Kommunikation Herr Dimitrios ALABANOS Staatssekretär für Verkehr und Kommunikation Spanien Herr José BORRELL FONTELLES Minister für öffentliche Arbeiten, Verkehr und Umwelt Frankreich Herr François FILLON Minister für Informationstechnologien und Post Irland Herr Michael LOWRY Minister für Verkehr, Energie und Kommunikation Italien Herr Agostino GAMBINO Minister für Post und Telekommunikation Luxemburg Frau Mady DELVAUX-STEHRES Ministerin für Verkehr Niederlande Frau Annemarie JORRITSMA-LEBBINK Ministerin für Verkehr und öffentliche Arbeiten Österreich Herr Viktor KLIMA Bundesminister für öffentliche Wirtschaft und Verkehr Portugal Herr Joaquim FERREIRA DO AMARAL Minister für öffentliche Arbeiten, Verkehr sowie das Post- und Fernmeldewesen Finnland Frau Tuula LINNAINMAA Ministerin für Verkehr und Kommunikation Herr Juhani KORPELA Staatssekretär für Verkehr und Kommunikation Schweden Frau Ines UUSMANN Ministerin für Verkehr und Kommunikation Vereinigtes Königreich Herr Ian TAYLOR Parlamentarischer Staatssekretär, Ministerium für Handel und Industrie Kommission Sir Leon BRITTAN Vizepräsident Herr Martin BANGEMANN Mitglied Herr Karel VAN MIERT Mitglied GRÜNBUCH ÜBER DIE LIBERALISIERUNG DER TELEKOMMUNIKATIONSINFRASTRUKTUREN UND DER KABELFERNSEHNETZE Der Rat führte eine eingehende Aussprache über die Liberalisierung der Telekommunikationsinfrastrukturen und der Kabelfernsehnetze; als Beratungsgrundlage diente dabei der zweite Teil des Grünbuchs der Kommission.
De Regeringen van de Lid-Staten en de Commissie van de Europese Gemeenschappen waren als volgt vertegenwoordigd : België de heer Luc CARBONEZ Plaatsvervangend Permanent Vertegenwoordiger Denemarken : de heer Frank JENSEN Minister van Onderzoek de heer Knud LARSEN Staatssecretaris van Onderzoek en Informatietechnologieën de heer Ole ZACCHI Staatssecretaris van Verkeer Duitsland : de heer Wolfgang BÖTSCH Minister van PTT Griekenland : de heer Thanasis TSOURAS Minister van Verkeer de heer Dimitrios ALABANOS Staatssecretaris van Verkeer Spanje : de heer José BORRELL FONTELLES Minister van Openbare Werken, Milieu en Verkeer Frankrijk : de heer François FILLON Minister van Informatietechnologieën en Post Ierland : de heer Michael LOWRY Minister van Verkeer, Energie en Communicatie Italië : de heer Agostino GAMBINO Minister van Posterijen en Telecommunicatie Luxemburg : mevrouw Mady DELVAUX-STEHRES Minister van Verkeer Nederland : mevrouw Annemarie JORRITSMA-LEBBINK Minister van Verkeer en Waterstaat Oostenrijk : de heer Viktor KLIMA Minister van Economische Zaken en Verkeer Portugal : de heer Joaquim FERREIRA DO AMARAL Minister van Openbare Werken en Verkeer Finland : mevrouw Tuula LINNAINMAA Minister van Verkeer de heer Juhani KORPELA Staatssecretaris van Verkeer Zweden : mevrouw Ines UUSMANN Minister van Verkeer Verenigd Koninkrijk : de heer Ian TAYLOR Staatssecretaris van Handel en Industrie Commissie : Sir Leon BRITTAN Vice-Voorzitter de heer Martin BANGEMANN Lid de heer Karel VAN MIERT Lid GROENBOEK INZAKE DE LIBERALISERING VAN TELECOMMUNICATIE-INFRASTRUCTUUR EN KABELTELEVISIENETWERKEN De Raad wisselde op basis van het tweede deel van het Groenboek van de Commissie, uitvoerig van gedachten over de liberalisering van telecommunicatie-infrastructuur en kabeltelevisienetwerken.

Die Regierungen der Mitgliedstaaten und die Europäische Kommission waren wie folgt vertreten: Belgien Herr Elio di RUPO Vizepremierminister und Minister der Wirtschaft und der Telekommunikation Dänemark Herr Frank JENSEN Minister für Forschung und Informationstechnologien Herr Knud LARSEN Staatssekretär für Forschung und Informationstechnologien Herr Ole ZACCHI Staatssekretär für Verkehr Deutschland Herr Wolfgang BÖTSCH Bundesminister für Post und Telekommunikation Griechenland Herr Dimitris SARRIS Staatssekretär für Verkehr und Kommunikation Spanien Herr José BORRELL FONTELLES Minister für öffentliche Arbeiten, Verkehr und Umwelt Frankreich Herr François FILLON Staatsminister für Post, Telekommunikation und Weltraumfragen beim Minister für Industrie, Post und Telekommunikation Irland Herr Michael LOWRY Minister für Verkehr, Energie und Kommunikation Italien Herr Agostino GAMBINO Minister für Post und Telekommunikation Herr Alessandro FROVA Staatssekretär im Ministerium für das Post- und Fernmeldewesen Luxemburg Frau Mady DELVAUX-STEHRES Ministerin für Verkehr Niederlande Frau Annemarie JORRITSMA-LEBBINK Ministerin für Verkehr und öffentliche Arbeiten Österreich Herr Viktor KLIMA Bundesminister für öffentliche Wirtschaft und Verkehr Portugal Herr Norberto SOUSA FERNANDES Staatssekretär für Verkehr und Kommunikation Finnland Frau Tuula LINNAINMAA Ministerin für Verkehr und Kommunikation Herr Juhani KORPELA Staatssekretär für Verkehr und Kommunikation Schweden Frau Ines UUSMANN Ministerin für Verkehr und Kommunikation Vereinigtes Königreich Herr Ian TAYLOR Minister für Wissenschaft und Technik Kommission Herr Martin BANGEMANN Mitglied Herr Karel VAN MIERT Mitglied LEITLINIEN FÜR TRANSEUROPÄISCHE TELEKOMMUNIKATIONSNETZE Der Rat erzielte in den Grundzügen Einvernehmen über den gemeinsamen Standpunkt zu dem Vorschlag für eine Entscheidung über Leitlinien für transeuropäische Telekommunikationsnetze.
De Regeringen van de Lid-Staten en de Commissie van de Europese Gemeenschappen waren als volgt vertegenwoordigd : België de heer Elio di RUPO Vice-Eerste Minister en Minister van Economische Zaken en Telecommunicatie Denemarken de heer Frank JENSEN Minister van Onderzoek de heer Knud LARSEN Staatssecretaris van Onderzoek en Informatietechnologieën de heer Ole ZACCHI Staatssecretaris van Verkeer Duitsland : de heer Wolfgang BÖTSCH Minister van PTT Griekenland : de heer Dimitris SARRIS Staatssecretaris van Verkeer Spanje : de heer José BORRELL FONTELLES Minister van Openbare Werken, Milieu en Verkeer Frankrijk : de heer François FILLON Onder-Minister van Posterijen, Telecommunicatie en Ruimtevaart Ierland : de heer Michael LOWRY Minister van Verkeer, Energie en Communicatie Italië : de heer Agostino GAMBINO Minister van Posterijen en Telecommunicatie de heer Alessandro FROVA Staatssecretaris van Posterijen en Tele- communicatie Luxemburg : mevrouw Mady DELVAUX-STEHRES Minister van Verkeer Nederland : mevrouw Annemarie JORRITSMA-LEBBINK Minister van Verkeer en Waterstaat Oostenrijk : de heer Viktor KLIMA Minister van Economische Zaken en Verkeer Portugal : de heer Norberto SOUSA FERNANDES Staatssecretaris van Verkeer en Telecommunicatie Finland : mevrouw Tuula LINNAINMAA Minister van Verkeer de heer Juhani KORPELA Staatssecretaris van Verkeer Zweden : mevrouw Ines UUSMANN Minister van Verkeer Verenigd Koninkrijk : de heer Ian TAYLOR Minister van Wetenschap en Technologie Commissie : de heer Martin BANGEMANN Lid de heer Karel VAN MIERT Lid RICHTSNOEREN VOOR TRANSEUROPESE TELECOMMUNICATIENETWERKEN De Raad bereikte een voorlopig akkoord over het gemeenschappelijk standpunt met betrekking tot het voorstel voor een beschikking betreffende een geheel van richtsnoeren voor transeuropese telecommunicatienetwerken.

Die Regierungen der Mitgliedstaaten und die Europäische Kommission waren wie folgt vertreten: Belgien Herr Luc CARBONEZ Stellvertreter des Ständigen Vertreters Dänemark Herr Jan TRØJBORG Minister für Verkehr Herr Ole ZACCHI Staatssekretär, Ministerium für Verkehr Deutschland Herr Matthias WISSMANN Minister für Verkehr Herr Hans Jochen HENKE Staatssekretär, Bundesministerium für Verkehr Griechenland Herr Thanasis TSOURAS Minister für Verkehr und Kommunikation Herr Georgios KATSIPHARAS Minister für die Handelsmarine Herr Christos KOKINOVASSILIS Staatssekretär, Ministerium für Verkehr Spanien Herr Manuel PANADERO Generalsekretär im Ministerium für Verkehr Frankreich Herr Bernard PONS Minister für Raumordnung, Infrastruktur und Verkehr Frau Anne-Marie IDRAC Staatssekretärin im Ministerium für Verkehr Irland Herr Emmet STAGG Staatsminister im Ministerium für Finanzen und für Verkehr, Energie und Kommunikation Italien Herr Giovanni CARAVALE Minister für Verkehr und für die Handelsflotte Luxemburg Frau Mady DELVAUX-STEHRES Ministerin für Verkehr Niederlande Frau A. JORRITSMA-LEBBRINK Ministerin für Verkehr Österreich Herr Viktor KLIMA Bundesminister für öffentliche Wirtschaft und Verkehr Portugal Herr Jorge ANTAS Staatssekretär, Ministerium für Verkehr Herr José MONTEIRO DE MORAIS Stellvertretender Staatssekretär beim Minister für Meeresfragen Finnland Frau Tuula LINNAINMAA Ministerin für Verkehr und Kommunikation Herr Juhani KORPELA Staatssekretär, Ministerium für Verkehr und Kommunikation Schweden Frau Ines UUSMANN Ministerin für Verkehr und Kommunikation Vereinigtes Königreich Herr Brian MAWHINNEY Minister für Verkehr Herr John REDWOOD Minister für Wales Kommission Herr Neil KINNOCK Mitglied SEEVERKEHR STATISTISCHE ERFASSUNG DES GÜTER- UND PERSONENSEEVERKEHRS Der Rat erzielte Einvernehmen über die Richtlinie über die statistische Erfassung des Güter- und Personenseeverkehrs; die deutsche und die spanische Delegation hatten sich der Stimme enthalten.
De Regeringen van de Lid-Staten en de Commissie van de Europese Gemeenschap waren als volgt vertegenwoordigd : België : de heer Luc CARBONEZ Plaatsvervangend Permanent Vertegen- woordiger Denemarken : de heer Jan TRØJBORG Minister van Verkeer de heer Ole ZACCHI Staatssecretaris van Verkeer Duitsland : de heer Matthias WISSMANN Minister van Verkeer de heer Hans Jochen HENKE Staatssecretaris van Verkeer Griekenland : de heer Thanasis TSOURAS Minister van Verkeer de heer Georgios KATSIPHARAS Minister van Koopvaardij de heer Christos KOKINOVASSILIS Staatssecretaris van Verkeer Spanje : de heer Manuel PANADERO Secretaris-Generaal van het Ministerie van Verkeer Frankrijk : de heer Bernard PONS Minister van Ruimtelijke Ordening, Openbare Werken en Verkeer mevrouw Anne-Marie IDRAC Staatssecretaris van Verkeer Ierland : de heer Emmet STAGG Onderminister van Financiën, Verkeer, Energie en Communicatie Italië : de heer Giovanni CARAVALE Minister van Verkeer en Koopvaardij Luxemburg : mevrouw Mady DELVAUX-STEHRES Minister van Verkeer Nederland : mevrouw Annemarie JORRITSMA-LEBBINK Minister van Verkeer en Waterstaat Oostenrijk : de heer Viktor KLIMA Minister van Openbare Bedrijven en Verkeer Portugal : de heer Jorge ANTAS Staatssecretaris van Verkeer de heer José MONTEIRO DE MORAIS Staatssecretaris van Zeezaken Finland : mevrouw Tuula LINNAINMAA Minister van Verkeer en Communicatie de heer Juhani KORPELA Staatssecretaris van Verkeer en Communicatie Zweden : mevrouw Ines UUSMANN Minister van Verkeer Verenigd Koninkrijk : de heer Brian MAWHINNEY Minister van Verkeer de heer John REDWOOD Minister voor Wales Commissie : de heer Neil KINNOCK Lid ZEEVERVOER STATISTIEK VAN HET ZEEVERVOER VAN GOEDEREN EN PERSONEN De Raad heeft overeenstemming bereikt over de richtlijn betreffende de statistiek van het zeevervoer van goederen en personen ; de Duitse en de Spaanse delegatie onthielden zich van stemming.